mm
■
M l
II BmwmS
H H
I H
llH lb
I H 9
B a B
ii&m
kB p I m
BKI
M H h
IMmm
B i
f
UI-
'Afdeel.
xviu
Hoofdstuk.
(8) Droogbloem , die Heef ter achtig is , met
ongefteelde f'malle Blaadjes , de buitenftc
Kelken ruuw, de binnen [ten roodachtig.
VIII.
Gnapba- Dit is een Heeftertje met ftyve ongelyke
üumÉri- Rysjes en zeer kleine Blaadjes ver van elkan-
Heylchtig. ^er» weinigo ongefteelde end-Bloempjes hebbende
, wier buitenfte Kelk uit Afchkleurig
groene , eenigermaate Wollige Blaadjes , de
binnenfte uit roodachtige, gladde,- langwerpige.
Schubben beftaat.
ix. (9) Duurbloem , die Heefterachtig i s , mei
hum'^0' digt getrapte Spilrondachtige Blaadjes,
Fyabiadig. getakte Tuilen, en uitwendig Roeftkleurige
Kelken.
De Bladen o f Baadjes zyn, in deeze Soort,
zo digt by elkander en zo menigvuldig aan de.
Takjes , dat Plükenet dezelve Ethiopifch.
Duizendblad , grys zynde , met Hey - Blaadjes
en een fierlyke Bloem , getyteld hadt. Men.
vindt de Afbeelding ook by den Heer B ur-
l iANNü s , die het Gewas Heefteraqbtig Gna-t
pha•
‘ (%) Gnapbalium Trut. Fol. fesfilibus linearibus, Calycibus
exterioribus tudibus , intetioribus incarnatis. Am. Acai. VI.
Afr. S7.
( 9) Gnapbalium Frut. Fol. conferris teretiusculis, Corym.
bis ramofis, Cal. extus Ferrugineis. Bhbg. Cap. 261. H. Cliff.
401. Gnaph. Frut. Fol. tenuisfimis teretibus &c. BURM. Afr.
3.17. T. 77. f. 3. Millefolium Ethiop. Erica: folio incanum,,
jior. fpeciofo. Pluk. Alm. 251. 7 . 308. f. 2.
• II
f c t ë : 1 1 8 M l i l
pjtalium, met zeet fyne ronde Blaadjes e n ^ V ^
menigvuldige Takjes, noemt. Gedagte Hoog- Xvn.
leeraar zegt , daar van tien en meer Verfchei- Hoofd»
denheden, zo ten opzigt van de verandering dersT0K*
Bloemen , als van de grootte , het getal, deR^ tJt
plaatzing en het maakzel der Bladen, te kennen
en te bezitten, ’t Gewas heeft in allen eene
Heyachtige Geftalte.
* * Met Goudkleurige Hoofdjes*
(10) Droogbloem met Elsvormige gefpitjle G
Bladen, en rondachtige Kelk - Schubben. Hum «**-
cronutum*
Tot deeze Soort, wier Soortnaam van densPusblad*s.
Heer B erg-ius afkdmftig is , wordt het Heef
t er achtige Xeranthemum, met zeer fmalle Blaadjes
en Zwavelkleurige Bloemen, van den Heer
J. B u r m a i ï n u s , t’huis gebragt. De Steng
geeft Takken van een Voet üi t , zegt deeze
Hoogleeraar, die de Bloemen klein noemt ,
doch dit heeft betrekking tot de Xeranthema.
B erg ids z e g t , dat de Bloemen groot zyn ,
in vergelyking naamelyk met die van dit Ge-
flagt.
( 1 1 ) Droogbloem , die Heefterachtig is , met xr.
Liniaale Bladen, een f amenge f telde T u il^ ff^ ff
en Roedachtige Takken. Deë-i^k. SI liynbloe»
(10) Gnapbalium Frur. Fol. fubulatis mueronitis , Ca!ycinistUetl’
Squamis fubrorundis. Mant. 283. Gnaph. mueronatum. Berg,
kap. 269. Xeranthemum frtuescens , Fol. linearibus anguftis- "
Ainis, Capitlilis Sulphütcis. BURM. Afr. 173, T. 66. f. 3.
(i i) Gnapbalium Frut, Föl, linearibus , Ramis virgatis, Coryrni
»
H i D IS L . VISSTUK«
§Ë
Si