
 
		de Endeavonr  geheel  onbekend  is gebleven,  hebben  
 veele  onderdeld  dat  het  een  deel  van  een  
 zuidlijk  vast  land  uitmaakte*  Nu  weet  men  dat  
 het  beftaat  uit  twee  groote  eilanden,  door  eene  
 ftraat  of  eenert  doorgang  van  elkanckren gefchei-  
 den*  die  omtrent  vier of vijf mijlen  breed is. 
 Deeze  eilanden  liggen  tusfchen  de  340  en  483  
 Zuider Breedte  en  tusfchen de  1810 en  194° Wes-  
 ter  Lengte,  dat  nu  met  ongemeene  naauwkèurig-  
 heid  bepaald  is,  volgens  ontelbaare waarneemin-  
 gen  van  de  zon  en  de maan  en van  den  overgang  
 van  Mercurius  door  den Heer g r e e n 4  een man  
 van  bekende  bekwaamheden,  die4  gelijk  ik  hier  
 voor  reeds  gezegd  heb,  door  de  koninglijke  
 Maatfchappij  wierd  afgezonden om  den  overgang  
 van Venus  in  de Zuid- zee  waarteneemen. 
 Het  noordlijkst  van  deeze  eilanden wördt door  
 de  inboorlingen  Ealieinomauwe  en  het  zuidlijkst  
 Tovy,  of Tav ai  Poenammoo  genaamd;  maar wij  
 zijn  egter,  gelijk  ik  aangemerkt  heb,  niet  zeeker  
 o f  de  naam  Tovy  Poenammoo  het geheel  zuidlijk  
 eiland;  of flechts  een  gedeelte van  hetzelve  bevatte* 
   De  gedaante  en  uitgeftrektheid van  deeze  eilanden  
 met  de  ligging  van  de  baaien en  havenen  
 aan  dezelve  en  de  kleiner  eilandjehs,  die omtrent  
 .dezelve  liggen,  kunnen  'gezien:  worden  uit  de  
 kaart,:  die  ik  opgemaakt  heb,  doch  op  welke  ik  
 niet kan verzeekeren  dat  alles  even ’naauwkeurig is.  
 De  kust  van  Eaheinomauwe  van  Kaap  Pallifer 
 J  .  £0t 
 tót de  Oost-Kaap  is met groote  naauwkeurigheid  
 opgemaakt,  zoo  wel in haare  gedaante als  in  den  
 loop  en  den  affiand  van  kaap  tot  kaap;  want de  
 goede gelegenheden,  die zig opdeeden,  en de middelen  
 ,  die  ik  gebruikte,  waren  zoodanig dat  ’er  
 naauwlijks  een  misdag  kon  plaats  hebben.  Van  
 de Oost  Kaap  tot Kaap Maria van Kiemen is  de  
 kaart,  fchoon  misfchien  niet  200  naauwkeurig,  
 zonder  enigen  misdag  van  aanbelang,  uitgezonderd  
 mogelijk op  enige weinige plaatfen,  die hier,  
 en  op  andere plaatfen van  de kust,  door  eene gehippelde  
 lijn  onderfcheiden worden,  en welke ik  
 geene  gelegenheid  had  opteneemen.  Van  Kaap  
 Maria  van  Kiemen  tot  de  Breedte  van  36°  15 '  
 waren  wij  zelden  nader  bij  land dan  tusfchen vijf  
 en  agt  mijlen  en  dus kan  de  lijn,  die  de zee-kust  
 tekent,  misfchien  gebrekkig  zijn.  Van de  Breedte  
 van  36°  15'  tot  omtrent op de hoogte van  Ingang  
 - eiland  liep  onze  koers  zeer  digt  langs den  
 wal  en  daarom  kan  ’er in  dit gedeelte van de  kaart  
 geen  misdag  van  aanbelang  zijn,  uitgezonderd  
 misfchien  bij Kaap  Tierawitte.  Tusfchen Ingang  
 Eiland  en Kaap  Pallifer waren  wij weder verder  
 van  den  wal  en  daarom  kan  dit  gedeelte  van  de  
 kust  wel met  geene groote naauwkeurigheid  getekend  
 zijn;  ik  bén  egter,  over  het  geheel,  van  
 gedagte  dat  men  bevinden  zal  dat dit  eiland  niet  
 veel  verfchilt  van  de  gedaante,  welke  ik het  ge-  
 geeven  heb  en dat  ’er weinige  of geene havens op 
 de