V. „ gekleurd. Een dergelyke , maar veel blee-
j j ker, heugt het my, weleer in het Bofch van
H oofd- „ ’t Land omftreeks Montpellier, by ’t Kloos-
sTXJi?. ter Gramont , onder de Groen - Eiken, ge-
, , vonden te hebben.*’
Hedendaags groeit deeze Basterd - Orchis
overvloedig in de Pynboom - Bosfchen van Lan-
guedok, als ook in Provence op verheven Heu*
velen. Men vindtze veel in Switzerland,'alwaar
de vermaarde. H a l l e r dezelve riaauwkeurig
in Plaat gebragt en befchreeven heeft. Haare
Zaadhuisjes zyn grooter, zegt h y , dan in eeni-
ge andere van dit Geflagt, en hebben die ei.
genfchap, dat ha de uitftorting van het zeer
fyne Zaad de Klepjes afvallen, waar doör een
gevenfterd Hokje overblyfc, gelyk T o u r n e -
f o r t in Plaat vertoont.
E. Met de Wortels nog onbekend.
xxxni. (33) Standelkruid , dat de Spoor van 't Ho-
f/ycsdety nigbakje Borftelig, zo lang als % Vrugtkleurig.
beginzel; do Lip driedeelig en kanthaairig
heeft♦
Deeze Virginifche, in Kanada ook door den
. Heer
f33) Orchis Ne&arii Cornu Setaceo longitudine Gertnir
nis, Labio tripaitito Ciliati. Grom. Virg. II. p. 137. Orchis
Maiilandica Spici breji conferta &c. RAj. Supp\. S82. Orchis
Floribus Aureis , Spici habitiore Scc. GRON. Virg. I.
p. 184.
Heer K a l m gevonden, heeft de geftalte van V.
■ t Gevlakte Standelkruid. De Stengel, met Li- IV;
niaale gefpitfle verftrooide Bladen bezet, heeftH oofd-
een lange digte Aair en Bloemen van vyf famen-sTuic.
luikende Blaadjes» die Goudkleurig z y n, de
drie buiten Hen Eyrond , de twee binnenüen
langwerpig. We Lip js omgeboogen, driedeelig
, met zeer fmalle Slipjes, Wigvormig, aan ’t
end gehaaird.
(34) Standelkruid , dat de Spoor van ’t Ho- xxxrv.
nigbakje zo lang als 't Vrugtbeginzel ; ^ fpciïabUis*
Lip ovaal en uitgerand; en ovaale Bladen
heeft, met een naakte Stengel.
Wegens de fraaiheid voert deeze Virginifche
den bynaam, die, volgens C l a y t o n , zeer
fchoone groote Bloemen b e e ft , met de Helm
van ’t Honigbakje hoog blaauw; de twee bui-
tenfte Blaadjes groen en een witte Spoor. Maar
vyf of zes zodauige Bloemen maaken de Aair
uit. Wortelbladen zyn ’er twee, ovaal, ge*
fteeld, ftomp en byna van langte als de Stengel,
die met Lancetvormige Blikjes, welke vry
groot zyn, bezet is , van onderen naakt. Die
Blikjes zyn de bovenfte Blaadjes, uit wier Oxelen
de
(34) Orchis Ne&arii Cornu longitudine Germinis» Labio
ovali emarginato , Caule apbyüo t Fol. ovalibus. Gron, Virgt
II. 136. Orchis Fl. pukherrimo magno fpeciofo Scc. CLAYÏON,