Ö E R K U H D K tl H D K, 241
EeNbeddig. Daar de Mannetjes en W y fje s op Inlei-
eén zelfde Leger rusten. Dat i s , daar alleDIN0,
Bloemen Tweeilagtig ('Hetmaphfoditi) z yn ,
bevattende zo wel de Meeldraadjes als de
Stylen. Hier in heeft plaats eène
' (Afzondering, wanneer de Mannetjes elk op
] zig zelve Haan, zynde de Meeldraadjes niet
} famengegroeid, en dit gefchiedt
I f Onverschillig , als de Meeldraadjes
J | van onbepaalde 'langte zyn , waar uit
| I voortkomen de Klasfen van
<
I
\
I
IV:
Monandria. ï# heptandria. 7 *
DlANDRI A. 2» OCTANDRIA» 8»
TRIANDRIA. 3. ENNEANDRIA» 9»
T E TR AN D R IA , 4, D e c a n b r i a . i ° .
P e n t a n d r i A. 5» D oDECANDRIAi n<
HEXANDRÏA. 6, 1 COSANDRIA. 12,
r OLÏANDR1 A. 13,
Ondergeschikt , wanneer twee Meeldraadjes
altoos korter dan de anderen
z y n , waar uit de Klasfen van
1 DïDVN AMIA* 14» T ï t R ADÏN Am IA» 1$«
W ereeniging, wanneer de Mannetjes naby
elkander en famengevoegd zyn ; de Meeldraadjes
naamelyk ondereen, o f met den
Styl o f ’t Vrugtbeginzel , als in de Klasfen
van
MONADï L ï HIA' 16. POLYADELPHIA» 18.
DlADELPHIA. 17. SYNGENESIA« IS«
GYNANDRIA, 2 0 .
T weebeddio. Als de Mannetjes en Wyfjes
lh DÈÏJL. LStUK, Q