
a Vertu.
b Mattere
magnétique.
«Bout.
. kracht komt-tt-verliezen: want de b zeil-fteenige ftóffe, die uit het
ééne der einden van dit yfer uit-gaat, trékt daar al zo voort weeder in het
andereT r in d lin zonder anders als heel flap van buiten te-konnen-
wérken Maar dit zélve yfer neemt échter zo-aanftonds zyn voonge
kracht ten vollen al weederom aan, zo dra als men het.weeder komt- e
h é S ïlen Het is vérder ook door deeze zélve reede dat de naa d
C D die zich over-eind gericht-hout, door het middel van de z-eil
fte?n A O B E , zo-aanftonds komt-needer-te-vallen, zo
aan deszelfs punt C mét de punt van een andere naald F G komt te
d Aimantez.
b Courant.
iAimantéz
Aimanté
l Vertu,
jw Semblable.
«Prifmcs.
* « * . « - * s a a i s é c a f i t
zich hier door af-te-bui^en, om
veel éér na de naald F G toe-te-
t ré k k en en , by-gevólgezalook
deeze eerfte naaide 5 van die zeil-
fteenige ftóffe verlaaten zynde,
noodzaakrlyk al zo voort t eene-
maal moeten ter-needer-vallen.
Ten twaalfden', Git wat reede
twee ftukken yfer d die aan de
Zeil-fteen zyn geftreeken, en die
daar-naélkop een fpil gelégd wérden,
het ééne achter het andere,
op zodaanig eenewyze, dat het
ééne ftuk yfer op het andere kan
wérken , zich altyd op één en
dezélve e richt-lyn zullen houden,
zonder zich éénigfins na de zeil-
fteenige poolen óf As-punten des
Aardkloots toe-te-keeren , wat
voor een ƒ ftand men deze ftukken
yfer ook koome te geeven.
Want g de zeil-fteenige ftóffe,
die rondfom den Aardkloot héene-
draait, (circuleert) is veel te zwak,
om hen aan b de vloed óf loop deszélfs te kunnen doen gehoorzaamen,
en om de overhand te kunnen bekoomen op de vloed der zeilr fteemge
ftóffe, die dwars door deeze twee ftnkken yfer heene-trékt, die
i de kracht van de Zeil-fteen na-zich-hébben-getrokken.
Tendértienden •, Waarom een ftuk yfer, k dat aan de Zeil-fteen is
geftreeken geweeft, eindelyk zyn geheele / kracht teenemaal -kan-
verliezen. Want een zeekere groove ftóffe, en diewin alle deelen
gelyk is aan die ftóffe, wélke voor-heene n de kant-zuiltjes deszelfs
kwam-te-vervullen, wérd eindelyk, door langheid van tyd, machtig
genoeg, om de loop van de zeil-fteenige ftóffe, die daar rondfom
heene^draait, t’éénemaal te doen ftrémmen en ophouden, en om,
by-gevolge, deeze ftóffe daar weeder van-daan-te-dryven, gelyk-als
ze voorheene zélfs daar uit-gedreeven was geworden.
Ten veertienden-, Uit wat reede een Kompas-naald, gelyk-als N S
is, die récht teegen-over a de Eevenaars-kring vaneen-Zeil-fteen is, «Equator,
gelyk-als A O B E , en die mét ééne b eevenwydigisaande A s, van bParalide.
deeze c ftand komt-af-te-wyken, zo-wanneer men een ftuk yfer, gelyk- *!’?“ •
als D F is, aan één van depoolenóf As-punten deszelfs doet naaderen. cMIuatlon'
Want d de zeil-fteenige ftóffe draait op eene geheel andere wyze rond- rfMjtiere
ffom de Zeil-fteen en het yfer D F heene, als ze wél rondfom de Zeil- magnetique.
fteen alléén zoude doen } en, by-gevólge, zo moet deeze zélve ïtom-
pas-naalde zich ook wél noodzaakelyk iets óf wat van deze ftand
ftand e af-buigen, die ze van-te-vooreh hadde, doordien ze zich w él# Decllner<
m o e t/richten na de loop óf vloed der zeil-fteenige ftóffe, die daar /oiriger.
rondfom heene-draait. _ _
Ttn vifimdtni Waarom twee Kompas-naalden, A B en C D die
f- B b z net