
indien zij niet met zorg werd behandeld. Slechts gave, liefst
glanzende korrels, kunnen duurzaam worden geacht. Gebroken
en doffe rijst is niet lang te bewaren.
De gezeten inlander schnürt zijn padi in zijn padi-schunrtje
(loemboeng) op en verkoopt niet voor den tijd, bewaart voor
eigen huishoudelijk gehruik, zondert een bekwame hoeveelheid
voor bibit af en stampt niet meer padi dan voor dagelijksche
behoefte telkens noodig is.
Maar de inlander die zoo handelt, heeft stellig een hevre-
digende mate van ontwikkeling hereikt en het belang van
zijn gezin leeren hegrijpen zooals hij dan ook door zijn zorgen
bewijst dat belang te willen en kunnen hehartigen.
Op het nog te velde staand gewas, ja op het gewas dat
nog te velde komen moet, azen in de binhenlanden reeds
vele opkoopers, niet het minst Chineezen. Zoo verkwanselt
de landbouwer zijn oogst ontijdig en onder de ongimstigste
condities voor een dadelijk, tijdelijk genot en komt hij niet tot
welvaart, die bij zoovele middelen van bestaan, heden ook
buiten zijn eigen landbouw, toch wel onder zijn hereik gelegen
zou zijn. Levende bij den dag, geen of weinig waarde
hechtende aan tijd, verleid door het genot van eindelooze
feesten en niet het minst door het opium, blijft hij jaar in
jaar uit, in weerwil van zijn aandeel in den grond, dezelfde
knecht, afhankelijk en de prooi van meer ontwikkelden of
meer listigen. Toch zijn in elke desa goede voorbeelden aan
te wijzen en mag men vertrouwen, dat de aanraking met
goede Europeanen, zoowel als de laatste jaren sterk uitgebreide
gelegenheid tot onderwijs, elk volgend geslacht een trapje
hooger brengen zullen, naarmate men het genot van meer wel-
stand waardeeren en de kwade voorbeelden van zorgeloosheid
verachten leert.
In geen land ter wereld verkeert de bevolking wellicht
onder günstiger voorwaarden ter bevrediging van hare behoeften
als op Java. Grondbezit ligt er onder bereik van
schier allen, zoo rnen zich desnoods verplaatsen wil. Gelegenheld
tot verdienen door handenarheid, wordt hijna nergens
meer gemist en de eerste levenseischen zijn, dank zij het
klimaat, niet groot. Aan woningen en kleeding heeft men
betrekkelijk weinig te offeren en die zich matige inspanning
getroosten willen , kunnen zich in weinig tijds een eigen huis
en erfje verzekeren en in betrekkelijk goeden welstand leven.
De controle van het Europeesch bestuur waarborgt, zoo men het
ernstig wil, strafbare onderdrukking van de zijde der eigen hoofden
en het tegenwoordig koloniaal beleid is ontegenzeggelijk
gericht op bescherming van den inlander, het beperken en aan
wettelijke regels binden van aan den staat verschuldigde lasten.
* * *
Men heeft dikwijls beweerd, dat de rijstcultuur schadelijk
op den gezondheids-toestand van het land werkt en in Italië en
Frankrijk treft men dan ook verordeningen die uit die vrees
zijn voortgevloeid. Op Java zou het moeielijk zijn den nadeeligen
invloed te bewijzen. Wij vooronderstellen nu degelijk,
dat men de cultuur naar haren eisch drijft en dat men dus geen
ware poelen of moerassen van de rijstvelden maakt. Wel is
waar komen er vooral tijdens en kort na den oogst meermalen
ziekte-gevallen voor, maar deze kunnen niet in verband
gebracht worden met de onvermijdelijke gevolgen van
den rijstbouw. De inlander is zorgeloos, niet nauwgezet in
de keuze b.v. van zijn drinkwater, noch voorzichtig ten aanzien
van Sterke overgangen van verhitting tot bekoeling enz.
Ook zijn velen gevoelig voor de voeding met versehe rijst en
kan men in den l egel zeggen, dat niet genoeg gelet wordt op de
eerste verschijnselen van ongewonen a ard , zoodat men meestal
te laat daartegen maatregelen neemt. Ware de rijstcultuur
inderdaad uit haren aard nadeelig voor de volksgezondheid,
de bevolking van Java, die meerendeels te midden van sawahs
opgroeit, leeft en arbeidt, zoude niet zoo mächtig en regelmatig
toenemen als onze statistieke overzichten dit aanwijzen.
B a a r n , Februari 1884.