P L A A T S I N G DER PLAT EN.
Odde o f p e r s t e e n a a n d e V u u r s c h e . —- Drakestegn. —
De kapel op Drakestegn................................................ Tegenover den titel
De S c h a p f e l a a r . — Barneveld............................................................ ^1
D e L a th m e r . — Watermolen bij Voorst. — Kerk te Wilp. y> 57
T w e llo . — Mathanse. — Diepenveen - .. » 72
L e e uw e n b e rg . — Oud-Valkeveen. — Strand bij Valkeveen. —
H u iz en .................................................................... ” .9 7
De S c h a ap sk o o i t e V ie rh o 'u t e n . — Poorl te Harderwijk.
Harderwijk. — E lsp e e t ................................................... » 123
E ssenburg.............................................................................................
S t a v e r d e n . — Leuvenumsebe B o sc h ...................... ..................... ... ’ 164
O v e rv o o rd e . - S Gedenknaald te Rijswijk. — Brug van ’t .
Hnis te Werve. t-- Hnis te Hoorn ................................. . » 181
V e lz e r b e e k . — Spaarnberg............................................................ *• 213.
De Lei b ij H o o g e in d . — Boerderij bij Breda. — Bij
Terv o o rt. . • ........................................................... * 245
D o r s t. — Bg' Dorst. — Bavel. — Molen bij Teteringen. » 264
D e n B r am e l. — Bg den Bramel. — Watermolen van Hackfort. » 281
R h e d e n s c h e Y e e r . — De Steenen Tafel. — . Bronbeek.. . » 307
L a a g S o e r e n . — De Jntsberg. — Yoor het Logement. —
Gedenknaald. — Achter den Jn tsb e rg ....................................... » 325
L o e n e n . — Den Horst. — Waterval bij Loenen..................... » ' 345
T.oen wij in den nazomer van ’t jaar .1883 bij het eerwaardige
Loevestein van onze welwillende lezers afsclieid namen, was het meer
uit een gevoel van bescheidenheid, dan wel omdat de stof of de lust
voor verdere wandeltogten was uitgeput, Aan-alles, zoo meenden wij-,
moest een einde komea Ängaame zouden wij ’t verwijt hooren, dat
wij te veel vergden van het geduld dergenen, die, ons tot dusver hadden
vergezeld. Dan nog liever het „dankbaar maar niet voldaan” ! Mögen
wij dat verwachten? Wij durven het niet- beslissen. .
Zeker Icon ’t ons niet anders dan hoogst aangenaam zijn, wanneer
deze en gene met ‘eenige teleurstelling vroeg: „Zijn de Wandelingen
uit? Daar is toch nog wel meer te zien” . Ja, daar is nog veel meer
te zien, zoowel in reeds bezochte streken, als in nog niet doorwandeide
gedeelten. Daar zijn nog vrlj wat merkwaardige landschappen en ge-
bouwen, die verdienen beschreven e n ' afgebeeld te worden. Daar zijn-
ook wel veranderingen te vermelden,' onvolledige mededeelingen aan
te vullen, vlugtig behandelde plaatsen wat naauwkeuriger te bezien.
Aan stof voor Hi euwe W a n d e l i n g e n door Ned e r l a n d ontbreekt
het niet, evenmin als het ons ontbreekt aan de, opgewektheid, om nog-
maals den wandelstaf op te vatten. De vraag is , of de stemmen, die
tot voortgaan noodigden, de meening van velen of sleehts van enkelen
uitspraken. Onzen uitgever is de moed nog niet vergaan om er de
proef van te nemen en zeer gaarne voldeden wij aan zijn’ wensch, om
daarbij het onze te doen.
Reeds hervatten wij onzen aangenamen arbeid, door de lommerrijke
dreven van de Y'u ur sche , het wel varende Ba r n e v e l d , het vrien-
delijke Twel lo met pen en'potlood te doorwandelen en voor een drietal
afleveringen is dus de. stof reeds verzameld. Zonder een bepaald bindend
programma te geven, meenen wij toch te mögen vermelden, dat ons
VIII x