ziedaar ’t eenvoudig meubilair, nog weelderig evenwel, vergeleken
bij wat er bij werkelijke dienst te velde in gevonden wordt. ’t Ziet
er gansch anders uit, dan op zoo menig prächtig landhuis, zoo
menig trotsch kasteel, waaraan de herinnering bij ons wordt op-
gewekt, wanpeer wij bij ’t appel de namen hooren afroepen,
gansch anders zeker ook in de ons onbekende woningen, waaruit
de ,/jonkers” herwaarts kwamen en waarheen zij straks met verlof
terugkeeren! Maar het krijgsraansleven eischt ontberingen. Zoo
hebben onze generaals en ministers van oorlog ook geleefd, eer
de officiersrang hua deel werd. En kloeke, krachtige jongelingen
hebben er geen schade van, vooral wanneer, zooals in den kamp-
tijd van dit jaar, de zomer droog en frisch is. Bij groote hitte of
bij aanhoudenden regen laten de bezwaren van het verblijf in de
heide en van de daaraan verbonden werkzaamheden zieh uit den
aard der zaak vrij wat meer gevoelen.
De körte nacht is ten einde. Ten half zes J a ’tmorgen-appel;
ten zes uur is alles weer marschvaardig. De cavallerie zal, even-
min als gisteren avond, aan de manoeuvre deelnemen. Zij rukt tot
haar eigen oefeningen uit en slaat een’ zandweg in längs een’
met dennen beplanten heuvel, straks gehuld in een’ wolk van
stof, door de helder stralende morgenzon als een gouden nevel
opdwarrelend boven de heide. Wij voegen ons bij een deel der
infa, terie, waarbij eenige kadetten der genie van het derde studie-
jaar zijn ingedeeld. Een ander gedeelte', dat als vijand' optreden
zal, is reeds iets vroeger afgemarcheerd. De kadetten der artillerie,
evenals die van het vierde jaar der genie, zijn reeds naar het
kamp bij Oldenbroek vertrokken. Groot is de krijgsmagt niet,
maar met de gedetacheerde manschappen toch aanzienlijk genoeg,
om een vrolijk en opwekkend tafereel op te leveren, terwijl zij
daar voorttrekt in het stille, boschrijke landschap en, wat meer
beteekent dan een militair schouwspel, de aanstaande officieren
in staat te stellen, eenige praktische kennis op te doen. De onder-
Stelling is aan allen meegedeeld; de kadetten van het oudste studie-
jaar, met het bevel over beide partijen belast, moeten nu weten,
welke maatregelen zij hebben te nemen, terwijl t hun onbekend
blijft, wat de tegenpartij zal doen. Wij weten meer .dan de aanvoer-
ders. De officieren hebben ons welwillend op de hoogte gebragt
van de bedoeling, waarmede deze oefening is gekozen, van wat er
gedaan moet worden, van wat er kan worden verzuimd; wij kunnen
daardoor de bewegingen van beide partijen eenigszins beoordeelen,
en onze plaats kiezen op het punt , waar de beslissing wordt verwacht.
’t Is een aangename wandeling in de frissche morgenlucht
door de breede heidesporen, zoo vriendelijk door donkere gagel-
en bremstruiken en paarsche erica’s omzogmd , längs läge groene
velden , met spichtig gras begroeid, längs dennenbosschen en zonnige
laantjes en hooge, ruig bewassen kanten, längs korenvelden en
hakhout en hagen en witte huisjes met bemoste rieten daken,
längs wilgen en peppels en vlierstruiken, onder wier rijkgescha-
keerd lover de witte paaltjes aan den zandweg zoo helder uit-
komen. De spoorbaan hadden wij reeds spoedig gekruist en wij
volgen nu den weg naar het dorpje D o r s t , vvießs koepeltorentje
straks boven de rüstige huizengroep uitsteekt en dat wij weldra
bereiken, als wij den breeden straatweg op T i l b u r g zijn
overgestoken. Was ’t aanvankelijk nog het heidelandschap, gelijk
wij ’t ook gisteren hadden leeren kennen, allengs was ’t van karakter
veranderd en overgegaan in de bebouwde, houtrijke vlakte, vol
van fraai gevormd geboomte, dat nu eens digter aaneengesloten,
dan weer meer verspreid, nu eens längs den weg, dan weer meer
zieh terugtrekkend, overal door zijn bevallige lijnen het oog zoo
aangenaam aandoet. Dors t zelf is een eenvoudig dorpje, maar
vriendelijk ligt zijn kerkje tusschen de linden, weelderig bloeit
de klimroos längs den muur der herberg, schilderachtige schüren
en daken verschuilen zieh in het . lommer, een kloeke hofstede
prijkt met statig eilcenhout en als wij längs het schoolgebouw en
de laatste verspreide woningen het dorp weer verlaten hebben,
is ’t weer een fraaije landweg, dien wij volgen onder een voort-
durende afwisseling van populieren en wilgengroepen, elzeu en