Israeliten, van welke men er 30 aan t reft, hebben hier eene Synagoge. —
De dorpschool wordt gemiddeld door 90 leerlingen bezocht.
Er is hier een veer over de Maas en men beeft er zes beesten-, laken-,
wol- en linnenmarkten, als: de eerste Dingsdags na 26 April; de
tweede Dingsdags na 6 Mei; de derde Dingsdags na 3 Julij ; de vierde
Dingsdags daaraanvolgende; de vijfde Dingsdags na 10 November en
de zesde Dingsdags daaraanvolgende,
:: CUYK (LAND-YAN-), voorm. heerl., prov. Noord-Braband, arr.
s Hertoyenbosch, kant. Boxmeer en Grave; palende N. 0 . en 0. aan
de Maas, Z. aan het Land van Kessel, W. aan de Commanderij van
Gemert en aan bet Land van Bavesteip; terwijl de baronnie van Boxmeer
en het dorp Oeffelt daarin besloten liggen.
Sommigen oordeelen , dat bet Land van C-uyk, oudtijds den titel van
Graafschap gevoerd hcbbe. Doch anderen zijn van gedachten, dat
eenige Heeren uit den huize van C byk , Graven van Järensbery ge-
weest zijn, en dat men, om deze reden, hen ook somtijds Graven
van C byk heeft genoemd. De oude Heeren van Cbyk worden onder
de Leenmannen van den Bisschop van Utrecht geteld, en hebben by
hem het ambt van Schenker bekleed. De eerste Heer van Cbyk , van
wien men in de gedenkschriften gewaagd vindt , is W illem , die, in
het jaar 1034, overleed. Zijn achterkleinzoon, H erman geheeten,
met hulp van zijnen broeder G odeyaart , F loris den Zwarten , broeder
van D irk V I, Graaf van Holland, omgebragt bebbende, werd
door Keizer L otharibs , oom van D irk en F loris , uit zijn land verdre-
ven. Graaf D irk zieh hiermede niet vergenoegende, viel gewapenderhand
in het L and van Cbyk , wierp, om zieh wegens den moord, aan zynen
broeder begaan, te wreken, alle sloten en sterkten des lands omver,
verbrandde de dorpen en verwoestte het geheele land. Eenigen tijd
echter daarna,^ werd er door toedoen van H ermans broeder, A ndreas
van Cb y k , destijds Bisschop van Utrecht, een zoen getroffen, op vöör-
waarde dat Herman , het L and van Cbyk , onder den titel van baronie
of baanderheerlijkheid, van Graaf D irk ter leen zoude ontvangen.
Onderscheidene Heeren van dit zelfde geslacht hebben daarna, in
eene onafgebroken volgreeks, deze heerlijkheid bezeten tot op J an V,
die haa r, in het jaar 1390, van J ohanna, Hertogin van Braband, ter leen
ontvangen moest, uit oorzake van een groot geschil, tusschen hem cn
de Brabanders gerezen ; hetwelk , niet anders, dan onder deze voorwaar-
¡r®’ on bijgelegd worden. Met dezen J a n , die, in het jaar 1394 of
139a , kinderloos overleed, was het mannelijk oir der eerste Heeren van
C byk , die deze heerlijkheid bijna 400 jaren bezeten badden, uitgestor-
yen. Hij had wel eene zuster , J enne of J ohanna genoemd, die hem
1“ e regering dadelijk opvolgde ; doch niet dan voor een zeer körten
t y d , dewijl zij deze heerlijkheid, die, door het siecht heheer harer
voorzaten, zeer met schulden bezwaard was, in het jaar 1400, vrij-
willig afstond, aan hären neef, W illem, Hertog van Gulik en Gelder,
waardoor dus de stad Grave en de heerlijkheid van Cby k , met Gelderland
vereenigd werden , en daaraan verknocht bleven, tot dat Maximiliaan ,
Aarts-Hertog van Oostenrijk, die , door zijn huwelijk met Maria van B obr-
gondie , zoowel Hertog van Gelderland als van Braband geworden was,
m het jaar 1481, de Stad Grave, met het L and van C byk , van Gel-
1 a^sc^eurc^e » en aan het Hertogdom Braband hechtte. In het jaar
. ’ ; echter dat land, zoo van de eene als van de andere
provincie, gescheiden, en als souverein op zieh zelven verklaard. In
dien toestand was deze Heerlykheid, gedurende de Begering van zijnen
toon Fairs den Schoone, en van zijnen kleinzoon , K a r e l V , tot in het
iaar o f daaromtrent 5 toen gemelde K a r e l haa^ voor gulden
verpandde, aan F loris v a nE gmond , Graaf van Buren, die, na zijnen
dood, in 1338, door zijnen zoon , M aximiliaan van E gmond, schoonva-
der van W illem I , Prins van Oranje opgevolgd werd. .
In 1349 heeft Keizer K arel echter dit pandschap aan het Huis
van E gmond afgelost; door betaling der bewuste 20,000 gulden j waar^
toe de stad Grave, 4000 en het L and van C byk 16,000 gulden , op-
schoten. Fiwrs II, K arels zoon en opvolger in zijne staten, heett
in het iaar 1339, deze Heerlijkheid weder yerpand, voor 60,000 gul-
den aan W ielem I , Prins van Oranje, die, als Pandsheer, m net jaar
1560, aldaar ffehuldiffd werd. Dit pandschap is van W illem X over-
gegaan op zijne beide zonen; eerst, in 1384, op Prins M abrits , en
daarna, in 1623, op F rederik H endrik , Prins van Oranje \ 1). ,
Dus lang had het Huis van Oranje , derhalve , alleen het pandschap
dezer heerlijkheid genoten , hetwelk, bijaldien de SpaanscheBegeringm
deze landen had blijven duren, ten allen tijde weder zou hepben mögen
afgelost worden: dan de Staten-Generaal der Vereemgde Nederlanden
hebben , bij Besolutievan 9 December 1611, dit pandschap in een wettig
eigendom veranderd; mits aan zieh behoudende de souveremiteit ot het
oppergebied. En bij het sluiten van den Munsterschen Vrede , in het jaar
1648 dus een jaar na het overlijden van Prins F rederik H endrik , _ver-
k Iaar de Koning F ilips IV, van zijn regt van redemptie af te zien , waardoor
dit pandschap in vollen eigendom gekomen is aan F rederik H endriks
zoon, W illeM II, en erflijk gemaakt aan zijne nazalen die deze
heerlijkheid hebben bezeten, als een leen van Staats-Hraband. Van
Prins W illem I I , is het overgegaan op zijnen zoon , W illem 111, Kqmng
van Groot-Brittanje. Deze Vorst had, 7 jaren voor zijnen dood , m
1693 bij uitersten wille, tot eenigen Erfgenaam van alle zyne goede-
ren verklaard, zijnen Neef, den jongen Prins J an W illem van N assab-
D ie t s , Erfstadhouder van Friesland; afstammende van Grave J an van
N asäab, jongeren broeder van W illem I , Prins van Oranje. Dan,
terstond na zijn overlijden, den 19 Maart 1702, rees, over deze erfe-
nisse geen klein verschil, tusschen het Huis N assab-D iets en het
Keurvorstelijk Huis B randenburg, hetwelk onbeslist gebleyen is, tot in
het jaar 1732, wanneer in ’s Hage „ onder de guarantie van Hunne
Hoogmogenden , een vergelijk getroffen werd, waarbij , onder veel me er
andere domeinen, ook de Baronie van Grave en L ande van Cbijk ,
aan Prins W illem K arel H endrik F riso , later bekend onder den naam
van Prins W illem IV , Erfstadhouder der Vereenigde Nederlanden en
der Unie, is aanbedeeld, waardoor zij thans een gedeelte van ’s Eyks
domeinen uitmaakt, . . -T
Het L and van Cbyk wordt verdeeld in het Overambt en het JNederambt
. Het eerstgemelde bevat zeventien dorpen of gehuchten, als:
Maashees, Makkum, Hol thees, Vier l i ngsbeek, Groe ni ngen,
Vo rt hem, Sambeek en Beugen, allen aan de Maas; meerFand-
waarts in Over loon, Oploo, Mülheim, Bi j k e v o o r t , a P®
voort , Tove, Wal schot , Ledeakker en Berkenbosch, ln het
Nederambt ligt de stad Grave en het vlek Cuyk, beide aan de Maas;
voorts de volgende zestien dorpen of gehuchten: _ lleeswij , t.
Agatha, Ha p s, Groot - Li nden, Klein - L i n den , Ka twi j „
(1) Men kan over de Heeren van GUVK eene vclgeschreveu verbandeling Wien in de J few o ir« de
Vacadémie de B r u x e lle s , tom. YI»