r
1560 G E E S T
len. Dßcli zy hcbben niet , volgens het getiiigenis
van den \^ooi-zeg'ger, waarom z y op
hare macht zoudcn vercrouu-en, ofop liare
rykdommcn , want -^anneer de Zoime opgaat
ZOO vhegm zy '^vech , alzoo d'&t hare piaatze
E L Y K E
onbekent is, '•ji'aar zy geweeß zyn. Dat de
Uitlanders als de zaken vooifpoedig gingen
wel zouden komen toevliegen, maar kwiilyk
gaande zouden wech vliegcn, cn dat z y Ni«
nive zouden vcrlatcn.
DE PROPHEET HABAKUK
P R I N T B L A D DCLVI.
Zyne feerden ¿jw licbter clan de lu^paarden , ende zy zyn Jcherper dan de avontmlven
, ende z-^ne rf*yters vcrjpreiden haar: ja zyne ruyters ^llen u m ver re ko^
men^ zy ^llen ultegen ais eenarenty ^ichfpoedigendeomteéten.VÍÁhdkA.wcxs^^
Dit Prentblad.is zeer fraai m kunjiig voor H gezichti
Ter'-jjyl de dmft'ren Text^ in Habakuk^ veel licbt
Ontfangt door SCIIEÜCIIZEKS fen^ die de eigenfchap der Paardcn,
Bekent by den Kaldeeuw, ontvonwde naar heur '•^•aardetj.
D^ e E V Voorzegger,o o r z e i _
ais hy de Teerden, (de
m y t e r y ) der iCaldeeuwen ICaldeeuwen//i-lie
è/^r noerat
ais de Lieypaarden,ietti zoo verilaat verilaat
iiy daar door
200 zeer den loop niet, dan wel ae
e íprongi
Dit zelfde fchynen de L X X . te kennen te Eebi
e n gegeven exaloimtai huper pardaUis. "Wef
ens d e fprongen der Luypaarden Jiebben 'wy
eiialven de ondervinding de getuigeniíTen
der Alouden. Cyrillus over deze plaats: Ben
Liiypaard ts een fpringend beeß , toefchietende
met een gez's;md ge'-jielt op die^ v;elken hyvervolgt.
Pollux : JVant hy heeft een licht^ bttig»
zaam , en om fprom^en te maken een zeer behjvaam
Itghaatn. De dapperen krygsman
Scava word ten aanzien van z y n e hcftígefíiellieit
in de belegering van Tiurazzo tegen den
vyanden gebruikt, van Lukanus in z y n VJ.
B. by eenen Luypaart vergeleeken.
- - - gene trager fprong heeft hcm om hoog
, en by heeft zieh op de -zvapenen in het
% der krygsdrommen geivorpen, als de feifie
Z'xynfpriet eenen fuellen Luypaart -Juegrooft.
Maar ook maakt een fiielle loop den Luypaart
vermaard. ^_/£iianus Hijior. VIÍI. ß. 6.
kap. T)oQr den loop achterhaalt de Luypaart de
meeße keßen , voornamentlyk ook de Anpen.
Oppianns Cyneget. III. B.
Hy loopt zeer fnel, en valt dapperiyk recht
toe recht aan, gy zoudzeggen als g j hemzoiid
zien, daf hy door de hebt vloog.
Olear WS vcrhaalt in zyn e Perziaanfche Reize ^
IV. ß. 398. bl. van eenen Luipaarttotdejacht
gewend, alle jachtlionden in Jiet loopcn overtreffende,
die allerlcy Jiazen acliterliaalde.
Verder gewaagt áe Voorzegger van de
Peerden der Kaldeeuwen, ádXzyfcherper zyn
dan de avontwolven, vechaddou, welke Bynaam
zoo wel op de fneüieit in het Iqopen»
als op de iclierpte van bet gezicht kan toegepaft
worden.
B y Oppianus komt onder de zoorten i^an
wolven vDor de toxeuteyr , de Spies'-^erper,
aan wien de Beeilebefchryver toeeigent thos
Koola, vlugge ledematen: ecne andere zoort
word genaamd Kirkos-y circus^ accipiter tzn
liavik, alle wolven in fnelheit te boven gaande,
Volgens het getuigenis van c^/Eltanus Hiß.
X . ß . 2Ó. kap. is een W o l f , een zeer fchcrp'
ziende beeß , zelfs by nacht ^ alfchoon dat dt
Mnan niet fchynt. Dat hy licht nitfcbiet heeft
Pliniiis geloofd in zyn Xl. B. 37. kap. maar
veel eer moct deze idaerpte van Iiet gezichc
aan de veelverfcheiden verwen van het druivü
vlies worden toegeichreeven. Van wegens dez
e zelve fcherpte van het gezicht is W'olf
aan Apol l o toegewyd geweeft, het welk blykt
uit den Verklaarder van Aratus i, ja Apolk
zelf is önder de gedaantc eens Wol f s gccerbied
geworden , gctuige Macrobius Satunt.
I. B. 17. kap. Ook verftaat Bochart Hierozoic.
I. D. III. B. 7. en lö. kapp. deiiielheitv;uider
W o l v e n en Peerden vaardige bcdry\ cii. \'an
den W o l f zingt I^irgilius.
- - - En het fcherpziende zoort vrf»
ÌFohen.
Gelyk ook dczelve van het Peei-t, in het III.
ß. der Landbow^'.
Jfkamus heeft verwaak in de bhh
nenße valeyen in een fcherpziende paart. •
D e Menfchcn zclven word ccn Jdmp VeY-
' tocü-elchrecvcn. Lees mcer over düze
zaak. op Jerm. U'". 13. ^^ C.
Ilabak.
T A B . n c j v V I .
H A . n . Cap. I. -v s.
Xtj^ui Pai í i i s VeloClores . í f r j ' í V ¡rtrht't'V íú¿ hfr ¿^xu-^hrjf.
I . G. Tirh.z .n-tAlf,..-