gelen daarentegens, die zonder vreemde hulp , doof
liïcht en water den weg daarhenen vinden kunnen *'
zijn menigvuldiger en in meerdere verfchillende foor-
ten aantetreffen. Groote vaste landen daarentegens
zijn rijk aan alle bovengenoemde foorten van dieren,
gelijk ook aan vogelen en visfchen, d ie, gelijk gezegd
is , overal gemeener zijn. Afrika leverde on s ,
op deeze re ize , in weinige weeken, eene menigte
verfchillende foprten van viervoetige dieren, twee-
flachtige dieren en infekten, waarvan wij evenwel
in alle de andere landen geen een eenige ontdekking
hebben kunnen maaken.
Bladz. 8 ( 2 ) . Palma behoort onder die eilanden
, welke de Ouden onder den naam van Gelukkige
Eilanden kenden , en een derzelve heetede
reeds toen Canaria ( * ) . Zij waren in gantsch Europa
vergeeten tot omtrent het einde der veertiende
eeuw
,£* h Het is waarfcliijnlijk dat niet alleen de Kanarifche
Eilanden, maar ook:Madera en Porto-Santo den Ouden
zijn bekend geweest en, als men dit aanneemt, laaten zig
hunne verfchillende narichten van het getal deezer eilanden
zeer wel verklaaren, p l i n i u s , Hiftor. Natur. Lib. VI,
Cap. 37. De befchrij vingen van de Ouden Hemmen ook
met de nieuwe overeen, v o s sius ad MelamCap. X , 20,
Ex iis quoque infulis cinnabaris Romam advehebatur,
fane hodie etiamiïum frequens eft in Infulis Fortunatis ar-
hor illa quae Cinnabarim .gignit. Vulgo Sanguinem Dra-
conis appellant. Ook hebben, wij van plin i u s.• naricht,
Lib. VI, Cap. 36 , dat ju b a , Koning van Mauritanië, op
deeze eilanden, regt over' de landen der Aiuololiers, pur»
per liet verwen.
eeuw de zugt tot de fcheepvaart en tot ontdekkingen
weder ontwaakte. Omtrent deezen tijd vonden enige
gelukzoekers dezelve opi nieuw, en Biscaaifche
zeevaarers landden op het Eiland Lancerota en voerden
honderd en zeventig inboorlingen van hetzelve
weg.. lod. de l a c e r d a , een Spaansch Edelman
van de koninglijke familie in Castilie., verkreeg
het recht van eigendom op deeze eilanden, door
eene pauslijke bulle, en voerde, ingevolge van de*
zelve, van het.jaar 1344 af aan, den tijtel van Prins
van de Gelukkigs Eilanden, zonder nogtans van deeze
zijne Staaten werklijk bezit te neemen. Hierop
wierden zij in het jaar 1402 nogmaals bezogt door
JOHAN BARON VAN BETHENCOURT uit Nor-
mandye. Deeze nam enige derzelve in bezit en
Doemde zlg Koning der Kanarifche Eilanden. Maar
zijn neef Bond alle recht op dezelve af aan Don
He n d r i k , Infant van Portugal, en eindelijk wierden
zij aan den Spanjaarden afgedaan, die dezelve
ook nog heden bezitten.
Bladz. 8 (3)* Om deezen tijd befloegen onze
boeken en ons gereedfchap met fchimmel en het
ijzer en Baal begon in de open lucht te roeden. Ora
deeze geftelaheid der lucht liet de kapitein het fchip
naardig met buskruid en wijn* azijn berooken. Het
is zeer waarfchijnlijk dat de lucht zout- deeltjens be-
vattede, want enkele vogtigheid o f vogtige damp
brengt zulk eene uitwerking niet voort ( * ; . Hoeeg.
C ) Deeze meening is door e bl i s , in zijne Reize naar
4e Hucfons- B aa i, met veel fcherpzinnigheid onderzogt.