
aPhcno'
menes.
!f Horifon.
e Pefant.
^Eccliptica.
hém ook wél weeder, geheel en al ontfteeken, en brandende als van te
voore, wég zal wérpen, in de lucht die hém omringt, omonsnóch-
maals daar door ontrent ééne en dczélve<*verfchynflelen weeder te doen
zien.
Zeeven-en-veertigfte L i d .
■ EW het zomtyds wél kan gebeuren, dae deeze Kloet niets anders als zyn rook.,
aan ons en komt te vertoonen.
By-alcjien nu deeze Kloot, terwylehy uit de Zon uitgaat, zynwég
komt te neemen , ten naaften by
ontrént die plaatze, daar zich de
Aardkloot alsdan bevint te weezen,
en dat deszélfsrook, die voor hém
heene moet gaan, zichvandeftraa-
len der Zonne al heeft ontflaagen,
terwyle dat de kloot zélfs daar nóch
t’eenemaal is ingezonken ; zo Zal
deeze rook aan ons moeten voor-
koomen, als een licht, dat eeven
booven de b Kimmen légd. En,
zo wanneer het lichaam van deeze
Kloot al te c zwaarwichtig was,
om tót zodaanigeene hoogte toe te
kunnen opklim men,als’ernoodzaa-
kelyk vereifcht wierd om zélfs te
voorlchyn te konnen koomen, zo
zoude men in zulk een geval niets anders te zien kunnen krygen, als alléén
dit licht, eeven booven op de Kimmen léggende.
Acht-en-veertigfte L i d .
Dat het ook wél zoude kunnen gebeuren, dat deeze zélve Kloot zyn rook.éérJl
’smórgens, en daarna ’savonds kwant te vertoonen, voor-en-al-cérdathy
zélfs te voorjehyn kwam. '
Indien nu deeze Kloot, terwyle hy uit de Zon uitgaat, zyn wég
kwam te neemen, na een zeekeren oort der d Zonne-wég toe, daar de
Aardkloot na toe gaat, en dat hy uit de Zon uitging, om, by voorbeeld,
langs de lyn S C heene te gaan , terwyle dat de Aardkloot in
L i s ; zo zoude het wél kunnen gebeuren, dat deszélfs rook zich éérffc
’smórgens, en, eenigen tyd daar na , ’s avonds kwam te vertoonen,
voór-en-al-êêr dat hy zélfs ééns te voorlchyn kwam.
Neegcn-en-veertigfte L i d .
Datdeezje zélve rook.eok.wil te voorfchyn zoude kunnen koomen méteenduifler-
achtige ftreef in het midden, als meede, dat deeze rook. zich ook. wél kan
vertoonen onder de gedaante van een ftaart eener Zwaaluwe.
By-aldien, in de Rook-colomme, dieftreep, wélke in het midden
is, heel zwart, dik, en machtig genoeg is , om alle , óf de meefte
Zonne-ftr aaien, die daar op vallen, te kunnen verdooven , zo zoude
men deeze zélve rook kunnen befchouwen , mét een duifter-achtige
flreep in het midden; dit zélve-zoude insgelyks ook nóch wél kunnen
veroorzaakt wérden, door de fchaduwevan de Kloot zélve, die daar
dwars door heene moet gaan. En, zo wanneer het midden van deeze
Rook-colomme zo zeer mét zwaare rook niet belaaden en was, alsdes-
zélfsuitterftezyden aan alle beide de kanten zyn, en wél voornaament-
lyk ontrént de plaats daar ze komt'te eindigen, zo zoude zich deeze rook
ook wél kunnen vertoonen , onder de gedaante van een Haart eener
Zwaaluwe.
Vyftigfte L i d .
Dat deeze Kloot de a Zonne-wég moet fchynen te [nyden. «Eccliptrca.
Zo wanneer nu deeze Kloot uit de Zon kwam uit te gaan, door een
zeekere oortheene, die eenigfins van de vlakte der Zonne-wég (plande
V Eccliptique) was afgeleegen, en, indien hy kwam op te klimmen tot
aan de Aardkloots wég toe, óf nóch hooger , zo zoude het emdelyk
niet kunnen miffen, óf hy zoude in die zélve vlakte niet alléén ook moeten
koomen, door dien het eeven daar ter plaatfe is, alwaar wél de mee-
fte beweeginge wérd gevonden, maar het zoude zélfs geenfins milien
konnen, óf hy zoude dwars door deeze geheele b vlakte der Zonne-wég * P W e
moeten heene geraaken, en, by gevolge, zoude hy daar na deeze z e lv e '“ '«P«-
Zonne-wég ( Eccliptica) méér óf min c fchuins moetenfchynen te my- c oblï-
den, na dat hy uit een oort van daan kwam, die minder of verder van quemment.
deeze vlakte der Zonne-weg was afgeleegen , als meede , na dat de
d onderfcheideftand des Aardkloots was, ten opzichte van de <r door- W W » ■
gang deezes Kloots, dwars door deeze vlakte der Zonne- wég heene. « g g jt
Eén-en-vyftigfte L i d .
Dat deeze zélve Kloot een kromme lyn zal moeten befchryven, welkeuit drie- ^ onj gj
derhande onderfcheidene beweegingen is ƒ te zaamen gezét.
Dewyle nu deeze Kloot insgelyks ook dwars door deeze geheele g^erét.
£ Luchtfche ftóffe komt heene te gaan, welkers kracht de h Dwaal- h pi>ncttM;
* fterren