vorm van poeder, van extracten , van afkooksels enz.; maar
al spoedig nadat men het krachtiger, meer dadelijk werkend
beginsel van de nieuwe lichamen had leeren kennen, ver-
wierven deze zich het eere-burgerschap in de materies medica.
In 1833 vonden Henry en Delondre de kinidine (Conchinine
van Hesse of B. kinine van van Heijningen). Winckler zon-
derde de Cinchonidine af in 1847 en Hesse de kinamine en
de paricine in 1872, uit basten van in Engelsch Indie gekweekte
C. s u c c i r u b r a . Reeds in 1845 had Winckler in
den hast van de Buena Hexandra laatstgenoemd alcaloid aan-
getroft'en. In 1879 toonde A. C. Oudemans in het uit succi
r u b r a-bast bereide quinetum een nieuw alcaloid aan,
waaraan hij den naam van Cinchonamine gegeven heeft. In
sommige basten van C. p u h e s c e n s zijn daarenboven nog
gevonden : aricine, cinchovatine en cusconine ; voor schier alle
kinabasten kenmerkend is ten slotte: het amorph alcaloid,
ook quinoidine en door Hesse diconchinine en dicinchonine
genoemd.
Nog zonderde Hesse uit C a 1 i s a j a j a v a n i c a , de Javanine
af, die hij in het amorph alcaloid opgehoopt vond en die
waarschijnlijk vluchtig is.
De tot n,u bekende kina-alcaloiden vormen met verschillende
zuren, goed gekenmerkte, bestendige zonten, die allen
min of meer koortswerende kracht bezitten, schoon zij al
verschillen in wijze en mate van werking. Ongetwijfeld het
meest bekend en gewaardeerd in de geneeskunde zijn de
kinine en haar zonten.
De stijgende vraag naar kina-alcaloiden en hunne zonten
heeft een nieuwe industrie in het leven geroepen, wier uitgebreidheid,
uit den aard van haar mandaat, wel is waar
binnen bepaalde grenzen zal moeten blijven, maar wier fman-
tieele beteekenis daarentegen reeds een zeer gedenkwaardige is.
De oude apotheker-firma’s d’Ailly en Nieuwenhuijs te Amsterdam
behoorden tot de eersten, die zich op de kinine-fabricage
toelegden; zij begonnen daarmede in 1825, Toen echter in
1830 bepaalde fabrieken werden opgericht in het buitenland,
kon de — zoo te zeggen —■ pharmaceutisch-chemische bereiding
van kinine door genoemde firma’s , niet in mededinging treden
of met voordeel vooilgezet blijven en zij werd dus gestaakt.
Vele jaren later, toen de eerste kinabasten van Java in
Nederland ter markt kwamen (1870) en de heer Rijk, chef
der oude firma d’Ailly, uit J a v a - C a l i s a j a een monster
zwavelzure kinine trok, werd de verwachting levendig en
gaf men zich aan de illusie over, dat Nederland naast een
eigen kina-markt voortaan ook een eigene kinine-fabricage
mocht bezitten. Het was echter eerst in 1881 dat eennaam-
looze vennootschap tot stand kwam, waaraan een kinine-
fabriek te danken is , die sinds eenige maanden te Amsterdam
werkt onder het beheer van de heeren Ruth, als technisch
gérant, Kerkhoven en Siegler.
Te Parijs werken vier kinine-fahrieken, nl. die van Armet
de Lisle et Ck (maison Pelletier), onlangs overgegaan, naar
het schijnt, in handen van eene actieen-maatschappij ; die van
A. Caillandier, van F. Dubosc et Ck en van Schiffman Frères.
Twee fabrieken — van Dr. J. E. Howard en van Whilfen —
werken in of nabij London. Te Stuttgart bestaan: die van
Jobst, van Boehringer en nog een van minder beteekenis;
te Frankfort a/M., die van de heeren Zimmer ; te Oppenheim,
een van Koch ; te Braunschweig de Braunschweigsche kinine-
fahrik; te Mannheim, een van Boehringer (in 1881 afge-
brand, maar onmiddelijk herbouAvd); te Milaan de fabrica
Bombarda van Boehringer; ') te Genua die van Dufour en
1) Volgens de door Hamilton naar officieele gegevens opgemaakte statistiek,
zouden in Italie in de jaren 1876/ 1881, zijn ingevoerd : 990,080 — 775,040
— 1,422,400 — 1,075,200 — 1,807,680 en 5,546,240 iC kinakast. Ben
aanzienlijk deel daarvan zou in de moerassige en koortsige streken van Italie
als zoodanig, — decocta, infusa, tincturen enz. — verbruikt worden. In 1881
zouden 4 millioen ® bestemd zijn geweest voor kinine-bereiding. Mocht men
daaruit ook maar 3 ®/„ zwavelzure kinine bebben bereid, zou deze fabricage
eeii cijfer van 60000 kilo’s van dat geneesmiddel voorstellen, terwijl anderen
de totale voortbrenging van zwavelzure kinine op met meer dan 120,000 kilo’s
schatten ! Men mag gerust zeggen dat de betrekkelijke cijfers alles behalve
juist kunnen heeten, daar de jaarlijksche bereiding van 20000 kilo's zwavelzure
kinine, voor een groote fabriek stellig al zeer bevredigend mag heeten.