“ -/Jin; I DL .. «I
' â U ï ; i
Ü íiíil'f'ri“.»;«. ri
J j 'Y
" i .lY'üiiîÎiHr
^ U m Ä i i i r
!' ; ütUiLlyi/'M''/
’ ?1l
1) '"iMi;:,'
«IM? ; ¿!Í4HI
ï i^ r i - t " "
‘'n,.. ..■ .. .
■/■ üg/.v.g|
i
r eùLm. &TuAr.
GERARD VAN LOONS
A L O U D E
HOLLANDSCHE HISTORI.
V I E R D E B O E K :
Bevattende den. verderen voort- en eyndelyken ondergang zoo
der Batavieren als des Romeynfchen ryks.
9 Ldus was w el de oorlog
in eenen vreede verwis-
feld, dan, mids de Batavieren
in den zelven
geenszins de overwinning
ten eynde toe behaald hadden,
zo o waaren, even g e ly k Civilis ( i )
hen te voore voorfpeld hadt, eer de
ketenen der voorige afhangelykheyd
gelchut dan verbrooken ; invoege
men hen federt, even als te voore
het Romeynfche r y k , in de fteeds
alom voorvallende o o r lo g en , met
hunne ontzaglyke benden, en geene
mindere trouw dan dapperheyd, heeft
zien ten dienst ftaan. W an t als (2 )
door den tegenwoordigen K e y z e r
Vespafianus eerst aan Petilius Cerialis,
die den vreede met de Batavieren
op de voorgemelde w y z e getroffen
hadt, daarnaa aan Julius Frontinus en
thans aanjulius Agricola de landvoog-
dy van Britannië was o p g e d r a a g e n . ‘ 9 -
befloot die, als weetende dat alles
gaan z o u , naar dat de eerste onder-
neeming des nieuwen bewinds gelukte
, het thans genaamde eyland An-
g le le y , ’ t gene de Romeynen door
’ t beleyd der Batavieren ( 3 ) eertyds
wel veroverd doch federt verlooren
hadden, door de hulp dier Zelfde
volken ( 4 ) thans weer te herwin-
nen. En hoewel daartoe de noodig
e feheepen ontbraaken, zo o heeft
het overleg en de ftandvastigheyd
des nieuwen Landvoogds dat gebrek
geboet. Alle pakkaadje en de verdere
belemmering dan hebbende geboo-
den a f te leggen en in de legerfteê
achter te laaten, heeft h y het puyk der
Batavifche hulpbenden,die waarfchynly
k met Cerialis weer in Britannie
geko-
( 1 ) T a c it Hifl:. Lib. I V . cap. 32. Denique aicfos
aut L i l e r t a s fequetur, a u t v i c t i ¿¿¿eniERi-
M IT s.
(.2) Tacit. Agricol. cap. 17. E t cum Cerialis qui-
ilcm akcrius lliccesforis curam famdmque obruislet,
.fustinuit quoque molem Julius Frontinus, virmagnus
quantum licebac, validamque & pugnacem Siluriim
gentcm armis fubegit ; fuper virtutem hostium, locorum
quoque difficulcaccs eluilatus. Himc Britanniæ
ftatum, has bellorum vices media jam æstate
transgresfus Agricola invenit.
p ) Z e bier voor 11. Boekfol 83.
^4) Tacit. Agricola cap. i8- Non ignarus inftandum
famæ , ac prouc prima cesfisfent fore univerfa; Mo-
nara infulam,cujus posfesfione revocatum Paulliuum
rebellione totius Britanniæ fupra memoravi, redigere
in potestatem animo incendie. Sed uc in dubiis confiliis,
naves dee rant, ratio & conltantia ducis traasvexjc.
Q q 2
'f'!.....
i f Y I
..i - T
I; I
h i!/*