
 
        
         
		1818.  wat  zekerlijk  de  Chinezen  een  hoogen  dunk  moet  gegeven  hebben  
 van  de  waardige  wijze,  waarop  de  Nederlandsche  beambten  hun  
 gezag  wisten  te  handhaven.  Geen  wonder  dat  zij  weldra  bewijzen  
 gaven  van  den  eerbied,  hun  ingeboezemd  door  de  indrukwekkende  
 tooneelen  die  zij  aanschouwd  hadden. 
 Des  anderen  daags  liet  de  heer  Muller  de  oogmerken  zijner  komst  
 bekend  maken  bij  eene  p u blicatie,  die  echter  door  de  Chinezen  
 weldra  werd  afgenomen;  te  gelijker  tijd  veroorloofde  zieh  het  ge-  
 peupel  een  zeer  onbescheiden  indringen  in  het  kongsie-huis,  waar  
 de  beer  Muller  aan  eene  tafel  zat  te  schrijven.  Om  hun  opdringen  
 te  beletten  liet  de  resident  touwen  sp an n en ,  wat  bij  deze  stugge  
 republikeinen  grooten  wrevel  verwekte.  Den  schrijver  in  wiens  
 handen  het  contract  was  gesteld  dat  men  den  heer  van  Elsen  jhad  
 afgeyorderd,  liet  hij  in  verzekerde  bewaring  stellen,  doch  na  een  
 paar  uren  weder  ontslaan.  Deze  maatregelen  waren  weinig  geschikt  
 om  het  volk  tot  bedaren  te  brengen.  Duizenden  Chinezen,  zaam-  
 gevloeid  om  zieh  met  wajang-vertooningen  te  verlustigen,  stonden  
 onder  een  vreesselijk  getier,  van  barbaarsche  muzijk  en  het  lossen  
 van  schoten  vergezeld,  digt  ineengedrongeu  bij  den  vlaggestok,  
 toen  eensklaps  de  schildwacht,  die  in  het  gedrang  meer  dan  16  
 passen  daarvan  was  verwijderd  g era ak t,  bespeurde  dat  de  vlag  
 weg  was.  Woedend  over  dezen  hoon  hechtte  de  re s id e n t,  alle  
 gevaren  trotserende,  in  persoon  een  krijgsvaandel  in  plaats  der  
 afgescheurde  vlag  aan  den  stok,  en  hield  alle en ,  door  zijne  moe-  
 dige  houding,  de  duizenden  aandringende  Chinezen  in  bedwang,  tot  
 hij,  door  vermoeidheid  uitgeput  en  bij  den  luitenant  de Raet  geene  
 neiging  vindende  om  zijne  pogingen  te  ondersteunen,  zieh  ver-  
 wijderde,  het  vaandel  aan  zijn  lot  overlatende,  dat  nu  weldra  de-  
 zelfde  behandeling  als  de  eerste  vlag  onderging.  Inmiddels  had  hij  
 het  kongsie-bestuur  laten  bijeenroepen,  eischende  dat  de  hoofden  
 hunne  onscbuld  bewijzen,  alle  verlangde  genoegdoening  voor  het  
 gebeurde  geven,  de  daders  (op  wier  hoofd  hij  tevens  een  prijs  
 van  1 0 0   ropijen  zette)  uitleveren,  en  de  verscheurde  vlag  onder  
 de  gebruikelijke  eerbewijzen  door  eene  nieuwe  vervangen  zouden.  
 Slechts  twee  der  hoofden  versehenen  echter  en  verklaarden  dat  
 zij  reeds  2 0   Spaansche  matten  hadden  uitgeloofd  aan  hem  die  
 hun  de  daders  brengen  zou.  Eerst  den  volgenden  dag  kon  eene  
 meer^ voltallige  bijeenkomst  gehouden  worden,  waarin  al  de  leden  
 der  kongsie  hunne  onschuld  betuigden  en  verklaarden  dat  de  vlag 
 door  eenige  beschonkenen,  opgewonden  door  de  feestvreugd,  was  af-  1818.  
 g e ru k t,  dat  zij  de  daders  zoodra  zij  hen  in  handen  kregen  zouden  
 uitleveren,  en  dat  zij  bereid  waren  twee  vlaggen  in  plaats  van  eene  
 te  geven.  Van  het  plan  van  den  resident  om  een  huis  te  doen  
 bouwen,  ten  einde  hier  een  detachement  troepen  te  laten  garnizoen  
 houden,  wilden  zij  echter  volstrekt  niet  hooren. 
 Zoodra  de  nieuwe  vlaggen  door  de  Chinezen  waren  gereed  ge-  
 maakt,  liet  de  heer  Muller  de  kongsie  en  het  volk  bijeenkomen  en  
 zieh  de  vlaggen  door  den  kapitein-Chinees  Sing-sang  openlijk  ter  
 hand  stellen.  Bij  de  aanneming  verklaarde  hij  dat  hij  zijn  best  
 zou  doen  opdat  het  Gouvernement  hun  vergiffenis  mögt  schenken,  
 en  gaf  daarop  aan  een  der  hoofden  last  eene  der  vlaggen  aan  den  
 stok  te  hechten,  wat  dadelijk  geschiedde,  terwijl  de  andere  aan  
 den  kommandant  van  het  detachement  werd  ter  hand  gesteld.  Eene  
 vermaning  tot  onderwerping  en  gehoorzaamheid  aan  het  Gouvernem 
 en t,  door  al  de  hoofden  geteekend,  werd  daarop  aan  den  vlaggestok  
 aangeplakt.  Bij  he t  ophijschen  werd  de  vlag  op  de  gewone  
 wijs  gesalueerd  en  eene  körte  maar  scherpe  aanspraak  van  den  
 resident,  waarbij  hij  haar  aan  de  zorg  van  den  kapitein  Sing-sang  
 aanbeval,  besloot  de  geheele  plegtigheid. 
 Met  dit  uiterlijk  vertoon  van  onderwerping,  waarvan  zieh  de  
 Chinezen  op  Borneo  nimmer  zeer  afkeerig  hebben  betoond,  zoo  zij  
 slechts  van  belastingen  en  werkelijke  inmenging  in  hunne  zaken  
 verschoond  hieven,  moest  de  heer  Muller  zieh  tevreden  stellen. 
 Aan  het  sluiten  van  eene  nieuwe  overeenkomst  viel  thans  niet  te  
 denken,  en  de  luitenant  de  Raet  verklaarde  dat  hij  met  de  19  
 manschappen  onder  zijne  bevelen  zieh  niet  genoegzaam  veilig achtte  
 in  een  gewest,  hetwelk  voortdurend  in  een  staat  van  gisting  ver-  
 keerde.  Gevolgd  door  het  detachement  troepen,  verliet  de  heer  
 Muller  den  2 6 sten  December  Montrado.  Bij  zijn  vertrek  liet  hij  zieh  
 onder saluutschoten  met  alle  staatsie  uitgeleide doen,  en  om den  schijn  
 van  overhaasting  te  vermijden,  reisde  hij  dien  dag  niet  verder  dan  
 tot  PakotjinrT)en  volgenden  dag  bereikte  hij  Sinkawang,  waar  h i j ,  
 in  weerwil  der  ook  daar  bestaande  gisting,  eenige  dagen vertoefde,  om  
 eene  woning  tot  huisvesting  van  een  detachement  troepen  te  doen  
 opslaan,  hetwelk  hij  hier  wilde  doen  post  vatten  om  het  ontdui-  
 ken  der  in-  en  uitgaande  regten  te  voorkomen.  Den  30sten  gaf  hij  
 den  luitenant  de  Raet  te  kennen  dat  het  huis  reeds  den  volgenden  
 dag  kon  betrokken  worden.  Deze  achtte  echter,  onder  de  gegeven