^In lb 1- ujtv0erj„g . en meeI reta te (M dè Afbeeldfn!
gen. Dus hebben de Werken van D i l l e -
n i u s , M i c h ë l i u s , B a t t a r r a , G l e -
®I Jjs/7c He n S oHA F FHR , over de Mosfen en
Fadaefioelen; die Van R ü d ü e c k ,M o n t i u s
e n S cHE u cHZ E R over de Grasplanten; die
van V a i l l a h t , P ö n t e d e r a , B e ë k -
h e y , en anderen oVer de Samengefielde Bloe-
men; die van A r t e d i u s over de Kroontjes-
^ « s d i e T a n K L E i N ^ Q N A T L e n G M E -
l i n , over het Zée-Ruy; van N . L . B ü r -
m a n n u s over de Geraniums ; enz. zekerlyk
groote nuttigheden : maar hunne Rangfchikkingen
zyn op de Aigemeene Methode niet toe-
paslelyk.
. A>k de Methoden der Kruidfan-
Methoden.ae, voor gemeld, en anderen, zyn met eikan
der vergeleefen en in een Tafel gebragt door
den Heer A n i N s o N , die z jg aangJ , aatj (j
heeft over deraelver meer o f minder goedheid
te oordeelen , naar het 'getal der
Klasfen en Seöiën o f Rangen , die daar in be-
greepen zouden zyn. De Methode van T a o n
n h p o r t wordt dus van hem de befte-ge-
oordeeld ; die van H t i m , de d>
rang, die van L o b E i , reeds voor tweehoh,
derd Jaaren ter baan gebragt, de vierde; die
van B o e b h a e v e de v y fd e , die van , «
R o v e k de zevende, die van R a v d e negend
e , van HERJf ANNus de elfde en die van
LW H J ttiii, afgeleid van de Meeldraadjes (Staruina)
de zestiende : dewyl hy onder de Klas- InleI •
fen van deeze laatfte maar een twaalfde deelDINGi
Natuurlyken vondt, en onder die der drie eerst-
gemelde Methoden meer dan [een vierde Deel.
Vervolgens komt de Methode van W achrn-
dorf, en de twee anderen van L i n n a ü s ,
voorgemeld, in aanmerking. In die van L u d -
w i g , S a u v a c e s , R i v i n u s , D u H a m
e l , e n z ., vondt hy in ’t geheel geene Na-
tuurlyke Klasfen.
„ De Methoden (Zegt 'hy) wier Ontwerp het
„ naafte komt aan de Natuurlyke Methode,
„ zyn; die van M a g n o L i u s , in ’t jaar 1689
„ uitgegeven ; door wien, behalve de Bladen,
„ Bloem , Vrugt en Zaaden, ook de Meel-
,, draadjes, Wortels, Stammen, en de grootte
„ der Planten, in aanmerking genomen i s : die
„ van R a y , in 168 2, op de Bladen, Bloem,
„ Vrugt en Zaaden, gegrondvest: die van M o-
„ u i s o n , in 1680, op de grootte der Plan-
ten , de Bloem en Vrugt : die van L o b e l
„ in 1570, die van Z a l u z i a n u s , in 159 2,
„ die van C a s p a r B a u h i n u s in 1596 en
„ die van J o a n n e s B a u h i n u s in 1650
„ aan ’t licht gebragt. D e Autheuren, die hun-
„ ne Methoden, als het naaste aan de Natuur-
,, lyke komende , opgegeven hebben, z y n , zo
„ hy aanmerkt, M o r i s o n , R a y , M a -
„ GNOL i u s , K n a u t , L i n n je uls in zyne
}> Fragmenta Methodi Naturalis o f Ontwerp
van eene Natuurlfke Methode * , de Heer * zie