ty l
A fdeel.
in. i
H oofds
t a k .
Stengel, de Bladen gekarteld, met twee*
fnydige Scheeden en driepuntige Meeldraadjes.
In een gedeelte van Sweeden , in Deene-
marken en Ooftenryk, wordt de Groeiplaats
gezegd te zyn van deeze , die ook by Montpellier,
als een Onkruid ^voortkomt in de Moeshoven.
Men noemtze aldaar Rocambole, by de
Gotlanders Keipe, by de Oelanders Gras - Look,
Op Oeland gebruikt menze als Knoflook tot de
Spyzen , inzonderheid by Kool en Moes gekookt.
Op Gothland groeit zy zo overvloedig,
dat ‘er de Melk en Boter dikwils naar fmaakt.
P it betreft eigentlyk de derde Soort van H A l-
I.ER , die van de tweede , Ophioscorodon genaamd,
zo hy w il, aanmerkelyk verfchilt, niet
alleen-door het Slangachtig omgebo ,igen Hoofdje
voor het bloeijen, waar van de naam; maar
ook doordien de Bloemen klein zyn en misdraa-
gepde, dat is Bolletjes maakende. De Twee-*
hoornige, zegt zyn Ed . , heeft de Wortelbol-
letjes kleiner, de Stengel is nooit omgekromd,
* de
Suee. 2«< , 27?. U. Oei. «o. ha l l . A ll. 3. All. Mont,
bicorne latifoliura. C, B. Pin. 74 Rudb. Elys. 2. p u j .
AUium f- Moly montanutn latifolium Clus Pann. 212,
213. 6, All. Stamin. alterne «ifidis 8(c. HALL. All. 2. All.
fativum alterum f. Allioprafum, C. B. Pin. 73. Pormm ia-
dice Coidatü Iblida , Pedunculo rcvoluto , CapiteBulbifero, H.
Cliff. 136. Scoiodopiafnm fecundtirn. Clus, Hifi. p, »ojj.
g i l , Pawt. 210,,
Je Bloemen misdraagen nooit, maar zyn zee ^?EEELt:
Fraay en Violet gekroond; ook de Bladen eem- m#
germaate ruuw van rand.
( ia )' Look met oen platbladige Boldraagende
v „ 1 __ u „ een rtombe Ar.„r.riam
Met de voorgaande fchynt deeze veel [te
ftrooken, dewyl het Tweehoornig Breedbladig
Berg-Dook van B a c h inus tot beiden W W
trokken geweest. Thans onderfcheïdt de Ridder
deeze , op Akkers en Velden van Schoo-
nen, alleenlyk in Zandgrond groëijende, doordien
zy veel fmaller en kleiner is , met de Bolletjes
„en Bloempjes blaauw, de Bladen geheel
cffenrandig. Ha l l e r vondt ze , by Jena in
Thuringen, met de Stengel twee Ellen hoog
en donker paarfche of Violette Bloemhoofdjes.
(13) Look m e i een platbladige Boldraagende xnr.
Stengel e n Elsvormigê Meeldraadjes. Gekielde?
Deer
lz ) A ’.liar» Caule planlf. Eulbifeto &c. It. Scan. 2,7.
T l Sues II. N. 279. Allium montanum bicorne latifoliutn. C.
B, P*«. 74.* Poirum planiFolium &c. HALL. Rupp. Jen. i54-
Caule planlf. Bulbifeto &c. Fl. Suec. II. N.
281. Gort. Belg. 9 3. All ütnbellâ Bttlbiferâ, Vaginä bicot-
n i, Fol. Carinatîs. Ha l l . Opasc. 391- All. N. 27. T. 1.
a. Atnpeloptaium ptoliferam. Lob. M Ts«, p . All. mont. ■ is 4 “•