Vr
A fdeel.
IV.
Hoofdstuk.
een zeer aangenaamen Reuk heeft. De Groeiplaats
is op Grazige Velden, in Italië, Vrank-
ryk en Groot Brktannie. In Switzerland is zy
zeer gemeen, volgens den Heer H a l l e r ;
hebbende een Wortel, die uit éen , twee o f
drie, rolronde Bolletjes beftaat, van twee Duimen
langte, en een Stengetjevan een halfVoeC
tot een Voet hoogte. Zy heeft vier of vyf
Sappige Wortelbladen en aan het Stengetje
kleine Blaadjes, dat ter halver largte fchraal
geaaird is met omtrent twintig Bloemeu, die
Spiraal gefchikt zyn, even als een Wenteltrap
oploopende. Behalve dit, zyn ook de Bloemen
van eene zonderlinge figuur, eenigermaate Klok-
vormig o f Lelieachtig, gelyk in fommige Soorten
van Aloë, doch hebben evenwel een Lipje
, dat rondachtig is en aan de kanten gehaaird.
De Kleur is witachtig , de Reuk als der Hya-
cinthen,
Als Verfcheidenheden behooren hier: i . Een
grootere van den zelfden aart, die een Wortel
van drie o f vier Bolletjes heeft: 2. Het witte
Zomers Moeras - Orchiaftrum , dat M i che -
l 1 u s afbeeldt, op vogtige plaatfen des Lands
omftreeks Florence, tusfchen de Biezen groei-'
jende en 3. Dat geen , ’t welk Gsm e l i n in
Siberie waarnam , meest verfchillende door de
paarfchachtige Kleur der Bloemen. Dit laatfte»
immers, komt volgens H a l i e r anders in alle
opzigten overeen ; hoewel de meellc Bladen
Li*
Liniaal Lancetvormig zyn en het Lipje fpits, V.’ 7
final, niet rond is gelyk in de anderen. Af° ” l ’
(4) Tweeblad met gehandelde Wortelbollen, ïTÜJU
een gebladerde Steng en knikkende Bloe- iv.
men ; de Lip van H Honigbakje langmr - Ww.
pig, fpits, onverdeeld. ^Knikken-
In Virginie en Kanada groeit, volgens den
Ridder, deeze, wier Wortel beftaat uit zeer
veele dikke Vezelen. De Wortelbladen zyn
Liniaal en lang; de Stengbladen Scheedig, zeer
kort, Zy heeft een digte langwerpige Aair ,
van omgekromde knikkende Bloemen , welke
klein zyn met de bovenfte Blaadjes famenge-
voegd; de Lip als boven is gemeld.
(5) Tweeblad met een Ve%eligen Wortelbol ; v.
de Steng tweebladig; de Bladen Eirond; Eyionde.
de Lip van ’t Honigbakje tweedeelig.
Dee-
(4.) Ophrys Bulb. Fasciculatis, Caule Foliofo , Flot, cer-
„uis, Neftarii Labio oblongo integro acuto. Sp. Plant. II.
p. 134°- . . . .
(s) Opbry« Bulb. Fibroib , Caule bifolio , Fol. ovatis,
Neaaiii Labio bifido. G ou AN Monsp. 471. GaR. Prov. 130.
KRAM. Auflr. 165- GORT. Belg. Ij8. GoRT. Ingr, I4S.
GMEL. Sii. ï» p- -R. Sue e. 738 , 808. OED. Dan. 137.
Scop. Carn. Z54- Ophrys F«I. ovatis. DALIB. Par. xy%. H.
Cliff. 419. R- Lugdb. i j . Ophris bifolia. C. B. Pin. 87,
Uifoliutn. LOB- Je. 3e i. Pfeudo• Orchis Bifoliuna. Dod.
Pempt,
n . Deel. Xlt. Stv s»