
waren de voordeelen en winsten van den specerij-handel
gaandeweg zoo geslonken, dat de gestadige moeiten en zorgen ,
die het oude dwangstelsel eischte, daaraan geenszins meer
evenredig waren. In Juli 1865 werd ook de kaneel-cultuur
van haren laatsten dwang verlost. De opvolgende vrijStellingen
hebben niet geschaad aan de voortbrenging van specerijen;
veelzijdig daarentegen is de hate, door het meer
algemeen geworden verbruik teweeggehracht. Tegenwoordig
verlaljgbaar tegen zeer matige prijzen, kunnen ze ook ver-
schijnen op de tafels der mingegoeden, terwijl hare cultuur
en handel, dank zij den ruimeren afzet, nog altijd zeer
loonend mögen heeten voor belanghehhenden.
Een korte heschrijving thans van elk artikel afzonderlijk.
P E P E R .
De handel onderscheidt zwarte en witte peper *). Beide
worden gewonnen van Piper n ig r u m , een tot de familie der
Piperaceëen hehoorende klimheester die in de hosschen van
Travancore en Malabar in het wild voorkomt en op S u m a tr a , in
den R io uw -L in g g a A r c h ip e l, op J a v a , B o rn eo , Malacca, de
PJiillippijnen, in S iam en W e s t-In d ie opzettelijk geteeld wordt.
In W e s t-In d ie heeft de cultuur heden geen beteekenis meer.
Van de geheele peper-productie, die op ± 25 million kilogrammen
wordt geschat, komt ongeveer % gedeelte uit den N. 0 .
In d . A rch ip e l en wordt het meerendeel naar E n g e la n d uitgevoerd.
De peperplant hezit een knohbeligen, aan de knoopen wor-
teldrijvenden stengel, met afwisselende, lederachtige, gaafrandige
hreed-eironde, 5—7 nervige hladeren. De hloemkatjes, die
20—30 vruchtjes, de peper, voortbrengen, ontspringen aan
de tegengestelde zijde van den hladsteel.
De plant wordt voortgekweekt door stekken van 2 à 3 voet
lengte. Men plant deze tegen staken of, hij voorkeur, tegen
levende hoomen (meestal D a d a p = E r y th r in a ), opdat hij den
opwaartschen groei, een behoorlijke steun aan den stengel
verzekerd zij.
Één jaar na de uitplanting maakt men gewoonlijk de ontwikkelde
rank van haar steunsel los en begraaft ze daar omheen.
Uit de knoopen ontspruiten dan talrijke loten, die op nieuw
zich ontwikkelende en vasthechtende , binnen weinige jaren een
dicht, hreed en krachtig ornkleedsel vormen aan staak of boom.
’) De inlandsche ------ benamingen zijn:u
Maritja = peper, poeti =
wit, ireng
.. zwart. Te Batavia verstaat men onder {ada de
witte, onder maritja de zwarte peper.