BL 9 5 , reff. 31, bl. 136, reg. 8 en bl. 137. reg. 4 , S t a a t :
Etsch, lees: Esch,
Bl. 124, op reg. 31, in te vullen:
Er staan tegenwoordig in het fort C r e v e c o e ü u 3 h., bewootid door
ebnen tijdelijken Kommandant, eeh Adjüdant Magazijnmeester en
eenen Herbergier.
Bl. 128, reg. 8 , van onderen , staat: ongeveer 1200 R. K. lees:
ongeveer 1300 R. K.
Bl. 143, reg. 10 en elders, Staat: C ü l e m b o r g lees: C o l e n b o r g
Bl. 143, reg. 10—25, staat: Bovendien had naen er vroeger nog
twee binnenpoorten, de Havenpoor t — rnim 4000 inw. lees: Bovendien
had men vroeger te C ü l e n b o r g nog twee binnenpoorten : de Ha-
vendijkspoort en de Lan ksme e rde rpoor t geheeten, van welke de
eerste echter reeds tusschen de jaren 1750 en 1760 is afgebroken.
In het jaar, 1518 is op last van den Graaf A n t o m s v a n L a e a i n g ,
voor het eerst eene haven gegraven buiten de Lekpoort. Graaf F l o r i s
I I , liet eene andere maken in het jaar 1609, buiten de Goilberding-
sche poort; daar deze laatste echter aan het oogmerk niet voldeed, heeft
men wederom tot oj> heden gebruik gemaakt van de eerste , buiten
de Lekpoort, welke in het jaar 1791, door verbreeding en verdieping
aanmerkelijk is verbeterd.
Men telt er ongeveer 30 straten en 3 markten , zijnde de Groote
toarkt, deVischina rkt en de Varkentnarkt . — Buiten de Wekelijk-
sche marktdag, welke op Dingsdag invalt, zijn er de volgende jaar-
markten : de Paör den markt , invallende op den vierden Maandag
in de Vasten , waarop daags daaraan de K e r m i s volgt, welke acht
dagen duürt en drie Be e s tenma rk ten , invallende op de drie eerste
Dingsdagen der mäand November. ■— C d l e n b o h g telt hinnen zijne wallen
ruim 4000 inw.
Bl. 143, reg. 36 «n 37 , staat: dé twee bovenste ieder vast-
houden. lees: de twee bovenste te voreri het grafelijk en thans het lands
en provinoiaal wapen van Gelderland vasthouden.
Bl. 143, in plaats van regel 40—42 in te vullen:
Vroeger heeft hier ook eene Munt bestaän , ingestcld door Graaf
F l o r i s I , in het jaar 1589 , en welke werd gehouden in een huis
in de Ridderstraat, opzettelijk daartoe aangekocht. Deze Munt heeft
echter slechts twee jaren blijven bestaan, als zijnde toen bij besluit
van de Staten-Generaal der Vereenigdé Nederlanden vöor altijd opge-
lieven en vernietigd.
B1, 143, onderste regel in te vullen :
.Deze kerk, in het jaar 1422 , afgebrand zijnde, is door J o h a n IV,
Heer Van C d l e n b o h g , weder opgebouwd.
Bl. 144, reg. 6 , Staat: den 10 April lees: den 10 November
» *> » 22, staat: het koor is, lees : het koor was te voren
» » » 29 en 30, Staat: Men vindt—• de H. Barbara staat.
dit moet wegvallen
B1. 144, achter de onderste reg., in te vullen:
De Kleine-* of St. Jaftskerk te C d le n b o h g is in het jaar 1826 afgebroken.
Bl. 145, bij te voegen:
De R. K. k e r k op de Markt, te G d l e n b o r g , in het jaar 1627 gebouwd ,
is, na de vergrooting en berbouwing in 1817 , met eenen toren voorzien.
De kerk der R. K. vän de Oude Clerczy is ingewijd onder aan-
roeping van de_ H. B a r b a r a en den H. A n t o n i o s , Kluisemar, aan
wien ook de vorige kerk was toegewijd.
De svnagoge is in het jaar 1791 gebouwd. . .
BL 146 reg. 14 , staat: waarin twaalf oude mannen en acht oude
vrouwen worden opgenomen, lees: waarin acht oude mannen eil acht
oude vrouwen worden opgenomen. , » ,
Bl. 146 achter reg. 37, bij te voegen: de Latynsche school was
reeds in het, jaar 1650 gestiebt, en werd daarin onderwijs gegeven
door eenen Rector en eenen Canrector. , ,_ ,
Bi. 146 reg. 41—44, staat: Voorts heeft — scholen. lees:
Voorts heeft men te C d l e n b o h g 5 scholen, als: eene F r a n s e h e
kos tschool voor jonge h e e r en , zijnde tevens de Stads scho ol ,
met 30 leerlingen; eene School voor jonge jufvrouwe n, met
25 leerlingen : eeneStadsarmenschool , met ruim 150leerlingen, en
twee Bijzondere scholen van de tweede klasse, van welke de eerste
door 75 , de andere door 70 leerlingen bezocht worden.
BL 148, na reg. 48, voetje men in:
Nimmer trof de stad en het voormalige graafschap C o l e n b o r g eene
gedachter ramp, dan in de jaren 1672 en 1673, len gevolge van den
vijandelijken inval der Franschen, hier te lande en hinnen die stad.
Echte berigten van dien tijd vermelden, dat door hen alles werd ge-
roofd verbrand en verwoest; dat binnen de stad meer dan 100 huizen
zijn onder den voet gehaald en verbrand, en daar buiten al de boom-
gaarden, plantsoenen en verder houtgewas zijn omgehouwen en ge-
kapt, deels verbrand, deels naar andere plaatsen vervoerd en aldaär
verkocht: dat de ingezetenen deerlijke schade leden door de gestadige
inlegering in banne huizen van tusschen de 4000 en 7000 krijgslie-
den te gelijker tijd , die van alles rijkelijk moesten worden voorzien;
dat eindelijk, buiten de vaste brandschatting van f 4000 per maand,
waarop de stad was gesteld, de ingezetenen onderscheidene duizenden,
zoo in geld, als in leverancie van allerlei goederen, zijn afgeperst en
strengelijk ingevorderd. Zoo dat het geen verwondering kan Daren ,
dat de geheele schade, door de Franschen , in de jaren 1672 en 1675,
aan de stad en lande van C d l e n b o h g toegebragt, en na hun vertrek
door de Regering met deskundigen naauwkeurig opgenomen en daar-
van een specifieke; Staat opgemaakt, welke nog voorhanden is , heeft
bedragen de aanzienlijke som van viermaal honderd en vijftig dmzend
een honderd vier en negentig gülden. .
Bl. 149, reg. 23—37, staat: Behalve dit gebouw — is uitgegeven.
lees: 'Behalve dit gebouw was er ook een Nederhof ten Z. en O.
betimmerd , en aan d e N o o r d z i j d e besloten met eenen muur e n gaanderij ,
op steenen bogen rastende , aan wier einde een wachttorentje plag te
staan. Ten O., op de hoeken, waren twee vierkante, zware torens.
Een gedeelte der gebouwen , zoo ten Z. als dat ten O., van ouds ge-
naamd het Z warte Va rk e n , is geheel en al ingeslort of afgebroken
, zijnde daarvan nog eenige vertrekken, als: de raadkamer, de
leenkamer en de zuidooster-toren, waarin de archieven bewaard werden
, tot in het begin dezer eeuw aanwezig geweest. De stallmgen,
ten O. van het Nederhof, naede binnen eene gracht gelegen, werden
tot eene branderij ingerigt. Voor het kasteel was een plein, den
Voorburg genaamd, hctwelk met twee poorten, zoo naar buiten
naar de dreven als stadwaarts, plagt te worden afgesloten. Hier wa-
ren van ouds de kaatsbaan , met ecaea hoogen muur omringd, later
tot een woonhuis vertimmerd ; de piqueurstallingen, thans afgebroken ,
en ’s Gr a v e n h o f , thans ’s He e ren h o f , welke laatste, onder de