
■ f f " 1
if l l
78
a Obje&.
b Verre
convexe.
cRetinc.
d Convexi-
: té.
P R O E V E der
zélve het réchte teegendeel bevint waarachtig te weezen; dat is, dat
een a voorwerp 6nsengrooterenonderfcheidentlykervoorkomt, door
het plaatfen van een b ból-gefleepe glas tuflehen het oog en dit zélve
voorwérp, zo moet men noodzaakelyk daar uit befluiten, dat de chriftallyne
vogt in zulk een geval niet alleen vérder van het c nétte-vlies en
komt af te wyken, maar dat ze ook nóch daar-en-bóoven op eeven die
zélvetyd platterwérd, ja nóch meerder zélfs, als het glas eene d bolligheid
aan het oog heeft meede-gedeelt.
Vyfde L i d .
MM» fVat men meet doen, wanneer een voorwerp al te dicht byeen oog is-, dat dl te
plat is, ó f al te vérre a f gelee gen, van een oog dat al te rond is, omonder-
fcheidentlykgenoeg bejehouwt te kunnen wérden.
• Objcd. Wanneer het dan komt te gebeuren dat een e voorwerp zo naby een oog
. is, dat de chriftallyne vogt niet rond genoeg en kan wérden, om het
ƒ ftcniie. beeldvan dit voorwérp klaar genoeg op het ƒ nétte-vlies re vertoonen,
zomoet men zyn toevlugt tót dekonftneemen, terplaatzedaardena-
Ver tuur te kort fchiet, en die te hulp zoeken te koomen, door het plaat-
. convexe. zen van een<S ból-gefleepe glas tuflehen het oog en het voorwérp. Maar,
wanneer eenig voorwérp zo vérre van een oog is afgeleegen dat al te rond
is, en dat de chriftallyne vogt niet plat genoeg gemaakt kan wérden, om
iRetine. het beeld van dit voorwérp klaar genoeg op het h nétte-vlies te ver-
iVe toonen, zo moet men insgelyks zyn toevlugt weederom tót de konft
concave neemen, en dit oog zoeken te hélpen, door het plaatfen van een » hólgefleepe
glas tuflehen het oog en het voorwérp.
Zesde L i d .
ft Myopes.
I Presbiies. Vit wat reede zommige menfehen k Jlikzziende zyn, en andere weeder in teegendeel
niet als 1 van vérre .wél kannen zien. •
letrie"5 * m De luiden vanoeffeninge, en die ménfchen, wélke gewoon zyn
s' alle dingen van na-by te befchouwen, zyn in Jt gemeen dit laatfte gebrék
onderheevig; en het eerfte gebrék is een by-na noodzaakelyk gevolg
«Fibrcs des van den ouderdom, dewyle de »veezeltjes der oog-hair-gelyke banden,
X r s 20 ah alle de andere ïeeden des lichaams, als dan on-buigbaar beginnende
te wérden, eneenigfins in te krimpen, de chriftallyne vogt
eenigermaate plat koomen te maaken, en daar door het middel te be-
neemen om genoegzaam rond te konnen wérden.
V IL H O O FD .
D E U R Z I C H T - K U T S I D E .
vil. HOOF D-D E E L.
V a n de a Zïen ing .
79
«Yifion*
Eerfte. L i d.
Verklaaringe op wat wyze de Ziening gefchiet.
T K zal hier ter plaatze, mét alle mo°gelye ^ g g^ h ie t [ dat
Itenaantewyzen, die buiten i * f S P -
* -nétte-vliesW hébben afge- - j f e .
teekent.
Tweede L i d . t ef.
de , d a t de (Ontleedkundige drié onderfcheidene zaaken in deeze
9 h | dat de indrukfelen, die de | voorwérpen g
opde uitwéndige Ï e e d e n L w -
die zich foor jj V.,..««
l hól-achtige pypjes óf draadjes, wélke, zich geheel-en-al langsd c
i noi aciiLig pytj . ,1:rJn...^]cicenae , van de haftenen af, daar ze mTuyaua
ze m vlies-achtige t ypj ^ <je uitterfte einden der metnbrahaaren
eerften oorfpronguit hebben,, ^ . y_ neax.
andere leden toe, daar ze zich aanvalt hechten, p , ê vo. „Extremi-
* e, datmen zich kan en moet verbeelden meen ieder deezei kleene pyp
- ’ weeder een eindeloos getal van deeze kleene hol-achtige o pypjes »Fi*ets.
bloed zyn, die zich van de andere groovere deelen koomen «
den inde a klieren, wélke de as-verwige enfchors-achtige ofbuitt f GlalldcS;
fte deelen der hérflenen uitmaaken, en die daai van dan ,
t pypjes óf draadjes, heel fachtjens na-de mupnUn toeyloeijen, d ie^ rfücts, >