V.
AfDFEL
LI.
flOOFD
STUR»
V.
Antberi•
tum Ra-
iïi9/um.
Takkig.
1 akkig j de Bloemen zcsbladerig , agterwaards.
omgekruld , gelyk die der Hyaçinthen, en wit 3,
de Zaadhuisjes langwerpig driekantig, bevattende
bruine ruuwe- Zaadjes , driehoekig zynde
en, met drie zeer kleine Gaatjes doorboord.
(S) Amhericum met vlakke Bladen , een Tak-
kige Stengel, platte Bloemen en een. reg-
ten Stamper.
Dit is het Gemeen o f Gr.oote Fhalangium
dat, in. de Zuidelyke deelen van Europa, op
Kalk- of Kryt- Rotfen groeit, volgens den Ridder.
Dien Griekfchen naam leidt mçn d<aar v^n
a f , dat de?zelfs Bladen, Bloem en Zaad, op,
Wyn gezet , een nuttig Geneesmiddel tegep
de Beeten van Spinnekoppen t Scorpioenen en
andere Venynige Infekten zouden uitleveren.
Hierom noemen fommigen het ook, in ’t Er»
gelich , Spiderwort, in ’t Hoogduitfch Erd-
fpinnenkraut, dat is Aard - Spinnenkruid. Op,
verfcheide plaatfen, in Duitfchland, groeit het
op Heijen en Bergvelden en komt in Sweedea
voor.
(6)
( s ) Anthtrium Fol. planis, Scapo Ramofo, Coroll. p!a-
siis, Piftdlo reóto. Anrher. Ftil. planis &c. G ou AN Mensp, 17S- EL Stuc. 267 , 289. GUETr, Stamp. p. I ï9rphalan-
giuip parvo Flore ramofum C. B. Pin 29. Tourne lnjî,
36s. Phalangium majus. Cam, Epit. 5So. Phalang, Ramo-
fiam. 0 'jd, Fempt. 106, L o s - 47* Horologium Flor*,
Aft, Bern, 176«, T. 6,
(6) Antherigum met vlakke Bladen, een ge- V*
heel eenvoudige Stengel, platte Bloemen en
den Stumper neergeboogen. Hoofd*
STUK,
Deeze, zo wel als de andere, groeit in me- J^h
pigte ,op de Switzerfphe Bergen , a}s ook opc»*« lu
drooge Vlakten in Provence. L i n s jru s vojidtj^êtakt,
deeze laatfte zelfs in S woeden en verzekert
dat zy een verfchillende Soort z y , hoewel de
Jïeer G e r a r p ze als. een Verfcheidenheid
aanmerkt van de voorgaande. Het voornaam?
fte vcrfchil is aangeweezen.
De beroemde H a l l e r noemt deeze laat*
fte een fraaije Plant, die de Wortels Vezelig
tot een Knobhel vergaard heeft en fameuge-
^roeid ; waar uit veele Grasachtige Bladen
voortkomen, die fteyig en een Voet lang zyn. *
De Stengel is een Elle lang, Bladerloos, met
pen losfe Aair van tien Bloemen, welke uit
twee ryën Bloemblaadjes beftaan; de binnenfte
breeder Lancetvormig ovaal en zuiver w it; de
buitenften met een groenachtig ftreepje. Ieder
Bloem is b.y de twee Duimen breed en zy ge-
lyken veel naar die der Affbdillen.
Van het Takkige Phalangium, zegt diegroote
(«) Ar.thtricum Fol. planis Scapo fimplicisGtno &c. GouAig
Monsp. 17ï. GER. Prov ijj, H. Ups. 8}, El Stuc. II. N.
*90. Phalangium parvo flore non ramofum. C. B, Pin. 29.
Dod. Pempt, 10S, Liliago Cordi. LOB. Ie. 48, ]Acq_ Hort,