b e g i n s e l e n
a Limites.
h Æquator.
t Latitudo
Noorder breedte van 4 graaien af, tót aan dezelve a fcheidspaa1
toe , na de Zuid-kant van den b Eevenaar, meeft altyd waaijen tul-
fchen het Zuiden en het Ooften ; houdende meeft altoos deeze Reegel,
dat ze Zuiderlyker zyn na de kant van Afrïca toe, c n O ofte Ijker na de
kant van America. En ondertufiehen zoude men, volgens de alge-
meene reegel, die ontrént de gereguleerde Winden vaft-gefteRis,
een Noord- 0 ofte Wind gewaar moeten werden, ontrent de Noorder
c breedte van 4 praaien, alwaar men échter een Zuid-OoJ e, o oj
Zmd-Oojfe Wind gewaar wérd. Het en zal ons echter moogclyk met
heel moeijelyk vallen, om ook deeze zwaangheid op-te-loflen zo-
wanneer men maar wél in-acht-neemt, (confidereertj dat d geleegen
heid en hoedaanigheid der Landftreeken bekwaam_ genoeg is om de
Wiitden te kunnen doen veranderen: want het is ƒ baaibly kely k ,
darde Noorder Landen van Afr ica, heel veel meer verhit zynde
als de Zuider deden vandat zélveWaerelds-deek, daardoor ook ve ooi-
zaaken , dat de Zuid-Oofe Wind zich verder na het Nooiden toe
komt uit-te-ftrékken, en,, dat by
f Eevenaaf komt heene te
zyn ? loop zoude hébben moeten eindigen. Het is • ook mfgetyks
door céven die zélve reede, dat deZuid-Ooft, Wmdm t’gemeen g -
delykervah, na de kant van Africa, en Ooftelyker nade kant van
ca\ want, doordien het Noorder deel van America heel veel minder
verhit wérd als het Noorder deel van Africa, zo geeft het ook dien--
vólgende veel minder plaats aan deZuid-Oofte Wind, om zich del waard
heene uit-te-ftrékken, het geene dan ook met *
dat. deeze zélve Wind daar ter plaatfe Ooftelyker fchyntteweezen..
d Situation
& qualité.
«■ -Evident.
ƒ Æquator.
g Coûts.
Vyftiëndé L i n*v
XJülégqinge van de vyfds h Waarneewinge.
fcObTem*.
By-aldien de Zon altyd heel nét ééven vérre van dén;Eevenaar
(tALquator) afverwydert was, zo zoude hy ook dooi die zeWeieede
de lucht, die tuffehen de twee Kêer-krmgen (Troptcf is, op eene
» eeven-gelyke wyze kunnen verdunnen; maar, dewyle hy daar d
éSeTydmeerderen-de andere tyd minder van af-wykr, zo is het
ook met ééne een noodzaakelyk gevolg daar van £■ *, d ^ ve,fhh "
, «i» lende k afftand van deZon eenjgeverandenngekomtte veiooizaaken,
i^éfac aan die gereguleerde Winden, wélke van- deeze l verdunn.nge dei
£ £ * lucht aflrangen: want, by voorbeeld, wie
wjEqaator. j g 2,on na genoeg aan den m Eevenaar is, dat alsdan
onder de kfêr-krlig van de Kreeft (Tryicus Cancn) ,s , meer verdik
zyade als, de lucht die,vlak onder de Zon zelfs is,..na.de lucht
HOU.
.».Egale.
der N ATUUR-KUN DE. «9
onder de Zon - is toe- zal- moeten-trékken ,■ en, dat hy daar door ook
mét ééne een Noord-Oofte Wind zal moeten veroorzaaken ? Wie ziet
ook in teegendeel niet, wanneer de Zon in a de Keer-knng ya^ « Tropicus
Kreeft is ^iat alsdan de lucht, die vlak onder deeze Keer kring is, Cancn.
heel zeer verdunt zynde, onmoogelyk niet van zelfs na den Eevenaar
H i l kan trékken; maar, dat hy daar alléén na toe werd
eedreevendoor delnchtdie achter hém is; welke, op hem neeizak-
kende hém een wind doet b te-zaamen-ftéllen die noch wat Ooftely- * ComPo-
ï r t ^ d e M O A e w r a d zélfs? Door eeven deeze zélve reede fer
nu diede Noord-Oofte wind na het Ooften toedoet hellen,- 'Cancn.
neer de Zon in de É Kêêr-kring van de Kreeft is, moet ookdeZuid-
Ooftewind noodzaakelyk na het Zuiden toe hellen: want, dooiden
de lucht, die onder de Kêêrkrmg van de Steenbok is, (Jfopuus
Capncorm) alsdan teel zeer verdikt is ,
eroote afgeleegentheid van de Zon, zo trekt hy ook met eene h ei ^
Waarneeminge, altyd na het Zuiden toe héllen, en de NoordOoftewmden
na het Ooften, zo-wanneer de Zon is m de Keerkring van de Kieefr. -
(Tropicus. CancïV),
Zëftiendé E i d .
OpUfftnge van de zesde g Waarneemingeï
g 0b fer va—
• .dón* -
Wat nu de Zuide en Zuid-Wéfte Winden aangaat die altyd en on-.
onhoudelykheerfchenen.de overhand hébben, dicht by de Zee-kuften
van Guinea, ter léngte vaameer als 500 Mylen, die hebben mets altoos
in zich, dat men niet heel gemakkelyken kan yerklaaren en oploffen, zo-
wanneèr men maar mét eene behoorlyke opmerkinge. wel gaat letten, op
de natuur, de h hoedaanigheeden ,en * gelcegenheid van dit over-groote
gewéft van Africa; want men kan heel gemakkelyk daar uit beflm-
fen zo wanneer de gereguleerde Zuid-Oofe wind-den^Eevenaar is
voorby-gegaan, (gepaffeen). m , dat hyop 80 óf 100 Mylenna tot aan
Guinea is genaadert, dat hy alsdan noodzaakelyk na .deeze Kuften
to e-za l-moeten-héllen, en dat hy door die zelve reede ook zal moeten
veranderen in een Zuid-Zuid-0 ofte wind; doördien de over-groote
l .verdunninge, die de lucht moet ondergaan, welke in de m Middel-
dehandfche oeélen van dat Gewéft is, die zélve Wind na deeze oorden,
toe doet héllen. Het is zélfs ten uitterften zichtbaar, volgens
h Qualités^
i Situation*
k, Æqqatcrs
I Rarcfacti--
OR.
m Parties -
Mediceria-s