' ri/1
ri";
kq,iii« V :
¡>:M í .Ü|líliHíti|
..
f ' f ' ! 1 « / '“
ií/"®'
lilis:
• r i j - Ì H i l . » 4 M"
i v„; 11,1«:
' É fY í i i / " T 'h i2 l
'iü¡4 i|| k y iP '
j)('ri|ii|li:|i'MÍ!'PÍi,:¡
1 .1 '.| '? I i ■' '
'" '"'¡i#! tlAV’"
, ..i ‘ïîcSff
rii lili:;]
iíii
•' -ri-'iNlI ■" iilfe
•lí'rili
s 'r ití'iíF r i'T Y -
'friü .1 üí ■; ,:iil
«"'n-íÉ!'
I í
122
200 vervoegden zich flechts eenige
weynigen der z e lv en ,g e ly k ook van
T o n g r e by hen, zulks het meeftc
getal by die van T r ie r en Langres
was.
Vervolgens geen lange tyd in ’t
raadflaagcn gefpild zynde , vong
men ftraks om ftryd aan met te
fchreeuwen , dat het Romeynfche
Volk verivoed ivas in tiveedragt , de
keurbenden ( i ) verfangen waaren,
Italie verwoest, ja Rome z e l f ( V gene
wel het meest was) door den Ves-
pafiaanfihen aanhang overweldigd, en
alle heiren, door zynen byzonderen oorlog
, van elkanderen geßheyden. D ie r halve,
indien de doortogt van het A lp ifche
gebergte, door eene goede bezetting
, g e f opt wierdt, zoiuten het dien
van Gallien zelfs, naa ’ t hegroeijen
der vryheyd, vryfaan, de bepaaling
te beraamen, welken zy aan hunne eygene
krachten geeven wilden.
Dit ge zegd (2 ) en teifens goedgekeurd
z y n d e , was men ledert in
twyfei wat men met het overichot
van ’t Vifelliaanlche heir te doen
hadt. Veelen verftonden, men moest
de oproerigen, de trouwloozen en die
zich met het bloed hunner overflen be-
zoedeld hadden ombrengen. D o ch uyt
v reeze dat Z y , zoo dit werkftellig
gemaakt wierdt, uyt wanhoope
dan hun leeven ten dierfte zouden
verkoopen, w ie rd t’er beflooten (3)
ßechts de Bevelhebbers der Legioenen
te dooden, op hoope dat het gemeen
op den amibod van vergiffenisß, en ’t
erinneren zyner bedreeve fcbehnfuk-
ken, zich dan wel van zelfs zoude on-
dcrwerpen.
Dusdaanig was het eerfte raadsbe-
flu yt: vervolgens wierden verfchey-
den ophltlers naar Gallien ge zon den,
om de byzondere gewesten tot den
afval aan te zetten, terwyl z y zelfs
dit openlyk te doen nog uytftelden,
om den Romeynlchen Bevelhebber
Vocula dus te gemaklyker te können
onderdrukken. Dees wierdt n o g thans
van dit alles verw ittigd , dan
dewyl h y geene magt genoeg hadt
om hen te bedwingen, ter oorzaake
z yn e Legioenen niet min zwak van
manfchap, dan trouwe waaren, waan-
de h y ’t best, tuslchen ( 4 ) waifelach-
tige foidaaten en verborge v yanden,
met gelyke ontveynzinge en de z e l f
de ftreeken,met welken men op hem
to e le yde , thans ook te werk te gaan,
en b eg a f zich dierhalve naar de Agrip-
pienfche bouwftad Kolen. Derwaart
is ook Claudius L a b e o , w e lk e , voor
heen tot Civilis , g e ly k w y gemeld
hebben wel ov ergeloopen, doch ledert
, om de onderlinge verwyde-
ring met den z e lv en , gev an glyk naar
Vriesland gezonden w as , naa ’t om-
koopen zyner toegevoegde Wächters,
komen vlugten, beloovende aan V o cula
( 1 ) Tacit. HIJI. Lib. IV . cap. 55. Certntimlprocla-
manc/«rere difcordiis populum Romanum, cafas legiones,
vastatam Italiam, capi own maxime urbem, omnes
exercitus fuis quemque bellis diftineri: Si Alpes proe-
Jìdils firmenîur: coalita liberiate, dispeauras Gallias,
quem virium fuariñn termimm velini.
(2 ) Ibidem, cap. 56. Hæc di¿ta pariter, probata-
que de rcliquiis Vicellian; exercitus dubitavere. Ple-
\\e\ac interfciendos, cenfcbant, túrbidos, infidos, fan-
guiñe ducum pollutos. V ic it ratio parcendi.
(3 ) Ibidem. Nefublata fpe venice, pertinacia accender
èntur. Alliciendor potius in focietatem, legatis tantum
legionum interfeais, cæterum vulgus confcientia
fcelerum, I f fpe impunitatisfacile accesfunm. E a primi
confìlii forma misfique per Gallias concitores belli,
Siraulcacum ipfis obfequium, quo incautiorem Vocuiam
opprimèrent. N e c defuere qui Voculæ nua-
tiarenc. Sed vires ad cocrcendum deeranc, infre-
quencibus infidisque legionibus.
(4 ) Ibidem. Incer ambiguos milites , & occulcos
hosces, optimum-è præfencibus ra tu s , mutua disfimulatione,
& iisdem quibus petebatur artibus gras-
fa ri, in Coloniam Agrippinenfem defccndit. Illuc
Claudius L a b e o , quem capcum & extra convencum
amandatum in Frinos diximus, corruptis custodibus
perfugit. Pollicitusque, f i præfidium daretur, iturum
in Batavos, I f potiorem civitatis partem ad focietatem
Romanam retraàurum: accepta pedicum equitumque
modica manu, nihil apud Batavos aufus , quosdam
Nerviorum Bechafiorumque in arma traxit. E t fur-
tim magis, quam b e llo , Caninefates Marfacosque
incurfawt.
c u k , Zoo men hem byftand g a ve ,
dat h y naar de Batavieren gaan, en
’ t meeste gedeelte dier volken tot het
Romeynfche bondgenootfchap trekken
zoude. En hoewel hem tot dat
eynde een maatlyke hoopvoetknech-
ten en ruyters wierdt ter hand g e fteld,
zo o heeft h y , als b y de Batavieren
niets durvende beftaan,flechts
eenige Nervien enßethafien in de wapenen
ge ru k t, en met de zelven eer
fteelswyze dan voor de vuyst de landen
der Kaninefaaten en naastgezeete Marezaaten
, d o o r ’t doen van onverhoed-
fche uytloopen, beftaan te ontrusten.
Ondertusfchen is ( i ) V o cu la , uyt-
gelokt d o o r ’t bedrog der hem reeds
ontrouw gewordene Gallen , naar
den vyand getoogen. Dan als h y
op deeze w y z e niet ver van de oude
Winterlegeringe te Zanten g ekomen
was, zag men Clasficus en T u -
t o r , in den fchyn als o f ’t was om
den vyand te verlpieden , vooruyt-
trekken, en vervolgens het voorheen
reeds te K o len ontworpe verbond
met de D u ytlch e Hoofdbevelhebbe-
ren bevestigen. En dewyl z y vervolgens
hunne onderhoorige benden
van de Leg ioenen affcheydende, die
in eene byzondere legerplaats afzonderlyk
verfchansten, betuygde hen
Vocula, (2 ) de zaaken des Roomfchen
ryks, doorde burgerlyke oorlogen,
nog geenszins tot dat uyterfe gekomen
te zyn, dat z y daarom door die
van Trier en Langres behoefden verfinaad
te worden. JV a n t daar fchooten
nog getrouwe wingewesten, zeeg-
haftige heiren, het geluk des ryks
en de zelfde Goden ter wraakneemin-
gen hunner trouwloosheyd over. A l zoo
waaren 'oudtyds Sacrovir en de
Eduen en nog onlangs V in d e x en de
Gallen door ’t doen van fe ch ts eenen
veldflag teffens ten val gekomen , en
hadden des de verbreekers der verbonden
de zelfde Godheden, en ’i zelfde
noodlot te duchten. Beter was hun
aard aan den vergoden C&far en A u gustus
dan aan Galba bekend geweest,
welke door ’t affchaffen der voorige
fihattinggeevinge hunnen overmoed,
flechts vermeerderd hadt. Zulks hy
hen voorfpelde, dat gelyk de zagt-
heyd der dienstbaarheyd, hen thans
vyanden van den Romeynfchen Staat
hadt doen worden, zoo ook des zelfs
vriendfehap, naa zy berooid en uyt-
gefchudzouden zyn, naamaals door hen,
hoewel ligt dan te laat, zoude gezogt
worden. Dit (3 ) met eene veld-
heerlyke dapperheyd zynde uytge-
fprooken, is h y , mids Clasficus en
T u to r des onaangezien in hunne
trouwloosheyd volhardden, met de
weynigen hern n o g bygebleevene
benden zynen w e g veranderende naar
Nuys geweeken.
D e Gallen volgende dit voorbeeld
floegen zich diensvolgens duyzend
Ichreeden van de Romeynen in eene
vlakte neder, en trachtten der zelver
gemoederen, d o o r ’t over-en weergaan
( 0 Tacit. Hifl. Lib. I V . cap. 37. Vocula Gallorum
fraude illectus, ad hoscem concendic. N e c procul
Veccribus aberac, cum Clasficus ac Tucor per fpeciem
explorandi prægrcsfi, cum ducibus Germanorum
pa iU firmaverc. Tumque primura discreci à
legionibus, proprio vallo casera fua circumdant, ob-
tescance Vocula.
(2 ) Ibidem, cap. 37, Non adeo turbatam civilibus
iîomimam , ut Treveris etiam Lingonibmque
defpeaiiifit. Superes fe fidas provincias, viaores exercitus
, fortunam imperii, I f nitores deos. Sic olim, Sacro-
urnm I f Æduos: nuper, Vindicem Galliasquefingulis
præliis concidisfe. Eadem rurfus mmina, eadem fata ,
r ef tores fsederem exjfectarent. Melius divo Julio, divaque
Augusto notos eorum ánimos. Galbam, I f infraaa
tributa, hostiles fpiritus induisfe. Nunc bostes, quia
molle fervitium: cum fpoliati exutique fuerint, añicos
fore.
(3 ) Ibidem. Hæc ferociter locucus, poscquam
peritare in perfìdia Clasficum Tucoremque videe ; ver-
Í0 icinere, Novefium concedic. G a lli, duum rail-
lium fpacio diftancibus campis , confedere. Illuc
commeancium ccnciirionum milicumque emebancur
animi : uc ( flagicium incognicum ) Romanus exercicus
in exccma verba jurarent, pignusque tanci fc e le r is ,
ncce auc vinculis legacorum darecur. Vocula quamquam
plerique fugam fuadebanc, audendum racus,
vocaca con cion e , in lume modum disferuic.
H h 2
S ■' .ji'
. T
i'ri.i
Î ! iri
' ¿if 0
-Ì
rilLV I lì '!
;
hill- li-
Sul
.!> ! ‘
j.,-. 'hi
I: ■
IÍÍ!.
I :
^ I
r
4
L i l M
V' I t
V.
h
L u - " 1 ’
iUl|,|i , : ! •„
: I'f ' ri; I '
I " Sri '
' i r i i I '
«¡Sr’ 4 ■ ■
■•fri
■ 'ki , :