
B L A D - W
konft om alderhande witte ftoflèn
couleurt te vérwen, énkel en alléén
daar in beftaat , dat men dezélve
méteenzeeker foortvan vernis be-
d ék t, dat hart en gecouleurt is.
5°
Twee-cn-vecrtigfte U i . Dat de zwarte
couleur in geenige andere eouleu-
ren kan vervérwt óf verandert wérden
, zulks bevéftigd en verftérkt
deeze gedachte. 51
Prie-en-vyftig/le U i . Maniere , om
ftóffén van witte wolle Scharlaaken
te vérwen, 51
Vier-cn-vyfiig/h U i . Dat de Conche-
nilje, daarmenzichvoornaament-
lyk in het Scharlaaken vérwen van
bedient, het popje fchynt- te weezen
van een bloedeloos diertje,
wanneer men het heel naauwkeufig
mét een Vergroot- glas komt te
bezien, na dat men het alvoorens
eenige daagen lang in het waater
wél heeft laaten door-weeken. 51
Vyf-cn-vseriigfte U i . Waarom men
Alluin in het vérwen gebruikt. 5-1
Zdt en-veertigfle U i . Uit wat reede
men zich in het Scharlaaken vérwen
van een tinne keetel bedient. 5 j
Zeeve». en-veertigfle J.id. Dat de zin-
twiftingen van twee Wysgêèren my
hébben doen onderneêmen , om
hier tér plaatze te fchry ven, aangaande
de Wanftraalinge die in de
lucht gefchiet. 55
\^cbt-en-veertigfle U i'. Dat men wél
kan onderftéllen, dat de ftóffe, die
tuilchen de deeltjes.der groove lucht
is, veel dikker is , als-die Stófte,
wélke tufichende deeltjeSider dunlucht
is. Si
Necgc»-en-vecrtig{le U i . Dat een ftraal
des lichts, on-eindige maaien door
de eene dunne lucht doorgaande-,
ineen andere die zo dun niet en is,
eindelyk eene gevoelige Wanftraalinge
komt te maaken, terwyle hy
een kromme lyn befchryft. 54
Wyftigfti U i , Uit wat reede- deezie
y z e r:
foort van Wanftraalinge aan de Oude
fchynt onbekénd geweeft te zyn.
$4
Eiu-en-vyfliifle U i . Dat ééne onder-
vindinge, mét een Vérre-kyker ge-,
maakt , deeze Wanftraalinge ten
uitterften wél gevoelig maakt. 54
Twet-en-vyftigfts U i . Op wat wyze
men de hoogte van een groove lucht
zoude kunnen vinden, by-aldien’er
een zeekere lucht was, die gelyk-
flachtig, eeven-middelpuntig aan
de aarde, en daar beneevens omvangen
was mét eenige andere
lucht, die zo gróf nieten was. 55
Dric-cn-vyftigjle U i Dat de réchte
plaats, op wélke eene on-eindige
meenigte van heele kleene ongevoelige
Wanftraalingen, eene Wanftraalinge
begint te maaken , die
eeniglins gevoelig is, hoe-weinig
het ook zoude mpogen weezen.,
moogelyk weinig mêêr Óf min van
de Aardkloot is afgeleegen, als die
groove lucht is, wélke de Mórgenen
Avond - fcheemeringen komt te
veroorzaaken, 56
Vier-en-vyftigfle U i Op wat wyze-
men de hoogte van deeze groove
lucht kan bepaalen. 56
Vyf-en-vyftigpe U i . Dat alle Avond-,
fcheemerioge ophoud van. mêêr
zichtbaar te weezen , wanneer de
Zon ontrént zo gratis» beneeden
de a. Gezicht-einder i?.. 57
Zdt-en.vyftigfte U i . Dat de hoogte
van de groove luchtontrént is van
Duitfche Mylen. 79
Zeeven.en-vyfiigfle U i . Oorzaak van
hetverfcbynffèlderDaageraad. 59
t/jcbt-en-vyftig/le U i . Uit wat reede
de Maan échter nócheenigfins verlicht
komt te blyven, fchoon ze
vlak door het midden van de Telia-,
duwe des Aardkloots door gaat.
io
Neegen.en*vyftigfte U i Dat-men wél
kan onderftéllen, dat’er een .zeeke-',
re gelyk-flacbtige tucht is , tótop.
eenige;
a Hop
rifon».
B L A D - W Y Z E R .
eenige afftand van den Aardkloot
toe :■ dat deeze lucht een Damp-
gewéft maakt, dateeveh-middelpuntig
is mét den Aardkloot; als
meede , dat deeze lucht daar-en-
booven nóch in een zeekere andere
lucht is ingewikkelt, die nóchveel
dunder is.
Z i f lig ieU i Dat, wanneer men een
halve lyn hoogte aan het Damp-
gewéft der groove lucht komt toe
te eigenen , de Wanftraalinge in
reede weezen zal, als 99968 is tót
99941; gelyk als zulks ook door
de érvaarentheid wérd bevéftigd.
61
i;tj-en-zéfiï&fld U i . Dat deeze Wanftraalinge
de Horizontaale Middel-
lyn der Maan niet één éénige Se-
cunie grooter en kan doen fchynen
te weezen, als ze in der daad en
waarheid is; 64
Irwee-en-zifilglk U i . Uit wat reede
deStérren zo hélder niet en zullen
flikkeren , wanneer ze heel dicht
aan de Gezicht-einder zyn, als ze
wél fchynen te blinken, wanneer
ze vérder daar van zyn afgeweeken.
64
Pric-cH-zsftigfts U i . Dat de Wanftraalinge
in de Lucht eene kleende-
re ó f grootere reede zal hébben,
na de onderfcheide hoogte van het
Damp-gewéft der groove lucht. 64
Vier-tm-zéfhgflc U i . Betooginge van
twee voor-bewyzen, die noodzaa-
kelyk zyn, om te doen zien , dat de
Wanftraalinge- de Hpofd-tóppige
Middellyn der Maan kleender moet
doen fchynen, als ze wél in der daad
en waarheid is. 6y
Vyf-ea-zdJUgfte U i . Betooginge, wélke
doet zien , dat de Wanftraalinge
die in de Lucht gefchiet, de
hoofd-tóppige middellyn der Maan
kleender moet doen fchynen, als ze
wél in der daad en waarheid is.
66
ZJfeti-zdftisftc U i. Dat men m een
ander Hoofd-deel zal doen zien, uit
wat reede de Maan zich veel grooter
komt te vertoonen , wanneer
ze dicht aan de Kimmen i s , als,
wanneer ze vlak in het Tóp-punt
ftaat. 68
V. H O O F D -D E E L .
Van het Gcz.kht-kund.ig punt.
EerJleUi. Dat een Voor-wérp, dat
deszélfs beeld niet vérder uit en
ftrékt, als op het uitterfte eindje
van éénéénigpypje ó f draadje der
Gezicht-zeenu w , een punt kan genaamd
wérden , hoe nittermaaten
groot ook dit voorwérp zoude
moogen weezen. 69
Twee Je U i . Dat alle de Straalen des
lichts, die op een voorwérp vallen
van één lyn in ’t vierkant, een getal
uitmaakenvan 5837478418, wanneer
dit zélve voorwérp genoegzaam
wél verlicht is, maar dat ze
daar nét eeven zo veel plaats m
koomen te heflaan , als of er
7419518000 ftraalen waaren , die
lootlynialyk daar op kwaamen nee-
der te vallen., 69
Dirdt Lid. Dat men wél zeggen mag,
dat alle de. ftraalen des lichts, wélke
op een voorwérp koomen te vallen,
dat één lyn in het vierkant
groot is, een getal uitmaaken van
_Ti67495685:6, wanneer het 8enoe8 '
zaarn wél verlicht is., 71
Vierde Lid. Dat het geenfins onmoo-
gelyk is, dot een getal van ftraalen,
dat nóch on-eindig maal het getal
van 11674956856 te booven gaat,
plaats genoeg zoude kunnen vinden
opeen voorwérp van één lyn in het
vierkant, endathet, bygevólge,
zo heel moeijelyk niet en is , om te
begrypen , op wat wyze alle de-
Gezicht-ftraalen malkandere kunnen
kruiflèn. 71'
VyfieUi.Dat één pypje óf draadje van-,
* .* j da;