
intusschen groote ontwikkeling te gemoet gaan, omdat zich
daar Europeesche opkoopers gevestigd hehhen.
Klapperboomen komen op aile tot het gewest hehoorende
eilanden veel voor en tieren er welig, maar worden slecht
verzorgd. Op Kei, Babber e. a. m., worden voortdurend vele
boomen aan vernietiging prijs gegeven door de bereiding van
toewak. ff In 1882 vestigde zich op Kei-eiland een Europeaan
, voor den opkoop van klappers die hij als copra uitvoert.
Meer zorg besteedt men aan de Kruidnagel-teelt (zie ons
artikel Specerijen); de mededinging van Zanzibar drukt intusschen
de prijzen zeer.
De cacao, die op Ambon op een paar plaatsen nog voorkomt,
heeft weinig meer te heteekenen. De ziekte die deze
cultuur steeds bedreigt, strekt weinig tot haar aanmoediging.
De voor Amhoina zoo hoogst gewichtige specerijen werden
afzonderlijk behandeld en kunnen wij hier dus voorhij gaan.
Als een eigenaardig verschijnsel past hier nog de herinnering
, dat op het eiland Dammar en ook in enkele andere
streken van de residentie Amboina, de rij,stcultuur als „tahoe”,
dat is verhoden, wordt beschouwd.
Te r n a t e . Sago is hoofdvoedsel en daar de bosschen voldoende
in de behoeften voorzien, plant men den Sago-palm
i Metroxylon Sago) bijna niet aan.
Op Tidore wordt veel maïs verbouwd, maar veel zorgen
hesteedt men er niet aan. Onder de Oebi-soorten zijn, behalve
op de Soela- en Bangaai-eilanden, de zoogenaamde
pataters schier allerwegen door rijst en maïs van de markt
verdrongen. Op Tidore schijnt de teelt van aardappelen gestaakt
ff De toewak is als ze u it de afgesuedeu bloemkolven vloeit,
waterhelder, zoet eu verfrisschend vau smaak eu gaat spoedig in
gisting over. De inboorling bereidt d a a ru it, ook met toevoeging vau
andere stoffen, den geliefden palmwijn (lëgèn in het javaanscb).
Op toewak zijn vooral de inboorlingen van de Molukken erg
verzot.
te zijn; dit voedingsmiddel komt althans niet meer ter markt;
wel echter nog, in geringe hoeveelheid, de katjang-tanah.
In de districten Sahoe, Tobello en Galela op Noord-Hal-
maheira en in het district Gani-Lima Negri in het zuiden
van dat eiland, begint de rijst van lieverlede eene plaats in
te nemen onder de voedingsmiddelen der bevolking. De
rijstbonw wordt er gedreven op ladangs, die jaarlijks ver-
wisseld worden, hetgeen tot eene gestadige ontginning van
hoschgronden aanleiding geeft. In het overig gedeelte van
het gewest, waar men zich meer toelegt op de visscherij en
sago het hoofdvoedsel is, dient de rijst hoofdzakelijk als
ruilmiddel en als lekkernij. Het grootste deel van de rijst
die op Tidore en Ternate wordt verbruikt, is van Halmaheira
afkomstig.
Tabak wordt voornamelijk op Halmaheira, Makian en Batjan
, doch ook elders tot zelfs op Nieuw-Guinea verbouwM,
echter met zeer verschillende uitkomsten.
Cacao, specerijen en koffie worden geteeld, maar nergens
in aanzienlijke mate.
Als boschproducten , vooral van N.-Guinea, bekleeden in
den handel een voorname plaats, de copal en de massooi,
een boomschors waaruit eene voor het kleuren van lijnwaden
gezochte verfstof bereid wordt. Ook was komt onder de
boschproducten voor.
In het gewest Ternate werkt de jeugdige Batjan-maat-
schappij, die bij volharding, deze streken tot ontwikkeling
zal kunnen hrengen. Enkele kleine landelijke ondernemingen,
nahij de hoofdplaats Ternate, hebben geringe hetee-
kenis. *)
ff Ternate’s gebied heet 4340 vierk. g. m. groot, met een bevolking
van 187 Europeanen, 100 000 inboorlingen, 485 Chineezen
en 103 andere vi’eemde Oosterlingen. De afdeeling Halmaheira
wordt te Tidore bestuurd door een kontroleur.