Hl. Twee Soorten zyn door zyn Ed. opgegeven,
naamelyk
CO Gouania met Wollige Bladen.
GouarAa Deeze, van zyn Ed. op St. Domingo waar-
rwdüge’ Senornen> een Rankachtige Heefter, beklim-
- mende de hoogfte Boomen, en zig vasthoudende
met zyne KlaauwiereD. De Bladen zyn
langwerpig Eyrond , fpits, flaauw gekarteld,
Wollig , gedeeld , overhoeks geplaatst, vier
Duimen lang. Hy draagt Trosfen van v y f
Duim, in de Oxels en aan de enden der Tak-
ken, van gedeelde kleine Reukelooze geelachtige
Bloempjes , hier en daar famengehoopt.
Het Huikje, dat de Meelknopjes dekt, Ipringt
’er Veerkragtig a f , in de uitfehieting van het
Stuifmeel. De Mannetjes-Bloemen hebben geen
Vrugtbeginzel, hoewel men in dezelven altoos
een Styl z ie t , zonder Stempel. De Zaaden
zyn glinderend zwart.
De Heer J a c q u i n hadt dit Gewas bevoo-
rens tot de Rhamnus betrokken, doch naderhand
hetzelve , met het volgende , dus daar
van afgezonderd.
(a ) Gouania met gladde Bladen.
Dee-
(1) Gouania Fol. tomentofis, Jac<^ Amer. Hiß. 263.
Rhamnus inermis, Ramis Cirrhiferis, feandentibus , Fo!, tomentofis.
Id. Enum. p. 17.
(2) Gouania Fol. glabtis. Syst. Nat. XII. Gen. 11 $7. p.'
«75. Veg. XIII. p. 767. ]AC<^. Amer. Hiß. 264.. Banifteria
Deeze Soort, anders met de voorgaande over- III.
eenkomdig, kwam dien zelfden Heer op St.A™E®L-
Domingo voor. Hier waren de Mannelyke Hoofd*
Bloemen , byna altemaal, zelfs van een Styl5TUK*<
ontbloot. Dat Gewas van de Barbados , \MoKOlka'
welk de Ridder Paullinia genoemd hadt in de
Upfalfche T u in , naderhand van zyn Ed, Bani-
fieria Lupuloides getyteld, fchynt hier te behoo-
ren. Dus wordt ook de Amerikaanfche Wilde
Hoppe die Klaauwieren heeft, van P lukenet,
hier t’huis gebragt. De Groeiplaats is , derhalve
, ook op Jamaika.
M I M O S A.
De Kenmerken van dit bekende Gewas, zyn,
dat het den Kelk vyftandig en de Bloem in
vyven gedeeld heeft, met v y f , tien o f meer
Meeldraadjes, brengende deTweeflagtige Bloemen
, die een Styl en Vrugtbeginzel hebben,
een Haauwvrugt voort.
De Boomachtige Soorten van dit Geflagt
reeds befchreeven zynde, zal ik hier de overige
Heefterachtigen, gelyk ver de meeften
z y n , voorftellen.
* * Met twee- o f driepaarige Bladen.
(5 ) Mi.
Fol. alternis lanceolatis fêrratis. Sp. Plant. I. p. 427. Paullinia
Fol. fimpl. &c. H. Upf. 97. Rhamnus inetmis &c.
Fol. glabris. Jacq. Amer. 17. Lupulus fylv. Americana &c»
PLUK. Alm. 229. T, 201. f. 4. & Pbyt. T. 263. f. 3,
II. Deel. VI. Stuk.