e e n e n g la z e n la n t a a r n o p h e t m id d e n e n e e n o r g e l p r ijk t . De k lo k k e -
t o r e n , e e n fr a a i g e b o u w , d a t m e r k e lijk o v e r h e l t , S t a a t , g e h e e l v a n d e
k e r k a f g e z o n d e r d , op d e n d ijk a a n d e h a v e n .
De R. K. k e r k v a n de s t a t . Prinseland, d ie ,in h e t j a a r 1855 t f
D in t e lo o r d g e b o u w d w e r d , is a a n d e HH. P e t r u s e n P a b lo s to e g ew ijd ,
en v a n to r e n e n o r g e l v o o r z ie n .
De kermis t e D inteloord valt in den eersten Maandag na St. Jani;
d e paarden- en beestenmarkt den tweeden Dingsdag in April; terwijl
er alle Maandagen graanmarkt gehouden wordt.
In den nacht van den 11 Augnstus 1837 is de bliksem geslagen In
den k a p van den houten windkorenmolen te D inteloord, waardojir
die onmiddellijk in brand geraakte, en binnen minder dan een uir
geheel in de asch gelegd -werd.
DINTELOORD-EN-PRINSELAND, gem., prov. Noord-Brabani,
Vierde distr., arr. Breda , kant. Oudenbosch (V5 k. d., 18 m. k., 7 s. dl);
palende N. W. aan het Volkerak ofKrammer, N. aan de Dintel , die
haar van de gem. Fijnaart scheidt, 0. aan het Kostverlorendiep , waar-
door zij van Oud- en Nieuw-Gastel gescheiden wordt, Z. W. aan de
Vliet, die haar van Steenbergen-en-Kruisland scheidt.
Deze gem. is eene heerl., die den naain van Prinseland draagt
(zie dat woord). Zij bestaat uit de pold. Ou d -P r in s el a n d , waarin
het d. Dinteloord lig t, den Wil lem s - e n - M a r i a p o l d e r , Ko-
n i n g s o o r d , den D i n t c l p o l d e r , Oud-en-Nieuw-Beauinont ,
den Bot e r po l de r , den Grooten-Torenpolder , den Kleinen-
Torenpold er ,* den Oostveerpolder; den Wes tveerpol der ,
den Or a n j e p o l d e r , den Nassaupolder , den St. Annapolder ,
den Kooy- en Carol inapolder , eil den Dr ie-vr i endenpolder .
Zij beslaat eene oppervlakte van 5841 bund., telt 277 h., bewoond
door 377 huisgez., uitmakende eene bevolking van ongeveer 2000 inw.,
die meest hun bestaan vinden in den landbouw en meekrapteelt.
De Herv., die hier ongeveer 1400 in getal ziju■, maken de gem.
van Prinseland en de R. K., van welke men er ruim 600 aantreft,
maken de par. van Prinseland uit.
Er is in deze gem. ééne school. — Ook heeft men er een liefdadig
gesticht.
Het wapen van D inteloord- bn- P rinseland bestaat in een veld van
keel (rood), beladen met drie kruissen van zilver, en eenen posthoorn
in het midden.
DINTELPOLDER, pold. in de heerl. Prinseland, prov. Noord-
Braband, Vierde distr., arr. Breda, kant. Oudenbosch, gem. Dintel-
oord-en-Prinseland; palende N. aan de Dintel, O. aan de Haven van
Dinteloord, Z. aan den Oud-Prinselandschepolder , W. aan den Iiooy-
en-Carolinapolder.
Deze pold., welke in het jaar 1708 bedijkt is , beslaat eene oppervlakte
van 190 bund. 16 v. r. 30 v. eil. en wordt door ééne sluis op
de Dintel , van het overtollige water ontlast. Men telt er twee boer-
derijen. Het land ligt 1£ ä 2 palm boven A. P. Het polderbestuur bestaat
uit eenen Dijkgraaf en eenen Secretaris en Penningraeester.
Deze pold. i s , bij den watervloed van Februarij 1825, geheel
overstroomd geworden.
De dijk tusschen den D intelpolder en den K o o y -e n -C a r o lin a -
p o ld e r i s , door den storm van 24 Februarij 1837, op vijf plaatsen
doorgebroken, waardoor de Dintelpolder ruim drie eilen hoog geheel
onder water werd gezet.
DINTHER gem. in de Meijerij van ’s Herlogenbosch, kw. Maasland,
nrov Noord-Braband, Eerste distr., arr. 's Hertogenbosch, kant. Veg-
hel (3 k. d., 6 m. k ., 1 s. d ., 1 ged.); palende N. aan de gem.
Heeseh, N. O. aan Nistclrode , 0. aan üden, Z. aan Vegbel, W.
^ DeieTe'm., waar de Zuid-Willemsvaart längs loopt bevat, bebalve het
d. Di n t h e r , ook nog de geh. ’t Bu i g t , Hazelberg en Hooge-
Beupt , benevens gedeelten van de geh. Loosbroek en Vorsten -
bosch. Vroeger stond in deze gem. ook het adell. huis Avestein ,
dat in het bepin dezer eeuw gesloopt is. Zij beslaat eene oppervlakte
van 1861 bund. en telt 233 h., bewoond door 292 huisgez., uitmakende
eene bevolking van ruim 1500 inw., die meest hun bestaan vin-
den in landbouw en veeteelt. De landen zijn over het algemeen goed ,
vooral lanps de Rivier de Aa , welke deze gem. doorloopt ; de beide
sronden aan de noordelijke zijde gelegen , zijn zavclig, doch worden
inet veel mest vrij vruchtbaar gemaakt. De granen en veldgewassen,
die men er bouwt, zijn meest rogge en boekweit, een weinig haver,
garsL, vlasen oliezaad. Men heeft in deze gem. een water-oliemolen
op de’ Aa, welke tevens een schorsmolen is.
De R. K., die hier ruim 1400 in getal zijn , maken eene par. uit,
welke tot het apost. vic. gen. van ’s Hertogenbosch, dek. van Boxtel,
behoort en door eenen Pastoor bediend wordt. Gedurende vele jaren na
den vrede van Munster in 1648, hebben te Dinther geene Katholijke
Pastoors kunnen verblijven. De R. K. inwoners werden dan bediend
door de Pastoors van Heeswijk, kloostergeestelijken van Berne, die
doorgaans verbleven op Bfedaf, alwaar de Katholijken van Heeswijk
van Dinther, en van andere omliggende plaatsen , moesten te kerk
komen. Dit heeft plaats gehad van omtrent het jaar 1650 tot 1673.
In het laatstgenoemde jaar verkregen die van Dinther hunnen eigen Pastoor,
en een klein, ellendig schuurkerkje , waarvan zij zieh bediend
hebben tot dat zij de dorpskerk hebben terug bekomen.
De Herv., van welke men er ongeveer 70 te lt, behooren tot de gem.
van Heeswijk-Dinther-en-JYestelrode.
Men heeft in deze gem. 2 scholen , als eene te Di n t h e r en eene
te Loosbroek, welke gezamenlijk door een getal van 120 leerlingen
bezocht worden. ,
D in t h e r was in het jaar 1196 een vrij en niet leenroerig goed. A lb e r t u s ,
Heer van Dinther, droeg toen aan den Heer van Cuyk en deze weder
aan H e n d r ik V, Hertog van Braband, dit goed op, en ontving het van
dezen ter leen. Dit schijnt echter maar de helft van D in t h e r betroffen
te hebben, want den 16 Februarij 1398 droeg W i l l e m van d e r A a ,
Heer van H e e sw ijk en-Dinther, aan Johan na , Hertogin van Braband, de
helft van D in t h e r , met alle de leenen en achterleenen daaraan toebehoo-
rende, op, en ontving die daarop weder van haar ter leen met de ver-
hetering van de andere helft van D in t h e r , en dat in dier voege , zoo
als Jan van B en th em reeds in 1352 de gemeente dezes dorps aan de
ingezetenen had uitgegeven , wordende de wederhelft der gemeente in
1378 insgelijks door Jan v a n B e r l a e r , Heer van Helmond, aan de
inwoners gegeven. Later is D in t h e r met Heeswijk het eigendom van
dezelfde Heeren geworden. Zoo werden zij reeds in het begin der zes-
tiende «eeuw bezeten door de Vorsten van Oost-Friesland, naderhand
door de ’t S e r c la b z en , Heeren v an T i l l v , vervolgens door den Heer v a n
d e r H o e v e en voorts bij versterf van laatstgemelde door de familie
S p e e lm a n , welke deze heerlykheden tot in het jaar 1834 , bezeten heb