¡i;
M ' Ì : , - "
1628 G E E S T
de voomaamften de zwarte in de naclitdaiftcrnüTen,
liclitdervingcn door dikke nederv:dlende
regen, by woedend onweder, mi en dan
door in liet midden leggende dikke wölken:
Over dag , na gevalle regen, in het midden
van dünne wollten, tailti verwe: by heldere
Inclit eene blaEUwe verwe , nu en dan 00k in
de wölken, tiiflchen liet 00g en de Zonne
tiiBcliengeftelt: Itimr. Alfin. Edit. Lugd. bl.
117. ro'jde verwe in de wölken legen Over de
Zo'nne geltelt, 00k nu en dan, alhoewcl
leldzaam, in de wölken by de opgaande Zonne
geplaarft : gtek verwe in de op en ondergaaSde
Zonne , wölken zyndc rondom de
Zonne gelegen , ook by aanftaande zwaar
onweeder. Bebalven deeze voorname vtmen
komen ons nog voor den oogen verwen van
den tmtdln rang, gemengde , ontelbare
loorcen derzelver, fchidyke verandermgi
alderfchoonlle verminderingen derftbadinven,
ten eeneraaal voor de alderervarendfte Scbilders
onnavolgelyk. Uit den rang van deeze
gemengde verwen vertoont de Zaligmaker in
den Text fnrrhon , by ons roat. Ahvaar ftaat
aan ce merken, dat de roode verwe verfclieiden
zoorten heeft ; de R om- k k a deeld mede
van de witte , nu en dan te bemerken in
•wölken die vol ryp zyn, byna een evengeWk
gedeelte van licht enfchaduwe overzendende:
govdgetl of vnnrig word gezien in de vlamme,
alwaar zig desfelfs geele verwe eindigt, en
weiniger lidit deeltjes doorgaans: bloedverwig
alwaar byna het zelfde gedeelte van liditdoorgaat
, maar van glans ontbloodj^ te zien in
daeuwaciitige wölken , door de Zonne verligt
E L Y K E
dikwyls is toegevouwen , des nachts gezien
by het heldere kaarslicht. Dusdanige wölken,
om dat zy dun zyn, nit weinige dampen beftaande,
: dortkcr rood , hoedanig gezien word op
papier van geftampte vruchten van eene Idafchebraam,
ofkerflen: deze is doorgaans gelyk
als de navolger van de avondfcheeraering,
alzoo ook van de morgenfcheemering , van
beiden rood, de voorlooper, en is beginnende
even gclyk donker rood: defiharlaiai of
pitrptf'vcr'wtge , meer zweemende naar het
hemelsblaeuwe, dan liet bloedverwige, welke
de Scliilders ook uit het zamcnmengen van
een weinigje hemelsblaeuw met rood voortbrengen.
Door onze taal der Wysgeeren
moet in de uitdriikking van den Zaligmaker,
Scho»ii weder, '¡¿Jatit ae hemel is rood, vei-ftaan
worden de goudgeele verwe, welke zieh vertoont
in vol ryp en onvruchtbare wölken,
even als-UH«?', met glans rood zynde. Deze
verwe word vertoont door geolyt papier, dat
die ook zelfs by nacht nedervallen,
zullen voor den dag van morgen nauwelyks
Jioffe voor regen -veifchaffen. Maar des morgens
, heden on-vueder, rj:;ani de hemel is droevig
root. "V^eritaat Mer ter piaatze eene bloedroodt
verwe, hoedanige verldiynt in de wölken,gereed
zynde om regen uit teftoiten, derhalven
kenteekenen van dezelve. Deze verwe vertoont
nat papier, eenige reizen toegevouwen,
en voar liet kaars-lichc geiiouden. Gelyk m
de Ooltericlie Landllreeken de vcranderingcn
van de luclit meer gereegeld zyn , als wel in
onze Luchtftreeken , zoo zyn ook derzelver
kcnteekens zckerder , dan in onze Landgeweilen
5 hierom zegd JvRISTUS tagen den
Joden j dat zy können het aanfckyn des hetnels
onderfcheiden. In onze Geweiten zyn dezelve
voorteekenen nu en dan misieidende,
wegens de meer veranderende verwiiTelingen,
voornamentlyk wegens de ongeftadiglieit der
winden. Even zodanig is het geleegen met
die voorteekenen, waar van melding word
gcraaakt Luk. XII. 54. IVanneer g-^tm
-wölke ziet opgaan van het Weflen , ierfioni
zegtgylteden : Daar kamt regen: ende het gifehlet
alzoo. Ende warmer gy den Zuidenmnt
ziet'isiaeyen, zoozegtgy: Daarzalhittez)\v.
ende het gefchiet.
Alliier zoude zig eenegevoeglykegelegendheit
opdoen , by aldien ik in ter zyden uitfpattingen
vermaak vond, om aan te tooneri,
op welken zwakken grondilag gebouwd zyn
die voorzeggingen, dewelke gemaakt of verdiciit
worden uit de plaatzing en beweeeing
der gefberntensj en ten fchande van den iCriftelyKen
Godsdienft nog hedendaags voordec
dag koomen in Almanakken : insgelyks ook
om te fpreeken van verfcheiden Boeren-voorteekenen,
Biteren-Regels, uit welken zy veelmaals
geheele reekzen of van maanden, of
van jaren voorfpellen. Tot deze Wicchelary
• ' ook tot zeer vele andere ' '
den, warende Joden zeer genegen.
lyk ook roemt" Rabbi Jcha in den yeruzälemfchen
Talmud hl 65. b. wegens de Rabbvnen
, dat die geneusden uit de reuk van de
eerite regen dea jaars de vochtige gefteltbeit
van het gantfdie jaar hebben kotmenyoorzeÄgen.
Men leeze Fimccius over de VevM»
' Hemels bl. 123.
P R I N T B L A D DCLXXXVII.
HEERE ontfemt a over mjn Zone, wamhyismaanxiek, ende is in^y"""
lyden: wmt meniimad valt hy in 't -umr, ende menigmad in 't water.
Ende JESUS beßrajte km , ende de duivel ging van hem uit, ende hethint mV''
genee^m 11m dier me a f . Mat th. XVI I . verff: 15. 18.
'.-'•Ii
r-
S r i t A l j . Pnp^. XVH. tr.lü. -18.
JVLATTH. C»1..XVII. V. XS.IS. I . ^j» „
Lmialicus fpiaiiiiiis imracido fiuiiinis . . ftu- an mmn ,^rt.)i()trijtutnt.
I. Q. Tlulot ScldpJ.
r 'Ii
. i l .