Filips va» Bourgondiè mocsten zeven Heemraden van den Gkimperke-
waard gekozen worden, die binnen de schouwe van de bedijking woon-
achtig, geerfd of gegoed zouden' zijn ; van welken de steden Dordrecht ,
Schoonkoven en Gouda ieder twee zouden kiezen en zetten , en de Dijk-
graaf zou de zevendc kiezen. Deze moesten ieder tot bonderd Wilhel-
mus Hollandsclie Schilden (163 guld.) toe, of daarboven in den waard
gegoed zijn. Dit laatste is, bij nieuwe schikking, van 2 Junij 1675,
tusschen het kollegie van Dijkgraaf en Hoogdijkheemraden en de ingeze-
tenen van den waard, veranderd in de waarde van drieduizend gulden.
Thans bestaat liet dijkskollegie van den Crihfenrewaard uit : eenen Dijkgraaf,
zeven Hoogheemraden , eenen Secretaris , die teyens Ontvanger
van het taxatiegeld der dijken is , en eenen Penningmeester. Zij moe-
ten volgens de bandvest jaarlijks worden verkoren.
Weleer is er eenig geschil ontstaan , of bet aan de steden Dordreclit
en Gouda , die wel zeer nabij, maar eigenlijk niet in den C r i m p e s r e -
w a a r d liggen , vrijstond , Hoogheemraden aan te stellen , die in deze
steden eil1 dus niet binnen de schouw van den waard woonachtig waren
, zooals dit bij die van Dordrecht, vóór het jaar 1600, wel ge-
scliied was; doch waarvan zij zieh naderhand hebben onthouden : en
als er in het begin der vorige eeuw , door een dergelijk geval moeije-
lijkheden tusschen het kollegie en de Kavelen of Ingelanden waren ge-
rezen, is er, in het jaar 1708, onder willige condemnatie van den Hoo-
penraad , eene overeenkomst getroffen , waarbij de Ilegering der stad
Dordrecht beloofde in het vervolg geen Hoogdijkheemraad aan te
stellen dan die wezenlijk in den' C r i m p e s r e w a a r d zijne vaste woon—
plaats zou houden ; doch de Hoogdijkheemraad, waarover toen het
geschil was, zou, gedurende zijn leven , in bediening blijven. Die
van Gouda zijn mede langen tijd van meening geweest, dat zij ver-
mogten, wegens liunne stad, Hoogdijkheemraden aan te stellen, die of
in gezegde stad woonden , of ten minste, gedurende hun hoogdijkheem-
raadschap , eene vaste woonplaats binnen de schouw van den C r im p e s r
e w a a r d hadden gekozen. Hierover werd door de Kavelen of Ingelanden
meermalen proces tegen hen gevoerd , tot dat Burgemeesters van
Gouda zieh, in het jaar 1667, tot de Staten van Holland en West-
Friesland wendden , om, bij octrooi, het regt ter aanstelling van ingeze-
tenen uit hunne stad tot Hoogdijkheemraden te verwerven. Dit verzoek
vesligden zij op den twijfelachtigen zin der handvest van Hertog F i l i p s
v a » B o u r g o s d i e en op de gelegenheid der stad Gouda , waarvan het
vegtsgebied, door middel van de nabijgelegen Haastrechtsche brug over
den IJssel, aan den G r i m p e s r e w a a r d gehecht was ; zoodat de Hoogdijkheemraden
, die binnen htinnen stad verblijf hielden, in tijd van nood,
altijd geredelijk konden tegenwoordig zijn , ja, zelfs gemakkelijker dan
anderen , die binnen de schouw, maar dieper in den waard woonden.
Dit octrooi werd den Heeren van Gouda door de Staten in hetzelfde jaar
verleend , en is later in volkomen gebruik gebleven. De Secretaris wordt
aangesteld door de Heeren van Dordrecht, Gouda en Schoonhoven. De
Penningmeester wordt door tien dorpen in den G r i m p e s r e w a a r d verkoren.
Het dijkskollegie vergadert gewoonlijk driemalen in bet jaar, als : op den
eersten Dingsdag in de maand April te Schoonhoven ; op den eersten
Dingsdag na St. Odulphus of den 12 Junij, en op den 1 October te
Ouderkerk aan den IJssel. Bij de eerste vergadering worden de nieuwe
kenren op den dijk gelegd, en bij de volgende reizen nagezien of ieder
aan die keuren lieeft voldaan , en wordt dan ook dag van achting of
regtsdag gehouden. Tot liet bcwaren van de regten , Privilegien en
handvesteri van den C r i m p e s r e w a a r d zijn er vier Gemagtigden uit de
■rerneenten , welke ten dien einde in kavels verdeeld zijn. Het eerste
dezer kavels is Lekk e rk er k , Oud e rk er k - a an - de n- I J s s e l , met
half Gouderak; het tweede Berg-Ambacht en de andere helft van
Gouderak; het derde Stolwi jk , Crimpe n- a an -de n- I J ssel en
Crimpon-aan-de-Lek; het vierde bestaat uit Berkoude met den
Ac h t e r b r o c k , waarbij komen Ha a s t r e c h t , Vl i s t met Bon-
repas. De rekeningen van het dijkgraaf- en hoogdijkheemraädschap van
den C r i m p e s r e w a a r d geschieden; om detweejaren, altoos in het oneven
ja a r, op den eersten Dingsdag in Junij , bij rondgaande beurten in ieder
der dorpen welke onder het hoogheemraadschap van den waard behooren.
De G r im p e s r e w a a r d staat, door zijne ligging aan de riv. de Lek,
ongemeen bloot voor hooge watervloeden en overstroomingen. Omtrent
het jaar 1872 is de waard doorgebroken en blcef wel zeven volle jaren
gemeenswaters met de rivier. Dikwijls verkeerde deze landstreek naderhand
in gevaar, doch is menigmaal door de rampen van den nabu eigen
Alblasserwäard en andere doorbraken gered. In het jaar 1726
onderging den G r im p e s r e w a a r d eenen zwaren watervloed, door het
opzwellen van de Lek, die bij den Hemstoep, waar voordezen het
klooster Hem gestaan heeft, met eenen ijsdam bezet geraakte, welke
geen doortogt liet aan het, in den vöorgäanden herfst, door den
zwaren regen, aanmerkclijk boven peil gerezen bovenwaler. Op den
21 Januarij, des avonds ten zeven ure, brak de Lekdijk, beneden
Schoonhoven, met een gat Van 28 roed. lang en omtrent 50 of 40
voet diep, door, waardoor de G r im p e n r e w a a r d onderliep en den inge-
zetenen eene deerniswaardige eilende overkwam, welke door de gestrenge
Vorst niet weinig verzwaarde. Het land stond van 8 tot 10 v»
onder water, en-de Lek was te Jaarsveld 55 duim boven het klokslag.
Het duurde tot diep in de maand Maart eer de rivier geheel van het
ijs bevrijd was en men in Staat geraakte, om de gaten digt te krij-
gen en, tot redding van den G r im p e s r e w a a r d , de sluizen te openen;
ook had dit in den beginne niet het gewenscht gevolg en men zag tot
in het midden Van den zomer de läge landen blank liggen. Met
den tijd echter werd deze aangename landouw weder door uitmalen
droog gemaakt.
Den 23 Maart 1751 bezweek de dijk, met eene opene rivier, bij
Jaarsveld en overstroomde den waard. Van dit onheil naauwelijks
bersteld , trof deze landstreek wederom eene zware ramp , doordien , in
het jaar 1760, een ijsdam zieh beneden Schoonhoven vastzette, waardoor
de dijk bij Bergstoep , even onder Sclioonhoven , in Februarij van dat
jaar , bezweek, en de Wäard weder met het alvernielende wiater bedekt
werd. Bij dezen ramp kwam nog eene sterfte onder het rundvee, welke
vele stallen geheel ledig maakte , zoodat vele te voren welgestelde land-
lieden tot völslagen armoede vervielen. De landerijen waren destijds geen
geld waard , j a , men kort die, zelfs te geefs, niet kwijt worden.
CRINDALL , geh. in het balj. van Bautogne, grooth. Luxemburg.
Zie G r e s d a l l .
CRISPIJN en ook K o k o s a s s i , divisie in West-Indie) op het Curaca-
osche eil. Saba, welks huizen 5350 v. boven de oppervlakte der zee
verheven staan.
CRISTAL (MONTE-DE-), Portugesche naam van het K r i s t a l g e b e r g t e
in Oost-Indie, op het Sundasche eil. Borneo. Zie K r i s t a l g e b e r g t e .
CROBO , landstreek in Afrika, in Opper-Guinea, aan de Goudkusf,
beijoorden de kon. Aquapim en Ningo.