
dieiün die hij kende meest naar den jakhals geleek*.
Het waarfchijnlijkfte is dat het van een nieuw geslacht
zij. Dit zij zoö het wil, wij zijn ten min-
ften nu verzeekerd dat dit land niet zoo geheaï
van viervoetige dieren ontbloot is als wij eerst ge^
dagt hadden.
De fchadelijkfle dieren alhier zijn dé kleine
zwarte zand vliegen, die zeer talrijk en'zaö lastig
zijn, dat zij alles* wat ik van dien aart ooitf
ontmoet heb, te boven gaan. Overal daar zij bijten
veroorzaakt bet eene zwelling en zulk een©
ondraaglijke jeuking, dat het niét mogelijk is dat
men zig van krabben onfhoude, dat- eindelijk
zweeren veroorzaakt als de kinderpokken.
De bijna aanhoudende regen mag ook onder de
ongemakken van deeze baai gerekend worden',-
fchoon zij misfchien alleen in dk jaargetijde plaats
heeft; egter fchijnc de ligging van het land en
de groote hoogte en nabijheid van dé berger!
liet in alle tijden een regenachtig knd' te moeten
maaken. Ons volk, dat dagelijks aan den regen
was blootgefteld, kreeg ’er geen ongemak van;
integendeel wierden die ziek en onge field geweest*
waren, toen wij ’er in kwamen, dag aan- dag beter
en al het volk wierd weldra flerk, dat alleen aan
dé gezondheid dier plaats en de verfche levens*
middelen, die zij opleverde, kan roegefchreven
worden. Het bier bragt ’er zeekerlijk niet weinig
aan toe. Ik heb reeds aangemerkt dat wij her
eerst-
©erst van een afkookzel van pijnboomen-bladeren
maakten; maar ziende dat deeze alléén het bier te
veel zaamentrekkende maakten, mengden wij ’er
haderhand even veel van de thee-plant bij (een
haam, welken die plant in mijnê voorige reis gekregen
heeft j omdat wij haar toen als thee dronken,
gelijk wij ook nu deecien) dié de zaamen-
trekkende hoedanigheid van de èerfle gedeeltelijk
vernietigde en het bier zeer fmaaklijk maakte | zoo
dat ieder, die aan boord was, ’er veel van hield.
Wij brouwden het op dezelfde wijze als het bier
van pijnboomen-bladeren eri meh gaat daarin aldus
te Werk. Maak eerst een llerk afkookzel van
de kleine takjèns van de pijn - boomen én vafi de
thee - planten, door dezelve drie o f vier uuren te
kooken, of tot darde bast gemaklijk van de takken
kan afgefchild worden; neem dezelve dan uit 4,®
ketel en doe ’ér eèné behoorlijke hoeveelheid fuir
ker - fchuim in ; vijf en veertig flesfen ( tien gal<
lom) van dezelve zijn genoeg voor een ton van
duizend en tagtig flesfen (twee honderd veertig
gallons') bier; laat dit mengzel even kooken5
doe het dafi in de vaten en ’er eene gelijke hoeveelheid
koud water bij, min óf meer, naar maa*
te het afkookzel flerk is, of naar uwen finaaks als
het laaüw is, doe ’er dan Wat grond-fop van" bier,;
ó f, als gij het hebt; gist, of iets anders dat gissing
» veroorzaaken zal, bij; en in weinig dagen zal
het bier goed zijn om gedronken te worden. Als
ü z 1