Êoé Z e s m a n n i g e L e l i ë n
V. - D* Met Wortelbeden en een naakte Sten»
ÜFDSUL. ]
III. 8eu
stük!D ( a3) Look met een naakte tweefnydige Sten•
xxui. gel, Liniaale platte Bladen en driepuntige
nuuSr Meeldraadjes.
Knikken«
de. In Siberie groeit deeZe vblgens den Heef
G m e l i n , zo verandeflyk in geftalte, dat
menze dikwils niet kan onderfcheiden. Uit
een witte langwerpige Wartelbol fchiet zy
een Stengel van een Elle hoog, die platach*
tig is en geftreept. Een korte Scbeede, op
den top , bevat een Hoofdje van veele lang
gedeelde, witte o f paarfcbachtige Bloempjes,
met holle Blaadjes en uitfteekeDde Meeldraad»
je s , in 't midden een driekantig Vrugtbegin-
zei. Voor ’t bloeijen knikt de Stengel.
xvx. C24) Look met een naakte Spilronde Stengel,
^ tum*“”11' Elsvormige Bladen, een Klootrond Kroontje
chaiotte. en driepuntige Meeldraadjes.
In Paleftina ftelt H a s se l q ü t s t de Groeit
plaats van deeze, wier Bolletjes men gemeenlyk
,
(23) Alliw* Caule auda ancipiti, Foliis Linearibus planis
&c. H. Ups, *0, HALL. Opusc. 347. All. N. «. Porrutn Sca«
po hudoancipiti &c. Gmf.l . Siber'. I. p. 5j . T. n .
(24) Aliiutn Scapo nudo teteti , Foliis Subulatis &c.'
Gort, Belg, 95. Gouan Mtnsp. i«s. Cepa Fol. Subulatis
11, Cliff. 35. Ups. 79. Cepa Ascalonica. MORIS. Hiß. II.
p. 3SJ» S. 4» T. 14. f. 3. Cepa fterilis. C. B, Pin, 71,
HALL, Opm. P» 365.
lyk, by ons Chalotten noemt. De Franfche naam
is eigentlyk Echalottes. By Montpellier groei- ^ *
jen zy , zegt G o u a n , met de Moeskruiden. Hoobd-
De gedaante is byna als die van ’t Bieslook , ;TÜ)£*
zegt L in njeus, en merkt aan, dat de Stengel
een Span is en langer , met een Vliezige
Scheede , en een rond Kroontje, van kleiner
Bloemen, de Blaadjes opftaande , blaauw; de
Meeldraadjes met geele Knopjes.
Look met een naakte tweefnydige Sten•
f l j Alhwn gel, Liniaale van onderen vernevenronae finescsns.
gladde Bladen; een rondachtig Kroontje end^ toudm'
Elsyonnige Meeldraadjes,]
Zo wel in Siberie ais op Sicilië, In Duitfch*
land en Switzèiiand, zou deeze huisvesten, die
daar van den bynaam heeft, dat de Wortel ,
welke in de jongheid uit veele digt famenge-
voegde, lehraale Schubbige Bolletjes befiaat,
in de oude Plant zïg zydelings uitrekt, Houtig
wordt en dwars legt, ontelbaare Vezeltjes
afgeevende. De Bladen, uit den Wortelvoorcko
®
( i j ) Aliiant Scapo nudo ancipiti, Fol. Linearibus & c . ...
H, Ups, 79. All. Foi. Linear. R. Lugdb. 39* AH. Rad®
fsnescfent'e Lignofa <• transvérfa. HALL. Helv, Enurh, 257 m
laehoet. II. 109. Opuse, 370» All. N. 19. AH. Mont. Fol.
Narcisfi rrvajus. C. B. Pin, 7j. All. Scapo. ancipiti tere-
tiusculo, Fol. Enfifórmibus. Gmel. Sib, I. p. $3. T,
XJt. f. *.