
dreef tot handelen en de richting waarin gehandeld moest
worden, wees zich zelve aan.
Zoo geschiedde ’td a t, op het eind der 16d® eeuw, de Nederlanders
een eigen, vrijen weg naar het Oosten zich baanden
en van lieverlede als heeren en meesters over de nitgebreide,
rijke gewesten zich vestigden, de Portugeezen verdringende
en verdrijvende, waar deze een eendrachtelijke samenwerking
van de hand wezen, of verklaard vijandig zich toonden en
menigmaal ook de Indische vorsten ophitsten.
Aan de verhazende schatten, door den directen specerij-handel
gewonnen, heeft Nederland te danken dat ’t den tachtig-
jarigen krijg kon volhouden en roemrijk ten einde brengen
als een mächtige republiek, die onder Europa’s staten een
eervolle, welverdiende plaats inriam.
Tot rechtstreeksch handelsverkeer met Persie, Arabie, Indie
en de oostkust van Afrika, geraakte Europa eerst in den loop
der eeuw; vóór dien tijd werden de kostbare oostersche
producten meerendeels aangevoerd over de Roode Zee en längs
den Nijl *) en was vooral Alexandrie de stapelplaats, waar
alle Europeesche schepen — met name de Venetiaansche —
lading zöchten en vonden.
De belangrijke ontdekkingstochten van Portugeesche zee-
vaarders, sinds het begin der 15^^ eeuw reeds ondernomen,
brachten van lieverlede verandering in dezen toestand van
afhankelijkheid en openden een veel ruimer en voordeeliger
handelsbeweging. In 1402 werden de Canarische-, in 1474
de Kaapverdische eilanden ontdekt; in 1487 omzeilde B a r t o lomeo
D ia z den zuidelijken hoek van Afrika, zonder ’t aanvankelijk
zelf te weten. Het was aan V asco d e G am a voor-
behouden (1498), längs dezen weg verder door te dringen en
voorbij Kaap de Goede Hoop, Indie te bereiken.
’) Vergelijk ons geschiedkundig overzicht bij het artikel „Suiker”.
De hooge toi, in Egypte geheven, bewoog de Venetianen, reeds
in dé 14de eeuw, de fijnste oostersche producten bij voorkeur te
Aleppo in te slaan.
Aangeland op de kust van Malabar, waar destijds de
Arabieren meesters waren van den handel en natuurlijk alles
in het werk stelden om de vreemdelingen te weren, gelukte
ditmaal een vaste vestiging niet.
Reeds in 1500 echter stichtte P ed ro A l v a r e z d e Ca b r a l
een handelsfactory te Kalikoet en vijf jaren later aanvaardde
E r a n c o is d ’A l m e id e het gezag over die gewesten, als eerste
onderkoning. In 1510 veroverde A l fo n so d ’A l b u q u e r q u e de
stad Goa, die van nu aan als middelpunt van de Portugeesche
heerschappij in Indië gold. In hetzelfde jaar werd Ceylon
door de Portugeezen ontdekt ; in 1511 maakten zij zich meester
van Malacca en 1512 is gekenmerkt door hun eerste bezoek
aan Java (Grisee) en aan de Molukken. Van dien tijd tot
aan het einde der IO«*® eeuw hehhen zij steeds gewonnen aan
invloed en gezag in Indië en dezen ook weten diensthaar te
maken aan hun streven naar den alleenhandel in specerijen.
Lissabon werd de stapelplaats van de oostersche producten
en hooger dan ooit te voren de Venetianen waagden, werden
de prijzen geheel willekeurig opgedreven door de Portugeezen,
die, prat op hun mächtig overwicht in het verre Oosten,
aldaar geen ernstige Europeesche mededinging vreesden en
bovendien steunden op een pauselij ke h u i, waarhij h u n , hij
uitsluiting van alle andere natiên, de vaart naar Kaap de
Goede Hoop was toegewezen.
Ook de Nederlanders voorzagen zich op die markt totdat
zij, vier jaren na de aanhechting van Portugal hij Spanje,
voor hen gesloten werd door de hekende plakkaten van 1584,
die verheurdverklaring van goederen en van persoonlijke
vrijheid op overtreding stelden. Wel werd de handel geruimen
tijd nog voortgezet met schepen, onder de vlag der Hanze
varende, maar in de voortschrijdende behoeften werd daardoor
geenszins voldaan.
Op aanwijzingen en zeekaarten van .P e t r u s P l a n c iu s ,
Arnsterdamsch predikant en verdienstelijk cosmograaf, werden
van 1594 — 1597 onderzoekings-tochten ondernomen.