I.
Afdeel,
VI.
fToOFI)-
ë'füik.
LAASE
I^LMIET.
dertig Voeten hoogte. Deeze Stam, merkt hy
aan, *vcrtoont zig als een Kolom, o f liever als.
een Vaas , want by den Wortel is dezelve
dun , in ’t midden driemaal dikker , en aan
den Top wederom de helft dunner. Deeze
Boom was geheel bedekt met Doornen o f lange
fpitfe en fterke Stekels, welke hem geheel
omringden, loopende tot aan het bovenlte van
den Stam Slangswyze daar om heen. Zou hy
ook van die Doornagtige Gewasfen, welke zig
in de Bosfchen van Amerika veel om de Boo,
men flingeren, voor een gedeelte van den Boom
hebben aangezien? De Twygen en Bladen waren
de helft korter , dan aan den regten Kokosboom
, maar breeder • en met Doornen bezet.
Zyne Vrugten, naauwlyks grooter dan de
gewoone Nooten in Europa, zegt h y , hebben
een dunne Schaal en zyn gevuld met eene
dikke weeke zelfftandigheid , die eene onaan-
genaame Olie - Spiaak h e e f t , wordende echter
van de Kinderen veel gegeten.
Thans gaa ik over tot de Tweede Soort
yan. dit G e fla g t, welke , hoe zee r' ook van
de Kokosboomen verfchillende en tot den
Landaart van Amerika behoorende, L i n n a i u s
Cocqs Guincënjis noemt (*). Zyn Ed. tytelt
zelfs
f*) Cocos aculcatï tota, Frondibus distantibus, Radice re.’
{.jente. Syst. Nat• XII. Toni. II. p, 730. Mant, 137. Bac-
tris minor , Fra&ibus fubrotundis. J A c q. Amer. 279. T.
171. f. 1. Talm» Frondibus pinnatis , Caudice rereti aculea-
|o , Fju&« «ünote, M u l , 6, Falma fpinda minor,
Cau-,
zelfs .de Vrugt Drupa fucculenta: weshalve
een Pruimagtige- Vrugt zou moeten zyn , met1 V1
Sappig Vleefch, waar binnen een Steenige PitHooFjj.
o f Koot beflooten ware (*) ; maar aan den^uK.
Kokosboom wordt, door zyn E d ., als het Ge-
fla g ts -Kenmerk, een Vrugt o f Zaad meteenen
Lederagtigen Bolfter ( Drupa Coriacea) toege-
fchreeven. Derhalve zou het duifler[zyn, hoe
deeze tot het zelfde Geflagt behooren kon : indien
wy niet gezien hadden, dat ’er onder de
Verfcheidenheden van de gemeene Kokosnoö-
ten ook voorkomen met,een Sappigen Bolfter.
. , ■ , -r 1
Deeze Soort komt verder met den Kokos-
boom in de eigenfehap van Eenhuizig te z yn ,
dat is van Mannelyke en Vrcuwelyke Bloemen
op eenen zelfden Stam en aan den zelfden
Bloemfteng te draagen, overeen. De Hees
Ta c q u in , die dit Gewas onder den na^m van
Baëtris b e fch ry ft, geeft ’er de volgende Ken,
merken van op. De Vrugtfeheede , die lang,
werpig als een Schuitje , holrond is en groot,
bevat een Takkigen Bloemfteng van gelyke lang,
te. De Bloemen zyn eenbladig , in drieën gedeeld
, zittende in een Kelk van de- zelfde
Kleur, en ^bevatten zes Elsvormige Meeldraadjes,
die
Caadice gracili, Fru&u Pruniformi. Sloan. H at, Jam. Pal-
m Ameticana fpinofa. C, B. Pin. S°7 . FMK. 4 /»» V 6' T-
103- f I* (? ) itb P h ik Botanica, p, 5 3 »
Y 5