l y i j S G E E S T
dar die overvloediglyk voortbrengen zouden een
gexvemel van levenäige zielen j en aan de aarde,
daC die 20Lide voortbrengen levendige zielen,
naa hsren aart. Zoo 00k heeft G O D zelf,
niet de natuiir, den menfch gefchaapen naa zynen
beeide^ Gen. I. 10. 24. 27. Doorzynwenk
alleen leeven wy^ btwee^en ens, en zyn wy.
Daaris no^s; overig om te gelyk en te verdryven
en te verdeigen des mcnfchen oorforong
uic het Geittk en Gevd, de Coden en
Godinnen by rampzalig voorteekenzyndegebooren,
welker namen ten niinllen noch overig
z y n , onder welker begimftiging de gemakkelyke
Ongodilt de iiaven van veiliglieit inzeilt,
zonder dathy van noden iieeft de moeyelyke
omweegen van de Tuigwerkkundige of iigharaelyke
Wysgeerce. Diczoude de kortfte weg
zyn om deugd en godsdienll: hec onderfce boven
te keeren. Daar is voor Twiftreedegeene
plaats, als wy maar het Geluk en Jiet Geval
voor uitwerkende oorzaken aanbidden 5 door
welke meening de Heidenen zyn ingenoomen
geweefl, en miiTchien iiet onkundig gemeen
tot huiden toe. Behalven het lighaam en het
leedige of het Niet Haan de Ongodifcen niets
toe. ßy aldien het Geval een ligliaam is, zoo
zal het een gedeelte zyn van de algemeene
ftoffe ; derhaiven aan tuigvverkelyke wetten
onderworpen. Maar de werkzaaraheit der
ftoffe hebben wy boven bereeds verworpen.
Derhaiven zoude de afwyking van die wetten
van allerhande lydende Itoiie moeten tocgefchreeven
worden aan zeker uitwerkendWeezen,
en geen geval, maar een wondcrwerk
zyn. Maar, by aldien wy de zaak aandachtigerbefchouwen,
het geval is een niet-Weexcn
, een genaamd-weezcn , met zodanige
iiitwerkingen voorzien, dewelke wel waare
wezentlyke oorzaken erkennen, maar zodanige,
aan welken alle kenniile ontbreekt. Gelyk
dat een geval is geweeft, het welk eenen
icliMtrisgehüindhYPlfitarchiisoverhei Geluk,
dewelke langen tyd , maar tevergeefs, arbeidende
om lüt te beeiden het fcliuim van
een paard uit drifc van een verfcoord gemoed
de fchildery ziillende uitwilTdien door de beftryking
met de fpons, niet eens op zodanige
lütwerking denkende, het gewenfchte fchuim
heeft iiitgebeelt. Op dezelve wyze gaat het
met het Geluk, ten zy dat de Weezens Iiier
werken uit voorberaad , in welken zin, liet
geen zoo even gemeiden Schilder gebeurd is,'
veel ecr geluk verdiend, als wel geval, genaamd
te worden. De menfch zelf is de
werkmeeiler van het geluk, het geluk niet van
den menfch. Het geval en het geluk zyn het
zelfde , dat de natuur der Ouden was. Plaio
X. B. Over de IVetten, pir kai hudoor, kai
geyn kai aera phufei panta einai kai tuchey phaßn.
— oute dia tina theon outedia techneyn,
alla ho legomen phußn de tuchey. De ommaclit
van welke natuur wy boven betoogt heÜben.
E L Y K E
Den middehveg tuflchen de geftrenge wetten
der Tuigwerkkunde, en de gevallige en
te gelyk vrywillige beweegingen Haan die
geene in, dewelke de geboorte van alle dingen
toelchryven aan een noodzakelyk noodlot,
het welk wel in den beginne geene volmaakte
dieren zoude voortgebracht hebben,
maar onrype gezwellen , gelykvormig eene
kiomp 5 van verfcheide gedaante , bougenty
antbroproora byEmpedokles, eene dracht zonder
leven en beweeging, anderen wel leevendigen,
maar van voortteelende kracht ontblood,
eindclyk weinigen in allen deelen volmaakt,
dewelvevruchtenhaargelykendekonnenvoortbrengen,
dewelke alleen zouden overgebleeven
zyn, die eerlce versande. Welke onderftellmg
ftand houdende 200 zoude vervallen
alle betoog van een oneindig werkend
Weezen genoomen van het gebruik der deelen.
Dusdanige Gevalfchryvers, of dwaaze
Noodlotcilten wederlegt de aanmerkmg zelf
alleen maar van het ooge, van het welk alle
en elk deel 200 vafte Ss vloeibare op liet alderftipfte
palTen op het gebruik van het gezicht,
waar toe dezelve gefcliikt zyn, en zekerlyk
geen gewrocht zyn van zekere blinde natuur,
nocli van tuigwerkelyke wetten, noch van
een noodzakelyk noodlotj maar van een oneindig
volmaakt verfcandig Weezen, gelyk
wy betoogt hebben op Pf. XCIV. 9. Zoude
die de ooge formeert ^ met aanfchow^'cn? Behalven
de deelen volllrekt tot het zyn, en te leven,
en voortgeteelt te worden noodzakelyk
zoo van het hgliaam der menfdien, als van
alle becften, klemmen ook die, dewelke tot
het wel zyn behooren, een dubbeld werktuig
der Zinnen , van het gezicht, het gehoor,
de rcuk , nagels, haairen. Deze dwaazen
zouden met eenige fchyn dit dwaaze leerftuk
van het noodlot een verwje können geeven,
by aldien geheele Volkeren gevonden wierden
ontbeerende die deelen alleenlyk tot ge-.
mak dienende , de eenoogige Siciliaanfche
Kyklopen, de Eenoogige Schyten, de boksvoetige
Woudtgooden en der flerderenGodheden,
anderemetgehoorendehoofden, even
als Jupiter Hammon , of Bacchus, van verfcheide
gedaante , hoedanige de Dichters en
de Schilders verzonnen hebben, en de Ongodiilen
noodzakelyk in onbekende landen moeten
zocken. Zy zelven moeten noodwendig
bekennen , dat het menfchelyk lighaam zoo
konftigiyk is zamengefceld, dat het zelve van
een oipindig volmaakt Weezen niet cierlyker
kon uitgewerkt worden. Wie zal, bid ik u,
zoo verre tot dwaasheid vervallen, dathy zoude
können gelooven, dat een Gedenkpenning
konftig gemaakt, die van de voorile zyde vertoont
Jiet Iloofd van een Roomfch iCeizer,
van de andere de gedachtcnisvaneenlgedaad,
de pilaren van Trajanus of Antoninus, de
puinhoopen van het oude Perfepolis, geene
kon-
N A T U U R
konftige werken te zyn van menfdien iinnden,
maar opftapelmgen van aarde of lleenen by
voorval van eenige aardbeevinge opgerechc?
Maar oneindigmaal meer konft is 'er in een
eenig oog, als in deaiderkonftigfteheUYGedenkpennmgen,
lietzyGebouwen, Scljoinvburgen.
Standbeeiden3 Gedenkznilen, Brüggen
, Waterleidingen ^ alle welke werken
nocbtans tot de Speelenvan de Natuur zouden
te brengen zyn. Veele der ouden en liedendaagfchen
Wysgeeren hebben de by geval
gebeurde of toevallige voortkoomingen der
menfdien, dieren, plantenvergeleekenbydie
worpen in eene boekwinkel zynde van de leiteten
van het A . B. C. uit welken nooit voort- '
K U N D E . 17 5 p
koomen zal nog de Eneas van Virgilius, nog
de jaarboeken van Ennius. Die zidi op de
konft van zamenvoegingverllaan, zullendeeze
wyze vanwederleggenbekrachtigcn. Lan?
genoeg, en milfchien al te lang hebbe ik deH
Leezer opgdiouden in het betoog van eene
Itolte wel van gewicht, maar om de tegenwerpmgen,
dewelkezoo groote moeite, als wy
befleed hebben, te wederleggen, naeuwdyks
verdienen. .Doch by aldien wy imand nog
genoeg gezegd, nog gefclireeven hebben,
denzdven zullen wy verzenden naa de tweede,
derde, Vierde en vyfde Litmdcmn van Riihard
Bintky tegen den Ongodiften gehouden.
Hand. X I X . vcrff: 11. ij.
Ende GOD dedi ongewoodyke krachten door de banden Pauli,
jlkpo dat ook 'oan zjn lyf of de krancken gedragen wierden de
gordeldoeken, ende dat de ijekten man haar wehen, en de booze
uitvoeren.
ofte
iian haar
B y de eerfte tyden van het Kriftendom
moeft de Leere van K R I S T U S riet alleen
verkondigtworden, indeherten de menfchen
diep ingeprent worden , maar ook verzeegelt
worden door de onmidddyke uitftortinge van
den Heiligen Geell, door wonderdaaden bevefdgt
worden : welke gave om wonderwerken
te verrichten de voornaamfte geloofsbrief
was van den Apoftelen. Ook van gene minder
kracht moeften zyn de z'^'eitdoete» m gorvan
Paulus, als itfcbaduwi van Petrus,
Hand. V. if. jainzekerenzinvangrootere
kracht. De fchaduwe van Petrus konde
zonder zyn lighaam niet zyn, maar de zweetdoeken
van Paulus können daar gebracht worden,
daar zyn lighaam niet was. Dit getuigenis
van de wonderdadigegeneezmgendoor
Paulus verriebt zoude den Roomfch-Katholyken
wonderlyk können ten byftand veiftrekken,
by aldien wy niet ten vollen verzeekerd
waren, dat de gave van wonderwerken , als
niet langer nodig zynde, had uitgediend.
Hand. X I X . vers 13.
Ende \mmigen 'van de omfmrvende Joden, zynde dmvel befmerders, hebben haar
onderwmden dm name des BEEREN JESU te mewen, over de gene die bocae
geeflen hadden: ^eggende ]Vj befweeren » by JESUM , dien Paalm ^redthf
Met geen recht zoeken de Iiedendaagfche
Duivelbanners in dit Verhaal, ofVertooning,
overeenkomft. De onreine Geeilen lyden
ZOO gemakkelyk niet verjaagd te worden door
woorden en uiterlyke plechtigheden: noodwendig
moet daar by zyn het wäre gelove,
en aan de zyde van G O D alderheiliglte oorzaken,
door welken hy de krachten van zynen
alderfterkflen arm wil openbaar maaken.
In de Joodicbe Kerk zyn zeer gemeen geweeft
de Verbanningen der booze geefen door zekere
formulieren, en dat de Koning Salomen
cen alderervarendfte Duivdbefveerder is geweeft
, geeven niet alleen de Joodfclie Leeraars
voor, maxjofipims zelf in het VIU. B.
kap. der Jaodfche üiidhedea. Ook hreft hy
ijigeevíng verkrífgm
tot mit mgcnetwig dir mmfchm, dewelk krach,
ti^ ,s legen de Duiveleri. IVam hy heeft bezweermgen
ofgeßelt, door welke» de ziektenS
worden verdreetien: enhy heeft hefchreven mameren
van bezweer'mgen nagelaten, door welken
de wykende Duivelen zodanig worden ver-
Jaagt, dat zy naderhant nooit diirven wederom
koomen. Die Gefcliiclitfchryver voegd 'er by,
dat noch by zyn tyd deeze konft om doorbezweeringen
tegeneezenin zwanggegaanheeft,
gelyk liy zulks bewyft door een voorbeddvan
eenen zekeren Eleazar, de welke in tegenwoordigbeit
van Velpalianus, zyneZoonen, en
Legerhoofden veele van den Duivel Bezeetenen
zoude hebben geneezen, voor de neuze
gehouden hebbende eene ring, onder welker
zegel zoude gefchoolen hebben eene wortel
eer-
.Mil) ,
í i !
r
! Jii
ii;
Ii:
^iif