’ Ili»
' ‘ 'ill'»
I 1- Mï 1':, ',I|fi ri ''!| »I''í ■}'* I
I':::,';»'!?'!!?:;?
i f
sSiiii:»:
ri' i l l» »
Ifli'i i ü T :;r
m f
f ; :rl|ï
S'îlï
: f »II
; ; t ,. i
■»Ife
! ill!
ü lp » :»
;:ü i'
»ßüMiiLj.
I ::i,:
, i »' ■ ■
Üi ;i
»' W! il:
/ '-IfllUl:;
ft i 'M
i '■ ri" ¡¡íij;|lri|t| I
¡tlíil (|j:l#
'»'filli
»11
■'iï'i'l# , V rii'l' il fl|riijri'»|'
iiiî. )
. ii:
¡1,11 ills ¡ ü f ’ l'l'
| Í ¡ r iÍ r i'i! r i!
96 G E R A R D V A N L O O N S A L O U D E I IO L L . H iS T .
was uytgevonden, eensflags wierdt
toegevoegd. Boven dit alles wierden
nog lof) en dankzeggingen aan
de Duytfche heiren, als door wier
toedoen de tegenwoordige K e y z e r
a an ’ t ryk geraakt w a s, met overdaa-
dig g ev le y to eg evo egd, e n ,om z c o
blyde boodfchap aan de zelven te
brengén , eene ftaatlyke bezending
derwaart geichikt. Dit v erhief nog
meer den reeds zoo hoog gefteegen
moed der Batavieren, en ontftak de
nydigheydderanderen. Zulks h e t( i)
veertiende Leg ioen , ’t gene Othoos
z y d e gehouden had: en tusichen het
welke en de Batavieren de voorheen
opgevatte en door ons gemelde af-
gunft en twist nog duurde, daarom
openlyk lochende in het laatfte g e v
e ch t, te meer mids zich de Batavieren
de voornaamfte eer dier overwinninge
toefchreeven, overwonnen
te z yn , op een voorgeeven dat flechts
z yne oude en tochtpligtige foidaaten
uyt het veld gedreeven, doch de ervaarenfte
knechten van het Zelve
geenszins in den ftryd geweest waaren,
Invoege Vitellius tot voor-
koming van allerhande handdaadighe-
den dat legioen beval naar Britannié te
trekken, dan mids de Batavifche benden,
even als voor ’ t ontftaan des
weer ontfonkten twist nevens het
ze lv e immiddels nog gelegerd waaren
, leedt het niet lang o f men wierdt
de uytwerkfels van den ouden haat
onder de Zelven op nieuws gewaar.
W an t (2 ) als zeker Batavier te T u rin
eenen ainbachtsman als eenen be-
drieger naajoeg, en een foldaat v a n ’ t
veertiende Leg ioen dien als zynen
waard poogde te befchermen , zyn de
overige Batavieren hunnen landsman,
de veertiendelingen weer hunnen
fpitsbroedcr te hulp gekomen, en
die beyden onderling v a n ’ t fchelden
tot het doodllaan voortgevaaren. Invoeg
e dit van een Zeer bloedig g e vecht
gewislyk Zou z yn g e volgd g e we
e st, het en waar twee H o f benden
, zich de zaak der veertiendelingen
aantrekkende , deezen het hart
vermeerderd en dus de Batavieren
w e e r , uyt ontzag wegens hun over-
treffend getal, van verdere handdaa-
digheden weerhouden hadden. Zulks
Vitellius Zoo onrustige volken, in ’t
eerst, mids z y hem zo o ongemeene
trouw beweezen hadden , wel by
zich hieldt, doch in ’ t v e r v o lg , op
dat z y niet wrangs (3) b y ’t verder
intrekken van Italie beftonden, naar
Duytschland insgelyks te rug zon dt,
en dus onweetende weer het voedfel
aan eenen nieuwen oorlog gegeeven
heeft; w iens begin en voortgang w y
in het volgende boek ftaan te be-
fchouwen.
( 1 ) Tacit. Hift. Lib.II. cap. 66. Præcipua quartadeci-
manorum fe ro c ia , quæ feviSbos ahnnQhanz;quippe Be-
driacenji acie vexillariis tantum puljis, vires legimis non
affuisje. Remitti eos in Britanniam, unde a Nerone e xciti
eranc, placuit; acque interim Batavorum cohortes
una tendere, ob veterem adverfus quartadecimanos
discordiam. Ne c diu in taocis armatorum odiis,
quies fuit.
(2 ) Ibidem. Augustæ Taurinorum, dum opificem
quendam Bacavus ut fraudatorem in fed a tu r , legionanus
uc hospitera tuetur cuique commiiitones aggregaci,
a conviens ad cædem tranfiere. Ec prcelium
atroxarfisfec,ni duæprætoriæ cohortes, causiam quar-
tadecimanoruin fecutæ , his fiduciam & mecum Bata-
vis fecisfent. Q m s Vitellius agmini fuo jungi ut fi-
dos-, leponem Gratis Alpibus traduBam]eo fiem itine,is
tre m o e t , quo Viennam vitarent.
(3 ) Ibidem, cap. 69. Cohortes Batavorum, ne quid
truculentiusauderenc,in Germaniam remisfæ, princi-
pium interno fimul exceraoque b e llo parantibus fatis.
G EI
» é
i , jK " ’ ■
à»'«'''
■* N il
í|
t
|p»>, P
liijr i* . i 'r ip '
f ”
i f 15:
I»- -\ il,
il».'
t'î; hi I'.
,U!'¡
•i»«;
::|íM