HL Deeze heeft de Steng een Voet lang , Tak-
xvnL’ kig : de Bladen met eene digte Wolligheid be-
Hoofd« kleed en dyfachtig , allengs verfmallende naar
s tu k . # die uit menigvuldige Bloemen famengedeld
i s , wier Kelken bleek, de Blommetjes
hooger geel zyn , maar zig , voor ’t
ontluiken, wit vertoonen.
xvm. Cl 8) Droogbloem , die Heeft er achtig is , en
Mariti. v J ° r t D, , T Ö • mum. zeer lakkig , de Bladen Lancetvormig ,
Rend^min' ongefteeld, fpits achtig, de binnenfte Kelk*
fchubhen Goudkleurig hebbende.
Deeze groeit aan de Zeekust by de Kaap. ’t
Is een Heeder van vier Voeten hoog, met vee-
Ie ruïgachtige Takken , de Bladen overho^ks,
digt by een, ongedeeld , Lancetvormig, Wollig
, Afchkleurig hebbende. De Bloemen maa*
ken digte , rondachtige Kroontjes, die eeniger-
maate gedeeld z y n , aan ’t end der Takken. De
Kelk is gefchubd , ruuw , uit den witten ruig-
achtig , met fpits getipte Schubben , die een
bruinachtigen rand hebben, zynde de binnende
ry , zo wel als de Blommetjes, hoog Goudkleurig.
De aangehaalde, van den Hoogleeraar B ur-
M A N n d s , is een zeer fraay Gewas, t’eene-
maal met een Fluweelachtig Dons, dar uit den
gee-
( 12) Gnaphalium trut, Ramofisfimum , Fol. Lanceolaris
fesfilibus acuriusciilis , Calycinisintimrs Squamis Aureis. Mant.
2.23. Gnaph. Sericeum , Fol, oblongis acutis , Floribas cymofis.
Burm. 'Aft.. 2ió. T. 77. f. a.