door een houten sluisje op de Donge van het overtollige water ont-
last. Het land ligt 6 palm, boven A. P.
DOMBÜSCH (KLEINE-.NIEUWE-), pold. in den Biesbosch, prov.
tfoord-Braband: Zie D o m b o s ( K l e in e - N i e u w e - ) .
DOMBOSCH (N1EUYVE-), pold. in den Biesbosch, prov. Noord-
Braband. Zie D om b o s ( N i e u w e - ) .
DOMBOSCH (OUDE-), pold. in den Biesbosch, prov. JVoord-Bra-
band. Zie D o m e o s ( O u d e - ) . I
DOMBROEK, prov. Friesland, kw. Zevenwouden, grid. Stellinq-
werf-Oosleinde. Zie D o n k e r b r o e k .
DOMBURG, voorrn. plattelandst., ihans een d. op het eil. Walche-
ren, prov. Zeeland, distr., arr., kant. en 2 t u. N. W. van Middelburg,
gem. Domburg-binnen-en-buiten, in de heerl. Domburg-binnen.
Zij werd voor eene der oudste steden van dit eil. gehouden , hoe-
wel zij nooit, ^ voor zoo veel bekend is , bemunrd of versterkt is geweest.
Sommigen leiden den naam van D o m b u r g af van D o m in u s
waarvoor bij verkorting D om gezegd werd , of van Domini Burgum ’
d. l s Neerenburg; anderen willen, dat het zijnen naam eensdeels
heeit verkregen van eenen burg of sterkte , allereerst daar gebouwd ,
waaruit de bij- en omliggenden zieh tegen de stroopers en vijanden zou-
den verdcdigd hebben , anderdeels, van zijne ligging landwaarts aan
de duinen , zijnde^ dus van ouds D u in b u r g genoemd , welke naam na-
derhand, door verbastering, in D o m b u r g zoude veranderd zijn. Dit ge-
voelen willen zij dan bevestigen , door de daarnaast gelegene lusthui-
zen : Dmnhove , Duinbeke , het Huis tfin Duin , enz., alsmede door
de aloude keuren , waarin het D u m b u r g geheeten wordt. Meer waar-
schijnlijk komt het üns echter voor , dat het eerste gedeelte van dien
naam afkomt van het oude Celtische dom of dum, hetwelk eene ver-
hevenheid of hoogte, eene slandplaats , die het omliggende belieerschte
beteekende. Daar nu de borg, welke aldaar zoude bestaan hebben ,
zeer hoog, op of tegen de duinen , lag , is deze vermoedelijk aldus
genoemd m tegenstelhng van Middelburg, dat zeer laag gelegen was.
De burg is echter door den tijd vermeid , en thans nog alleen in het
waperi over.
Het is , ten opzigte van hare gelegenheid , eene der vermakelijkste
plaatsen van Zeeland , lioewel, volgens hären tegenwoordigen toestand
van geen bijzonder belang. Het welige gras, de klaverrijke weiden,
en de vette en vruchtbare zaailanden lokten eertijds diegenen derwaarts,
welke zieh met den akkerbouw en het landleven wilden generen en
hare gelegenheid aan zee , lokte er velen heen , die zieh met de visscherij
ezig hielden. Deze gednrige aanwas van ingezelenen, bewoog den
Graven van Holland en Zeeland, om den inwoners dezer plaats met
stadsregten en yrijheden te begiftigen , doch de juisle tijd, wanneer
dit gescbiedt zij, is onbekend ; echter gaat het zeker, dat het reeds
meer dan zes honderd jaren geleden is, want in de handvesten, door
Graai F l o r i s , aan die van D o m b o r g gegeven , in het jaar 1223, wordt
die plaats eene poorte en de inwoners poorters genaamd. De hooge
ouderdom dezer plaats blijkt ook uit de ovcrblijfselen van den tempel
der Godinne N e b a i e n r i a , die digt bij D o m b u r g , aan den voet der
duinen , gevonden zijn. De vermakelijkbeid dezer plaats was oorzaak
dat er zieh velen van elders nederzetten ; lerwijl anderen er hoven en
hmzen kochten of bouwden , waarin zij zieh des zoiners kwamen ver-
maken , en des winters weder naar elders terugkeerden. Doch W i i e e m
Graaf ran Henegouwen, Holland en Zeeland, zoekende de stad D o m ’
b ü r g altijd met blijvende inwoners en burgers l e voorzien en te verme-
nigvuldigen, yon$, in het jaar 1336, goed, eene keur te maken, waarbij
verbodeii werd, dat iemand , daar ter plaatse, eenig huis of erf mögt
koopen, ten wäre bij burger of poorter was, of zulks meende te worden.
Gemelde Graaf gaf D o m b u r g , niet lang daarna, tot een leen aan het
huis van B o r s s e l e , waaraan het vele jaren gebleven is.
Men telt er 102 h. en ruim 600 inw., die meest hun bestaan vinden
in den landbouw : ook hestaat er eene kaloenfabrijk.
Het S t ad h u i s , welks klein torentje een uurwerk bevat, en waar-
van de gevel in het jaar 1821 aanmerkelijk vernieuwd is , doet zieh
zeer goed voor.
De inw., die allen Herv. zijn, maken met die van Domburg bui-
ten eene gem. uit, welke tot de klass. van Middelburg, ring van Vere
behoort, en 760 zielen telt. Deze gem. was eerst gecombineerd met
St. Aagtek erke, zijnde de eerste, dien wij als Leeraar in de gem. van
D o m b u r g - e n - S t . - A a g t e r e r k e vermeld vinden , G a b r ie l H a p p a r t of H a p -
p a e r t , die in het jaar 1393, tot medehelper schijnt gehad te hebben
L e o n a r d M o o i j a e r t of M o ja e r t ; doch de eerste Predikant, die ', nadat
St., Aagtekerke, in het jaar 1624, van D o m b o r g gescheiden w-as,
deze laatste gem. afzonderlijk bediend beeft, is geweest E p h r a im W a n t e ,
die eerst de beide gemeenten gecombineerd bediend heeft, en in 1628,
als Predikant van D o m b u r g , opgevolgd is door P e t r u s C l a s e n iu s . Het
beroep geschiedt met medestemming van den Ambachtsheer van Domb
u rg bi nn en.
De kerk, welke voor de Reformatie aan den H. J o h a n n e s was toege-
wijd, is een redelijk groot gebouw. Het orgel, dat in het jaar 1801
door den Heer A d h i a a n C a s p a r d C o r n e l i s S l i c h e r , Raad der stad Middelburg,
aan deze gem. geschonken werd, is van twee handklavie-
ren en aangehangen pedaal voorzien. De toren, die vrij hoog is , heeft
eene spitse naald. In het koor dezer kerk ziet men onderscheidene ruwe
steenen afbeeldingen van Heidensche Goden en Godinnen los op den
vloer, tegen den zuidermuur geplaatst. Onder deze beeiden vindt men
voornamelijk, die yan de Godin N e h a l e n n i a , die bij de eerste inwoners
van Zeeland schijnt te zijn geeerd geweest, hoewel men aangaande de
beleekenis van dien naam en over het geheel betreffende die Godin
weinig zeker narigt heeft. Dewijl zij , in een harer afbeeldingen ver-
toond wordt, als staande met den eenen voet op de aarde , met den
anderen op de voorsteven van een schip , en eene korf, gevuld met allerlei
vrnchten , in hären schoot of arm houdende , vermoedt men , dat
aan deze Godinne, het bestuur over den koophandel .en scheepvaart
toegeschreven is. Anderen beschouwen haar als eene Zeegodin A m-
p h i t r i t e of eene andere, omdat N e p t u n u s bij H o m e r u s zieh noemt
@eos Nealaiavog , en willen, dat L. M. op de steenen zoude betee-
kenen Limbi Magister (1).
Deze en meer andere gedenkstukken der oudheid, waaronder ook
vele steenen, met Lalijnsche opschriften voorzien , zijn eerst ont-
dekt in het begin des jaars 1647 op het strand, buiten de Dom-
burgsche duinen; nadat lang aanhoudende noordelijke winden, in
December van dat jaar, te voren, die duinen geweldig hadden af-
geslagen ^2). Men heeft op datzelfde strand, ook gevonden de grond-
(1) H e t.w a re n ex yoto’s van den schipper van eenen kustvaarder.
(2) Men Y in d t deze beeiden en steenen meerendeels beechreren door M. G a ä g o n , in zijn« W * l-
eh+i'itht Areadia . D. I. b l. 133-1*«.