bij de trappen naar den hoofdingang, zijn blijkbaar van het vorige
huis afkomstig.
In de oorkonde van 1324, des Saterdags na Pynxten, waarbij
Willem van Bronckhorst en Johanna, syn wyf, met hun drie
zoonen, het goed to Hacvorde en alles wat daartoe behoort, uit-
genomen de eigen lieden, die er toe behooren, zooals het toen
ten Zutphenschen regte in leen werd gehouden door Gérard Hoynct,
aan Jacob van der Weel len verkoopen, wordt van geen huis
gesproken. Mogelijk heeft de nieuwe eigenaar er een gebouwd en
er den naam van aangenomen. In 1392 was er althans een huis,
met voorburgt en vesten, waarmede J a c o b van Hac k f o r t werd
beleend. De bezitting is nu reeds een drietal eeuwen het eigen-
dom van het adellijke geslacht van Westerhol t , sinds Borchard,
de herbouwer van het in 1586 verbrande kasteel, gehuwd was
met de erfdochter der Raesfelds, aan wier grootvader het na
1557 door huwelijk met J a c o b a van Ha c k f o r t gekomen was
0°k als familiegoed, sedert 1324 nooit verkocht, verdient de
aloude heerlijkheid in eere gehouden te worden.
De Dekan i j , de woonplaats van Vordens burgemeester, den
heer J. H. Gallee, was waarschijnlijk van ouds een kerkegoed.
Eene der drie vikarijen in de kerk aldaar droeg den naam van
wdie Decanie.” Ten jare 1796 werd de bezitting door de toen-
malige regering in perceelen geveild en het huisperceel door den
oudoom van den tegenwoordigen eigenaar gekocht.
Een weg achter het kerkgebouw, längs eenige huizen van het
dorp, brengt ons spoedig bij een groote, door hagen ingesloten en
van kloeke linden omzoomde weide, waar forsche eiken in volle
majesteit prijken bij een draaihek, dat tot een voetpad den toe-
gang geeft. Dit voetpad leidt naar het fraaije park bij het een-
voudige, deftige, in 1832 nieuw gebouwde roodsteenen heerenhuis
en den stal daarnevens. De wandeling is er vrij en al is het terrein
niet zeer uitgestrekt, de ingezetenen en gasten van Vorden hebben
LEENREGISTEBS. 293
reden, om de welwillendheid des burgemeesters hoog te waar-
deeren, waardoor hun mede een deel van ’t genot wordt vergund,
ruimschoots te smaken te midden van het smaakvolle plantsoen,
met zijn schoon geboomte, zijn rijke bloembedden, zijn fraaije
waterpartij en zijn verscheidenheid van uitzigten op de weiden
voor en achter het huis, op de boschjes, die hen omringen en
het dorp met zijn hooge torenspits. Het houtgewas vooral is er
schoon van vorm en vertoont de rijkste afwisseling van tinten.
W-ij zien er hooge, slanke abeelen met hun prächtige, regte grijs-
witte stammen, donkere bruine beuken, accasia’s , eiken, esch-
doorns, platanen, kastanjes, fijne sparren van allerlei soort; een
schoone treurbeuk, velerlei heester- en siergewas, en blanke water-
lelien bloeijen in den vijver, terwijl alles getuigt van een zorg-
vuldig onderhoud, gelijk het voegt aan de bewoonde huizinge in
de onmiddellijke nabijheid van het welvarende dorp.
Op omstreeks een half uur afstand ten N. van Vorden, in
de buurschap Veldwi jk, ligt het kasteel de Br ame l en aan
de daaronder behoorende bosschen en landerijen. grenzen die van
het landgoed het Enzer ink, beiden thans in het bezit van Jhr.
J. F. Storm van ’s Gravesande. In een houtrijke landstreek
gelegen en prijkende met trotsch en zwaar geboomte, zijn zij het
waard, dat ook naar dezen kant van Vordens schoonen omtrek
de schreden des wandelaars zieh rigten. Reeds sedert eeuwen als
leenen van het Vorstendom Gelder en Graafschap Zutphen be-
kend, hebben zij bovendien een lang, zij ’t dan ook niet belang-
rijk verleden. De namen van aanzienlijke geslachten zijn er aan
verbonden en de hen betreffende leenregisters leveren, als alle oude
stukken van dien aard, hun bijdragen tot de kennis van familie-
verbindtenissen, van zeden en gebruiken, van plaatselijke bijzonder-
heden, voor den geschiedvorscher dikwijls welkom, als lichtstralen,
die duistere punten kunnen verhelderen, als schakels, die de
afzonderlijke stukken van een keten aaneen hechten kunnen.