I.
A fdeel-
IX.
H oofdstuk*
Rystkor-
iel * Pi-
liang.
menigvuldig, zo cot het dekken van Huizen, als
tot Wanden en tot Heiningen o f Affchutzels
gebruik gemaakt; Evenwel weeten zy van de
Bladen ook Garen te fpinneh en Zakken te
wee ven. D e Palmiet o f zagte Top van dè
jonge Boomen, die nog geen Vrugt gedragen
hebben , inzonderheid van de laatstgemelden ,
is eetbaar.
De RyStkorrels Pinang Boom is de kleinfte
en dunfte van Stam, met Twygen van ruim
een Vadem lan g , en een Vinger dik , waar
aan insgelyks lange fmalle Bladen Haan, die
glad en fty f zyn , overlangs geribd en aan ’t
end als afgebroken. Op fommige plaatfen aan
de Tw y g komen twee o f drie Bladen uit eenen
zelfden oirfprong voort. Beneden de Kroon
komt , even als in de gemeene Pinang, dé
Vrugtfcheede uitfchieten , die eene Tros van
dergelyke Draaden met Bloeizel uitgeeft 3 aan
welken vervolgens de Vrugten groeijen. Dit
zyn de allerkleinfte Pinangjes , niet grooter
dan een Rystkorrel in de Dop , waar van zy
den naam hebben , doeh ronder. Uitwendig
blyven deeze lang bleek groen , maar worden
eindelyk ook Bloedrood, en hebben van binnen
byna geen Pit o f Kern* Men kanze even
als de anderen , by gebrek , dat men geen
tamme Pinang hee ft, en op de zelfde manier
eeten’. Hua Soil o f Hua Tette is de Ambon-
Iche naam. De Kool o f Palmiet kan men ook
in de jongheid gebruiken: doch „het Hout dient
llegts tot dunne Latten. Op
D E N P l H i N G S O O M . 401
Op Amboina valt nóg een andere foort van
Wilde Pinang , welke in de figuur der Bladen j x f *
meer overeenkomst met den Gemeehen Tam-Hoofd-
men Pmangboom h e e ft , * dan alle de voor-sTOK«
gaande , doch, wat de Vrugten aangaat, deeze
gelyken- zeer naar die van den laatstgemelden.
De Stam is r e g t , omtrent een Kinder - Arm
dik en een Manslangte hoog , met Twygen
aan den T o p , o f Bladfteelen , van v y f Voeten
lang. Ieder Blad op zig zelve gelykt naar
een P a le t, zynde ongevaar een Voet lang ,
aan den Steel fm a l, doch aan ’ t end v y f
Duimen breed. De Vrugt - Tros komt aan
den Voet van ’t onderfte Blad voort, ver beneden
hetzelve, en draagt nog kleiner Vrug-
tjes dan de Rystkorrels - Pinang , zo even be-
fchreeven. Deeze groeit op het Klippig G e bergte
van Ambons Oosthoek en misfchitn
ook elders. Zyne Palmiet wordt voor een
byzondere lekkerny gehouden.
W y zien dus , dat alle de Pinangboomen ,
zo Tamme als Wi lde , in de meefte eigen-
fchappen overeenkomftig zyn. Hun verfchil
beftaat inzonderheid in meer o f minder hoogte
en grooter o f kleiner Vrugten. D e Wortel
is in allen uit een menigte Vezelen famenge-
fteld, en maakt geene Pen- o f dikke'Wortelen
: des hunne vastigheid in de Grond meest
toe te fchryven is aan de aanhangende Klomp
Aarde , even als in de Kokos- en de meefte
Palmboornen.
Cc Tot
B . Dbeje., I, SXÜR»
1 1