ons meer regts afwenden. Wij gaan daar over de beek, die zieh door
fnssche groene velden aan den voet der hoogten slingert en niet
ver van de brug het rad van een’ schilderachtigen watermolen in
bewegmg brengt. Het fraaije grijs-en-witte huis ligt daar voor ons,
op zijn’ breeden, glooijenden heuvel, met de uitgestrekte gazons,
de trotsche boomgroepen en de schoone waterpartij, waardoor het
a m den lailde bekend en als een der uitnemendste land-
goederen vermaard is. Door ligging en aanleg, gepaard met het
zorgvulchg onderhoud van alles wat er toe behoort en de sierlijk-
heid zijner smaakvolle gebouwen, heeft het een vorstelijk voor-
komen, dat een’ onuitwischbaren indruk maakt. Wie Sonsbeek
slechts eens heeft gezien, vergeet het niet meer; wie het telkens
en telkens weer zag, voelt er zieh altijd bij vernieuwing door aange-
trokken. Verzuimen wij niet, een oogenblik terug te zien , dan blijkt
het ons, dat wij allengs reeds genoeg zijn geklommen, om een ruim
uitzigt te hebben over de bloeijende stad. Een ijzeren hek met
portierswomng aan een eikenplein sluit een der toegangen tot
Sonsbeek af. Zullen wij beproeven, ’t ons te doen openen, om
aldus de aangename taak te vervullen, onzen welwillenden mede-
wandelaars tot gids te zijn door de uitgestrekte bezitting met haar
boschpartijen, haar waterwerken, haar watervallen en fonteinen,
haar belvedere en haar golvende heuvels? Wij willen er zelfsgeen
poging toe aanwenden. Was Sonsbeek eertijds altijd onder geleide
te bezigtigen, sedert werd alleen des Woensdags daartoe gelegen-
heid gegeven. En de logeergasten uit den omtrek, die zieh in den
zomer van 1887, ook op aänwijzing van den veelszins aanbevelens-
waardigen „Gids voor Arnhem en omst reken,” op dien dag
aanmeldden, ondervonden tot hun teleurstelling, dat zulk een
,/gids , buiten zijn schuld, zelfs geen half jaar volkomen te ver-
trouwen is \ Sonsbeek was onverbiddelijk gesloten en onverrigter
zake konden zij terugkeeren.
Längs onzen weg zien wij ook van het park niets meer, dan
de krumen der zware iepen, dennen enbeuken, uitkomende boven
1 De tweede druk was in | begin van datzelfde jaar versehenen.
den langen, kostbaren steenen muur, die het afsluit. Aan de
andere zijde zijn het met koren- en aardappelvelden bedekte hel-
lingen of met hout begroeide dalen, afgewisseld door lanen, wier
statige rijen de golvingen der heuvels volgen, of boschjes van
dennen, beuken en berken, waarin hier en daar een zijspoor zieh
verliest. En steeds klimt nog de weg; telkens rijker wordt het
vergezigt op de stad met haar torens en daken en de uitgestrekte
vlakten der Betuwe en het verre, blaauwe verschiet, terwijl de
Rijn zieh in breede sierlijke bogten door het liefelijk landschap
slingert en de glooijende velden en bosschen een’ prächtigen voor-
grond vormen. Wie den togt in omgekeerde orde maakt, van het
Klarenbeeksche' bosch längs dezen weg afdalend, heeft steeds dit
treffend sehoone uitzigt voor zieh. Wij moeten ons omwenden, om
het te genieten, maar welligt wordt dit nadeel wel opgewogen door de
verrassing, dat telkens het panorama in ruimte en heerlijkheid heeft
gewonnen, wanneer een’ tijd lang ons oog er niet op gerust heeft.
Den steenen muur van Sonsbeek hebben wij nu achter ons en
’t geboomte van het park zagen wij rijzen en dalen nevens den
grintweg längs den zoom van het digt begroeide terrein. Ook aan
die zijde wordt het uitzigt ruimer en meer afwisselend, over dal-
kommen,. met hakhout gevuld, op verre bosschen en heuvels. De
oude heirbaan op Deventer snijdt den straatweg. ’t Is overal,
rondom ons, boven ons, het volle, rijke groen en tusschen ’tgeboomte
of boven de toppen van het hout in de laagte vertoont zieh
hier en daar het ernstige, donkerblaauwe waas, dat over de vlakte
daar ginds is uitgebreid. Zoo naderen wij, omstreeks een half uur
nadat wij de stad verlaten hebben, het punt waar wij het Klarenbeeksche
bosch willen binnentreden. De hoeve Moscowa wijst
het ons aan. ’t l s hier als. een spinneweb van wegen. Die naar den
Galgenberg en het exercitie-terrein loopt linksaf. De Hommel-
sche weg sluit zieh bij den straatweg aan. Regts loopt een nieuwe
kale grintweg längs de grens van het bosch over den kam der hoogte.
Een andere, door het bosch zelf, is ’t, dien wij moeten inslaan.
Het landgoed Kl a r e n b e e k , dat zieh van hier tot aan den
Velperweg uitstrekte, werd door den weg van Arnhem op Rozen