202 D e L o t g e v a l l e n
In le i- licht te geeven van eene Methode, die van de
P ing. filaden der Planten werdt afgeleid. Men was
op dit artikel nog niet gevallen geweest , en
dus hadt dit Stelzel het volkomen Kenmerk van
nieuwheid. Was zulks een genoegzaame aan-
pryzing , dan zou het deeze Methode aan bevalligheid
niet ontbreeken. Drie Hoofddeelen
heeft zyn Ed. gemaakt, van Planten met en-
kelde, met famengejlelde en zonder Bladen, ’t G e tal
der Klasfen is twaalf, waar van de zes eer-
ften van de plaatzing der Enkelde Bladen; de
v y f volgende van de figuur der Samengeftelde
zyn afgeleid , en de twaalfde behelst de Bla-
derlooze Planten, Deeze laatften z y n , by eene
Verbetering van deeze Methode door den Au-
theur z e lf , in ’t jaar.1751, in de eerfte Klasfe
geplaatst, en verder heeft hy de Bladen u
volgens hunne plaatzing; 2. volgens hunne f f
guur; 3 , volgens hunne plaatzing en figuur te
famen befchouwd, ’t welk hem e lf Klasfen in ’t
geheel uitleverde. Geene Natuurlyke wordt
daar onder gevonden, zegt de Heer A d a n -
s o n , die tevens oordeelt, dat deeze Methode
zeer onvolkomen is. Z y heeft ook by de Kruidkundigen
weinig ingang gevonden.
Methoden D e Heer d u H a m e l , zo beroemd door
hL el. z ?ne Werken over de daadelyke behandeling ,
opkweeking, enz., van de Boomen en andere
Plantgewasfen , gaf in den Jaare 1755 dfieby-
zondere Methoden uit. Volgens de eerfte verdeelt
zyn Ed. de 1000 Soorten o f 190 Geflagr
ten $ lh Dm« I. Stuk.
203
ten, waar van hy fpreekt, in drie Klasfen, be- Inlei»
fchouwende dezelyen alleenlyk ten opzigt vanDING'
de Sexe en het getal der Bloemblaadjes. Zyne
1. Klasfe is van de genen , die de Mannetjes*
van de W y fje s Bloemen onderfcheiden , en
fomtyds met Tweeflagtigen gemengd hebben;
de 2. van Planten met TweeflagtigeEenbladige,
de 3. met Tweeflagtige Veelbladige Bloemen.
Deeze Methode is eene vereeniging van die van
L in n -aeus met die van T o u r n e f o r t ,
o f van die der Sexen met die der Bloemblaadjes.
Volgens zyne Tweede Methode worden
die zelfde 1000 Soorten door zyn Ed. in zeven
Familiën onderfcheiden , naar de -zelfftandig-
heid, figuur en plaatzing, van de Vrugt en Zaa-
den. Dus behelst zyne
1. Familie. Planten met dróoge Gefchubde Vrugten
of Zaadhuisjes, of famengehoopte
Zaaden.
2. -----—- Planten met Vrugten , meer of min
Vleezig, die Korrels inhouden.
3. ■ ■ Planten met Vrugten, die Steenagtige
Kernen of Pitten hebben.
4. — —— Planten met Vrugten als EeCën of Bes*
fen, zo wel droog1 als Sappig of Vlee*
zig.
5- --------Planten met Doosagtïge Zaadhuisjes-
--------- Planten met Vrugten als Haauwcn of
Peulen.
X —— —- Planten die naakte Zaaden vóórtbrengen.
De
II. D$.i£. i. Stuk.