V.
A fdeel.
III.
Hoofds
tu k *
Colchicum,
Streep daar door heen. Midden in de Bloem',
voor ’c overige naar die van ’t gemeene gely-
kende, zyn zes Meeldraadjes met blaauwe
Knopjes. De Wortel, met rosachtig zwarte
Rokken om wonden en met Wolligheid voorzien,
is van binnen digt en w i t , gelyk in de
andere Soorten. Na het bloeijen komen de
Bladen te voorfchyn , welke donker groen zyn
met gegolfde kanten, als boven is gezegd.
Veelen hebben de Wortels, ’t zy van deeze
of van een andere Soort, gehouden voor den
Hermodattylus der Apotheeken. Anderen hebben
het gebruik derzelven, als zodanig, zeer veroordeeld.
Ten overvloede zagen w y , hier voor, het.
oDgemeene verfchil, dat’er tusfchen de Bolletjes
van het Colchicum, ’t zy door den Landaart, ’t zy
door het Saizoen, plaats heeft, en dat fommigen
derzelven zoet en onfchadelyk zyn. T o d r n e -
f o r t verzekert, dat deHermoda&yü de Wor.
tels zyn van die Soort, welkeCa s p a r B a v -
h m o s genoemd heeft, Colchicum, welk den
gedroogden Wortel wit heeft. Hy hadt dezelve
dikwils in Klein Afie aangetroffen met Bladen
en Vrugten van Colchicum. ,, Men heeft dan
„ de minfte reden niet, zegt hy, om te twy-
„ felen of de Hermodaétylen de Wortels van
„ een Soort van Colchicum zyn; alzo ik de
„ Plant , waar van menze afrukt, bevonden
„ heb , overeenkomftig te zyn met het ge-
„ meene Colchicum , door haare Bladen en
» Vrug-
Vrugten ( * ) . Ra uwo l f heeft ook in V.
Syrië, by Aleppo , een Soort van Colchi-
Cum, tusfchen de Olyfboomen groeijende, ge-hoofd.
vonden , by de Ingezetenen Kufam genaamd , stuk.
’t welk de Hermodaftylus zou zyn. Dit wordt
van fommigen voor een Soort van Iris gehouden,
als boven is aangemerkt ( f ) .
H e l o n i A S.
Een zesbladige Bloem, zonder Kelk, en een
driehokkig Zaadhuisje, komt als de byzondere
Kenmerken van dit Geflagt voor, ’t welk gelyk
de voorigen zes Meeldraadjes en drie Stylen
heeft, hoewel de geftalte anders veel naar die
der Weegbree gelykt. Het bevat de volgende
Soorten.
( i ) Helonias met Lancetvormige
den.
geribde Bla• J*
Helonias
bullata.
Belbloe-
Wemige.
(*) ToURNE. de la Mat. Med. Pat. 1717, Tom. I. p,
367 , 168.
(|J iris tuberofa. bladz, 86.
(1 ) Helonias Fol. Lanceolatis Nervofis. Syft. Nat, Xir.
Gen. 4$ 3. Veg, XIII. Gen. 45s. p. 487, Helonias Fol.
Radicalibus Lanceolatis. Am. Asad. III. p. n . t . i . f. i .
Ephemeium Phalangoides Virginianutn, Flosculis Auteis bul*
latis in Spicam dispofitis. Pluk. Aim. 135. T. 174, f. 5.
Moris. Hiß. HI. p. 60S. S. i j . T. 1 . f. 1. Veratrutn Race*
mo fimplicisfimo, Corollis patentibus t Stäminibus longioti-
bus. Mill. U. 181. t , 272,