N A T U U R K U N D E .
De waereU dekken, en de keel der HeW gereed
Om 'i Aardrfk in haar huik (^een poel van eeuwig Jeed")
Je flokken, en ahm draaikolken, znlferftroomen,
Salpeter meinen, in beur woede niet te toomen!
Elk fleekt het Aardryk aan, en zet het ganfch HeeUal
In brand, op dat het koome aan d'erideloozen val.
Het vreeßyk denkbeeld -van dien jongßen dag der dagen^
PFaar van Propheeten en Afofi'len noch gewaagen^
En die zelfs 't Heidendom erkent heefty moeft elks geeß,
Met fchrtk vervullen, doch des boozen aliermeefl.
De fchrand're SCHEUCHZER, in GODS Bibeltaal ermarenJ
Hoor ik al d'yfiykheen des oordeeldags verklaaren:
Hy fteld die utt G O D S woord m eenen held'ren dag.
Men diene en vretze GOD mct eerbied en ontzag,
En trachte in V -waar Gehöft naar 's Heeren wet te leeven^
Om fiuks de fchop aan de Aar de en Vleejch en blced te geeven i
Zo zal ons nooit dien dag verbaazen, maar met vreugd
Fervullen, -wyl hy V loon zal fchenken aan de r
MEt die zelfde zekerlieid, waar door wy i
weecen dat de aldereerfte Paradys-aarde
door het water k verwoeft, is ons bekend, '
dat deie aarde welke w y bewoonen, doorheC •
vuur zal worden verdeigt. Ditdroevigfchouwfpel
van het brandend , rookend en beevend
iardryk zagen de Voorzeggers van het Oiide
Teftament al van verre. |ez. Xl i l . 9. lo. 13.
Ziet Je dag des HEEREN komt, grouwelyk^
ntt verbolgendbeit ^ ende hittigen toorn: omhet
knd teßeUen tot ver-woeßinge, ende des zelven
Zondaars daar tut te verdeigen. PVant de Sierren
des hemels, ende zyne Geßternten en zullen
haar hebt niet Uten lichten: de zonne zal verkißert
•worden, wanneer zy opgaan zal, ende
¿e Mane en zal haar licht met laten ßchynen.
Daarom zal ik den hemel beroeren, endedeaar-
¿e zal beweegt woraen van hare piaatze, van
wegen de verbolgentheid des HEEREN der
hejrfcharen, ende van wegen den dagzyneshitt¡
gm toorns. XXIV. 19. 20. De aarde zal
lantfchelyk verbrooken in orden : de aarde zal
guntjchelyk van een gefiheiirt worden: de aar-
¿e zal gantfihelyk beweegt worden. De aarde
gantßchelyk waggelen, gelyk een dronkaart,
(ndt zy zal heen ende 'weder beweegt worden gebk
eene nachthutte. Ezech. XXXl l . 7. 8. Enßls
ik 11 zal nitbliißchen , zal ik den hemel
Meáen, ende deßerren zwart maken. Ik zal
« Zonue met wölken bedecken, ende de mane en
haar licht niet laten lichten. Alle lichtende
"men aan den hemel, die zal ik om uwentwd-
« zvjart maken ; ende ik zal eene duißerniße
«w Hw Unt rnakcn, ßpreekt de Heere HEE-
« ¿ ' : X X X V I i r . 19. 20. ¡Vanttkhebbegebroomynen
yver ^ in ''tvnurmynerverbolgent
"M. Zoo der niet, te dien dage, eengr00t be-
^•f» zal zyn in den lande Ifraels. Zoe dat van
^'y» aangezichte beeven zullen de vtfßhen der
het gevogelte des hemeh, ende hetge.
«We des velts ende al het krnipende gedierte
"P hei aertryk krmpt, ende allemenßhen die
op den aardbodem zyn : ende de ber gen zullen né'
dergeworpen worden , ende de fteyle plaatzen
zullen nedervallen, ende alie muuren zullen ter
aarde nedervallen. [oel II. 10. De aarde is beroert
mor des zelven aangezichte, de hemel
beeft ! de zonne ende mane worden zwart, ende
de fterren trekken harén glantz in. vs. 31.
De Zonne zal veranderd worden in dmfternifé
ende de Mane in bloet eer dat diegrooteenvrees-
Jelyke dag des HEEREN komt. De Voorzeggers,
gelyk gyziet, ípreekenuiteenenmond,
gelyk -Qok K R I S TUS , Petrus en de Apoílel
Johannes deProfeet, dewelkeop GODS bevel
wonderlykc Gezichten aanteekende, heeft
gezien by het geopende zesde zegel de aarde
van alie kanten opryzende bedekt, tenalderklaarften
bewys, dat de Godfpraken zekerlyk
zullen vervuk worden. By aldien cok wyaanmerken
deeze laatlte en noodfdükkelyke verandering
der wereld, ten eenemaal onzeker
z y n d e , wanneer dezelve zyn zal, zoo zal in
onzen oogen doorikaalcn ook met een de hemelfche
glantz van K R I S T U S doorluchtige
toekomííe, Sodom door vuur en zulphur zullende
verbrant worden; alie dingenroodzyndevan
bloed, van vuur rookende, vuurbraakende
bergen met gekrak ternederplofFende:
liet droevig en zwart aanzicn dcr Zonne ; de
bloedverwigcMane; beevingen, gefchreeuw,
overal gehuyl. Zeer moeyelyk valt het te zegg
e n , hoedanige de tweede toekoomende oorzaak
van die zoo zeer verfchrikkelyke en ontzachelyke
drocvige VoorvaUen zal zyn , de
H. Schrift daar van fdlzwygende. Ofhetmiddelpuntig
vuuruit zyne Kerkers zal iiitbarften,
gelyk by die nootfchikkelyke en algemeene
zondvloedige overílroominge aUe fonteinendes
grooten afgronts opgebrooken zyn. Gen. VII. ir.
o r door onze rondom Jiet Aardryk leggende
damp eene Staartller door de Zonne in brant
geftooken zal doorgaan, gelyk zulks het gevoelen
is van de meefte hedendaagíche en ala
a deri
Il
•iJI:
I i
i . i
l i l i '
I
I :
f l : ' i , í í
1.1