53 2 M a NWY V I G E L E L I E -
V. de Afbeelding en befchryving van uitgaf, des»
?^yEL' naam bekomen van den Kruidkundigen Italiaan
Hoofd- F e r r a r i us,: door wien zy was voorgefteld
stuk» onder den tytel van Indifche Bloem, uit den Via-
letten bruin, met een knobbeligen Wortel. Zy is
nogthans van de Kaap der Goede Hope eh
niet uit de Indiën af komftig, Sommigen had-
denze tot de Irisfen, fommigen tot de Narcis-
fcn, anderen tot de Gladiolen t’huis gebragt«
’t Gewas gaf zekerlyk daartoe aanleiding,docht
de Bloem betrokze tot een ander Geflagt. Ook
behoorde zy niet tot de Klasfe der, Driemanni-
gen, gelyk Mil ieu dagt; maar, alzo de
Meeldraadjes op den Styl gegroeid zyn , tot
deeze Klasfe, dje de Manwyvigen bevat.
Hy hadt de^'Wortel, afkomflig van de Kaap
der Goede Hope, ontvangen van wylen den
Heer Doktor B aster , van Zirikzee ; zynde
een plat Bolletje, veel naar die der Ixiaas
of Gladiolen gelykende, van buiten lichtbruin,
van binnen wit. Uit een holletje, in deszelfs
midden, kwam een Stengel voort van anderhalf
Voet hoogte, ongevaareen Pink dik, over
de geheele Jangte met Piekvormige Bladen bezet,
de Jaagden van vier tot vyf Duimen lang,
licht groen van Kleur. Aan den top kwamen ,
uit Scheedeblaadjes, de Bloemen voort, die uit
zes Blaadjes beftonden, drie kleiner, driegroo*
ter, aan de kanteD met Franje en agterover ge»
boogen. Op het langwerpige Vrugtbeginzel,
dat het bovenfte van het Steeltje uitmaakte,
had«
hadden zy een Styl, die met zes Meelknopjes V.
was gekroond, en daar onder drie Stempels. De 4 jyEEr‘
Kleur der Bloemen was HemeHchblaauw en aanHoovo- de buitenzyde vuil wit. Het VmgtbeginzelBTus*
wierdt een driehoekig Zaadhuisje, dat driehok-
kig was, gevuld met kleine ronde Zaadjes.
De Heer Miller merkt aan, dat de Bolletjes
deezer Plant dit byzonders hebben, dat
zy één of twee Jaaren kunnen over leggen ,
zonder Blad of Bloem te geeven. Mooglyk
komt dit van ’c Klimaat: want te Rome hadt
men bevonden , dat de Wortel Biesachtige
Bladen uitgaf, waar tusfchen de BloemfteDg
fprout en de Bloemen , anders van de zelfde gedaante, waren van buiceu groen, vau binnen
Violetkleurig blaauw, met donkere Franje en
Vlakken, wordende in ruim een Etmaal geheel
zwart, en verflenzende of rimpelig famentrek-
kende , zo wel als de Meeldraadjes. In het
getal der Knopjes ( Mtherce) fcheen ook eenig
verfchil te zyn; zo dat deeze Plant veele by-
zonderheden oplevert.
Mm s
O. Deel, XII. Stuk, Y. HOOFD;