1 I
.11' ,iiiij
/I"’
I? Í
'I Ili«
zich voorts nog uytftrekte, hoewel
’er gevonden ( i ) worden, , welken
dit Grinnes van Grinnibus, zo o als
het in de Romeynfche reystafelen
genaamd w ordt, onderfcheyden, en
§es dit eerste buyten het eyland en
over de W a a l, hoewel ten onrecht,
zoo ray, toefehynt, plaatfen: mids Ta -
citus de overzwemming van Civilis
verhaalende niet fchryft zulks juyst
d o o rd e W a a l, raaar in ’ t algemeen
door eenen (2 ) ftroom gefchied te
zyn , welken w y gemeld hebben dat
de byg e leg e Ling e geweest is, en
waarom Civilis , ziende den vyand
tegen z yn e verwachting in de Betuw
e g e k om en , den R yn sd yk door
Drufus eertyds gemaakt, doorftak, en
op die w y z e het laage land der B e tuwe
onder water zettede , om aan
de over de Waal gekome R om e y n
en, dus ten minfte het dieper in-
dringen des eylands te beletten. Van
Gronichem liep de dus ver befchree-
v e w e g ter Noordzyde der W aale
langs Vada , ’t gene Civilis naa het
doorfteeken van. den R yn sd yk te
vergeefsch hadt aangetast, en thans
den naam van W a e r d e n b u r g v o e r t,
ter langte van achttienduyzend fchreeden
tot eene ftandplaats by de R o meynen
(3) A D D U O D E C I M U M ge-
M P . . . X I I
M P . . . X V I I I
M P . . . X I I
M P . . . X V I I I
M P . . . V I
M P . . . X V I I I .
AD DUODECI -
naamd. En welke benaaming geenszins
aan de zulken vreemd zal voorkomen,
aan wie bekend is, hoe die
volken de langte hunner w e g e n , niet
naar de voeten o f fchreeden, maar
door het getal der fteenen iiytdrukten
van wclken’er een om de duyzend
fchreeden, ' en daarom mylpaal g e naamd,
langs de zelven gefteld was
en dus tot den ' (4 ) t i e n d e n ,
tot den z e v e n t i e n d e n , tot den
T W I N T I G S T E N o f tot den H O N D E R -
S T E N ( 5 ) fteen ( in de ■ plaats' van
zoo. veele duyzend fchreeden) ze y-
den, en gevo lg lyk deefe ftandplaats
tot den T W A A L F D E N (verftaa fteen)
alleen zoodaanig genaamd w as , ter
oorzaake h y twaalf fteenen ( dat is zo o
veele duyzend fchreeden) beneden
N ieum e e g e , en diensvolgens tusfchen
het thans genaamde dorp O y e n ,
en het huys Appenburgaan de W a a l
geplaatst w a s , en aan wier boord
omtrent het thans genaamde Len t
over Nieumeege dees zu y dw e g , naa
die de gemelde twaalfduyzend fchreeden
n og verder langs dien ftroom ach-
tervolgd hadt, en dus van den mylpaal,
op de zeekust der Kaninefaaten
geplaatst, tot Nieumeege in ,’ t
geheel ( 6 ) vyfennegentigduyzend
Ichreeden lang was, zich met den
eerst
( 1 ) M. Felferi opera fol. 737. G r i n n i b u s , 6 . )
Num Grinnes Tacici ? nequáquam.
(2 ) Tacit. Hift. Lib. F . pap. 2 1 . Plus discriminis
apud Grinnes Vadamque. 'Vadara C iv ilis ; Grinnes
Clasficus oppugnabanc: nec fisci poterant, interfecto
fortisfimo quoque, in quis Briganticus præfcftus
alæ ceciderac , quem fidura Romanis, & Civili
avúnculo infenfum diximus. Sed ubi Cerialis cum
dclefta equitum manu fubv enit, verfa fo rtun a, præ-.
cipites Germani in amnem. aguntur. Civilis dum-
fugientes retenta t, agnitus petitusque te lis , reltfto
equo transnatavic.
( 3 ) Tabula itiner. Peuting.
Columella milliaris
Forum Adriani . . .
F l e n i u m ........................
Tablæ
Caspingium . . . .
Grinnes . . . . ,
A d DUODECIMUM .
( 4 ) M. Feiferi opera fol. 737.
m u m ) Nominis ratio in aperto. Ejusmodi apud
Ant. AD DECI MUM , AD S E P TI MUM D E C I-
MUM, AD VIGESIMUM, AD CEI JTESIMUM &C.
(5 ) S'. Pitisci J2exico7i. Ant. R. tow. I I . fol. 203.
Miniare feu milliarium, a mille pasfibus dcduftmn
esfe v el c x ipfo confiât nomine. Continet autem
o fto ftadia, cujus terminus lapis appellacur: ut
cum dicimus rem aliquam s e x t o ab u r b e L ap
i d e discare, incelligi volumus , i n t e r s i n g 'l -
LOS L a p i d e s milliare comprehendi.
(6 ) Tapula itineraria Peuting.
Columella milliaris.
Forum Adriani . . . . M P . . . X I I
F l e n i u m M P . . . X V I I I .
. T a b læ M P . . . X U ,
C a s p in g ium .....................M P . . . X \ I I I
G r i n n e s ...........................M P . . . V I
Ad duodecimum . . . M P . . . X V I I I
N e o m a g u m - . . . , M P . . . X I I
XCV.
eerst befchreeven N oordw eg vereenigde
, g e lyk in de hiervoorgemelde
landkaart kan gezien w o rd en ; in w e lke
z y b e yden , midsgaders de hiervoorbefchreeve
ftandplaatfen verbeeld
z y n , hoewel der zelver onderfchey-
de tusfchenwydten, om rede hier
voore gemeld, altemets v ry wat met
de Romeynfche voetmaat verfchii-
len.
W e g e n s de vergoding van V e rus,
welke in Wintermaand des jaars
eenhonderdnegenenzestig overleedt,
wordt dees ( i ) penning g e vond en , ------
en die daarom alhier tot befluyt zyns
leevens aangehecht.
De rand der vooizyde voert rondom zyn kopftuk, ’t gene hier met kort gekroesd
iioofdhaair en baard verbeeld i s , deezen ty te l:
D I V U S V E R U S.
D E F E R G O D E F E R U S.
Op de tegenzyde ziet men de beeldenis des zelyen Keyzers, naar de wyze der Ver-
gode Vorsten op eene kar, door ons liiervoore (2) befchreeven, en welke hier door vier
Elefanten wordt voortgetrokken, onder dit ophelderend byfchrift;
C O N S E C R A T I O .
F E R G O D I N G .
Naa deezes K e y z e r s Ryksgenoot
180. Marcus Aurelius e lf jaaren laater met
het leeven het K e y z e r ly k ge zag
hadt afgelegd, zoo volgde hem, in
die hooge waardigheyd des zelfs
Z o o n Lucius Antoninus (3) Cora-
inodus; welke ftraks in den aanvang
zyner regeeringe Decimus Septimius
Albinos voor Landvoogdnaar (4) Ga llie
zon d t, zulks d ie , v'erfiaandehoe do
over den R y n woonende Vriezen de
Batavieren ontrustten, in ’tjaar hon-
derddrieentachtig tegen die afvallige i8 h
volken zich te veld b e g af, en hen ” '
in het opgevolgde g e v e th t zoodaanig
v er flo e g , dat z y n naam niet min
b y de Romeynen dan de aldus
overwonne Vriezen en andere over
den
( 1 ) Adolf. Occo7i. Imp. Rom. Nimi. fol. 238.
(2 ) Z k her voore I I I . Ihek fol. 80.
(3) Eutropii Hift. Lib. F I J I . cap. 15. liiijiis fuc-
ccsfor L. Antoninus Comraotlus, nihii patemum habuit,
nil! quud contra Gcvraiuios feliciter & ipfe pugnavit.
(4) Julii CapiioUtii C. Albinas f o l 309. Deinde
(Albi7ìtis) per Commodum ad Gallias transla-
tu s , in qu a , fuiis Frifiis Transrhcnanis , celebre
nomen fuum & apud Romanos & apud Barbaros fe cit.
I li'
S i ' ''i;/' . s
I#,:".
I
i-t .
tlft--11,
H\- '
3
Î Î
t l ' n
’ 1 ^i l . ‘
.H