Hf. De drie volgende Boomachtige, als die van
■ xxi.L Senegal, de Westindifche uit deFarnefiaanfchèn
H oofd- T u in , en de Egyptifche, welke de Arabifche
stuk, Gom uitlevert, ook reeds befchreeven zvnde * •
* Zie II.D. ., ' „ „ , . 9
m. STUK.gaa ik over tot de
hl. 615,
CHZ- (35) Mimofa die gedoomd is, met dubbeld ge-
*Mmofa vinde Bladen, de Vinblaadjes langwerpig
Biaauwbla. gepUJlt.
De Klootronde geele Bloemhoofdjes en de
Bladen die van onderen blaauw zyn , onder-
fcheiden voornaamelyk deeze, die haare Groeiplaats
in Oostindie heeft. Het is een Rankge-
was, met kromme Doornen, die niet alleen aan
de Steng en Takken,maar ook aan alle deBlad-
fteeltjes en den gemeenen Bladlteel veripreid
zyn. Men vindt het zö wel op Ceylon als aan
de Kust van Malabar, Ook fchynen twee ge-
fchilderde, welken de Heer J, B u r m a n n o s
van de Kust van Koromandel ontvangen heeft,
tot geen andere Soort te kunnen behooren. Dezelve
hebben de Haauwen, gelyk die welke in
de Malabaarfe Kruidhof Intfia genoemd wordt,
taamelyk breed.
(3<Ö
fss) Mimofa aculeata, Fol. bipinnatis, Pinnisovali-oblon-
gis oblique acuminatis. Ft. Zeyl, 217. Acacia Spinofa Indi*
Orientalis , Fol. fubtus caifiis , Flor. globofis luteis. Fi.U|s,
Mant. I. T. 330. f. 3. Acacia Zeylanica farmentafit Flotc
lutco globofa. Burm, Ztjl. p, 3,
(36) Mimofa die gedoomd is, met dubbeldSe‘
vinde , byna ontelbaare , Naaldachtige xxi* *
Blaadjes , en een gedoomde Pluim roef Hoof®
Klootronde Bloemhoofdjes.
xxxv r.
De ongemeene dunheid en fynte der Vin-
blaadjes , doet de Bladen zig vertoonen, even V e e « ,
als o f het Vogelveders waren, en hier van heeft8 *
deeze Soort den bynaam. Gcdagte Hoogleeraar
geeft ’er een fraaije Afbeelding van, onder de
Ceyionfche Planten, en merkt aan, dat het een
zeer fierlyk Gewas i s , ’t welk tevens de Ge-
yoeligheid der gewoone Mimofaas heeft. De
Stam is Houtig, eenigermaate hoekig, overal
bezet met haakig kromme Doornen, wel klein
maar flerk als die der Roozeboomen, zittende
in een bruine Schors. Aan den oirlprong der
Takken komen ftyve Bladfteelen, ook gedoomd,
en deeze zyn Vinswyze bezet met Steeltjes,
aan welken wederom een groote menigte van
Vinblaadjes ftaan, die, als menze aanraakc, zig
famentrekken en tegen elkander fluiten. Waar-
fchynlyk doet dit Gewas zulks ook tegen de
JSIagt, even als de andere Stuipgewasfen *. Het * zis
g e e ft, aan ’t end der Takken , een getaktebladz,43ï'
Bloem-
(16) Mimofa acul. Fol. bipinnatis numerofisfimis lineari-
gcerofis, Panicula aculeata, Capitulis globofis. Fl. Z‘ yl- 21S.
Acacia acul. multifloia , Fol. Fennas Avium leferentibus»
J3URN. Zeyl. p. 2. T. 1. f}t Mimofa tenuifolia. Sp. Pt. I. p„
523. Acacia repens aculeata, Fol. omnium minimis.
§p, 17. Burm. Ft. Ini, p, 224»
Ff S
II, Ceel. VI. Stuk.