t M
T/I.'l,
i . 'i
r, :■
.1 :1 !■■
!'■■ ' '■
: Y ■
F ' d * .
, 1 Sll-L ! t
. / : / ■
M i l ' / ■’
'" 'Í ÍM 'L ''l Í 7
f .1ÍÍ
/ f h t ?
C A R O L U S I , D e i G r a t i a M A G njE B R I T A N n i ,/Ej F R A N c i ^e ,
E T H I b e r n i j e r e x .
k j r e l d e I, d o o r g o d s g e n a d e k o n i n g v a n GROOr-
B R I T T A N J E , V R A N K R T K , E N l E R L A N D .
Een gewapende arm houdt op dc tcgenzyde een bloot zwaard ; binnen dceze fpreuk:
D O N E C p a x R E D D IT A T E R R I S .
t o t D A T DE V R E E D E A A N D E W E R R E L D Z T
W E D E R G E G E E V E N .
Want Katel zvnde te leur gefteld in het huuwelyk, dat hy met de Dochter des Spaanfchen
) r h ä S ? n T d “ Spanje beflooten,
Verder leeft racn op den voorgrond:
C O R O N a t u s z F E B R U A R Y lözö.
G E K ROOND D E N z VAN S P R O K K E L M A A N D i6z6.
Aiize-
ma zaaken
van ftaat
cn oorl.
I. deel,
fo l.4 7 3 -
(ll Refol.
derStaaten
van Holl.
24 Maart
1626. fol.
3i-
(3I Aitze-
ma zaaken
van ftaat
en oorl.
1 . deel,
Í01.540.
(4) Neuville
Hift.
vanHoll.
I.deel.
pag.3<5o.
Ingevolgc van het Verbond der Staaten,
met ( i ) deezen nieuwen Koning getroffen
, om mec vereende krachten degewel-
dige aanflagen des Spaanfchen Konings te
keer tc gaan , hadden z y beflooten in t
vervolg aanvechtender wyze te oorloogen.
Toc dat eynde liet Prins FrcderikHendrik,
die nu op het Hof van Holland C2>) z y ”
verblyf had genomen, om den Geweften
aan de Ooftzyde des Ryns genoegen te
geeven, door Graaf Erneft van Naflbu,
Stadhouder van Vriefland, op den vyfen-
twintigften van Hooimaand de ftad Olden-
zeel (3) berennen; waarin de Baanderheer
van Monkle hec bevel had, dan welke ,
midshy met geen geooegzaamebezettinge,
noch de plaats naar vereyfch met vcfting-
werken voorzien w a s , zich binnen weynige
dagen genoodzaakt vondc de aanbetrouwde
ftad (4) te moeten overgeeven.
Staandc dit beleg had Frederik Hendrik ,
met ccn ander leger van zcfticnduy-
zcnd man, zich boven Kleef tulTchen
Kalkar en Kraanenburg nedcrgeflaagen, in
fchyn alsof hy vanzins was Wezel te beie-
geren: maar naa eene fchans tuflchen Y f-
lelburg en den R y n te hebben doen opwerpen,
begaf hy zich in vierhonderd fchepen
met zyne beftc manfchap,voer dus deWaal
afcnvcrvoegde zich by wel drieduyzend
(5) andere vaartuygen,welke zooby Dordrecht
, a ls ’t eyland van Sint Anna vergaderd
op zyne komft wachtten. Met deeze
fcheepsmagt wendde hy het naar de Vlaamfche
kuften, om by Kieldrecht te landen,
die fterkte en nog twee andere te overval-
len , en die gelukc zynde ten beleg van
Hulft te trekken. Met dit oogmerk liec
hy zyne fchepen zoo digt onder Kieldrecht
a ls ’t immers moogelyk was naderen, maar
het water t’overfchielyk en meer afloopen-
de dan tot hct uytvoeren van zynen aanflag
noodig w a s , ftaakte hy ftraks wel
zyn voorneemen, doch had echter hec ongeluk,
dat drie o f vier zyner fchepen op
eene plaac v o o r ’t hoofd van Kieldrecht
vaft-, en dus vyfentwintig paarden (6) ,
eene groote menigte fchansgereedfchappen
en eenige delvers in handen van de Spanjaards
(6) Merc.
Franc.
1626.
tom.XlI.
pag. 697.
raakcen; mids die op de eerfte ty ding
van ’s Prinfen aankomft zich ftraks
■ naar de in gevaar zynde fterkte hadden begeeven.
Hoewel het geleeden verlies niet
zeer groot was, heefc men echter in dc
Spaanfche Nederlanden , wegens dat hct
Hulfter ambacht door de tuflchcnkomft
des Hemels alleen van den gedreygden inval
van Frederik Hendrik bevreyd was geworden
, in dankbaare erkcntenis deezen
legpenning aldaar gemunt.
(jJNeii-
ville Hiil.
vanHoll.
I.d e e l,
pag. 361.
In
In den rand der voorzyde leeft men, rondom het geharnafte borftbeeld van den Spaanfchen
Koning , deeze tytels;
P H IL ip p u s I I II , D e i G r a t i a H I S P a n ia r u m E T
IN D I A R um R E X . Z.
P H I L I P S D E IV , DOOR GODS G E N A D E K O N IN G V AN
S P A N J E E N D E IN D I E N . ENZ.
Voor hec hoofd van Kieldrecht ziet men op de andere zyde vier fchepen op eene zandplaat
vaftzitten, terwyl de overigen wegvaaren. Om hoog is een palmtak met eene lauwerkrans (j)
omvangen, ende rand omzoomd met deeze fpreuk, ontleend van den Apoftel (i) Jakob: -j-. 17.
O P T IM A Q U ^ Q u e A B A L T O . i6z6.
A L H E T B E S T E I S V AN BOV EN. i6z6.
i6zy.
De Prins van Oranje, naadat hy metzyn
Ieger zich nog eenigen tyd federt te Kalkar
had opgehouden, Icheydde eyndelyk het
zelve , zondt de benden in bezetting, en
(2)Refol. vertrok z elf naar ’s Graavenhaage j daar
varfwo?' » onaangezien ’er niet merkwaardigs
ijNov. ■ was uytgerecht, echter op eene plegtige
1616. fol. -yvyje door de Staaten (z) van Holland
wierdt verwelkomd. Sedert aldaar wegens
de toebereydfelen , die men vanzins was
tegen den aanftaanden veldtogt te maaken,
met de Staaten hebbende beraadflaagd,
wierdc naa rypovcrleg een beiluytgenomen,
ora andermaal aanvechtender wyze te oorloogen
, en Her men daartoe vyfenzeventig
(3')Ncn- ftukken (3)grofgefchut met zyn coebehoo-
van Holl! ^en klaamiaaken , duyzend (4) wagens,
I.deel, tot hec voeren van de krygsgereedfchap-
aanneemen, en een Ieger van hondcrd-
Groot achtenzcftig benden tc voet mec vyfenvyf-
G r S f o i ? kornetten te paarde vervaardigen,’tgene
(5) Neu- in Blocimaand(j)des jaars zeftienhonderd-
va?HolL' zevenentwintig tuflchen Aarnhem cnNieu-
l.deei, meege vergaderde. Dan eer Frederik Hen-
P>6-3ö6. 2,ich aan ’r hoofd van hec zelve fteldc,
wierdc hy door den Koning van Engeland
S S e n Hoosband benoemd,
vanHoll. dc plegtigheyd zyner aanftellinge den
i^fefol Hooimaand in ’s Graavenhaage
149/ ■ cp dceze wyze verrichr. Naadat’er twintig
ftukken gefchut op den Vyverberg geplant
, de Haagiche fchuttery in de wapenen
gekomen, en ’s Prinfen lyftrawanten in
voile wapenrufting op hec Binnenhof tydig
gefchaard waaren , wierden ten drie (7) (7) Reiol.
uuren des naamiddags door de Gemagtig-
denderScaatendeAfgezantenvanVrankryk 5 ju ly
en Veneetfie, de Koning van Boheeme, »^ly.fol.
de Prins van Oranje, en de Engelfche Af-
gezant Karleton, dien de Staaten van Holland
op zyne komfte in ’t (8)Land hadden d?rSmt.‘
doen verwelkomen , verzeld van den He-vanHoll.
raud der wapenen, mec (9) verlcheydene
karroflen van Staat ten Hove gehaald. De 135-
Engelfche Afgezant, die recht over den
Graaf van Kuylemburg in eenen zetel- van ftaat
ftoel geplaatft was, gaf, naa dat het trom- i"dec7,^‘
petgelchal ophieldc , zyne volmagtsbrie- fol.680.
ven aan de Vergadering over, wier Griffier
die overluyd oplas. Sedert eene körte aan-
fpraak zoo tot de Scaatsleden als den Prins
gedaan hebbende , beval hy den Heraud
den Ridderlyken hoosband aan ’t flinker
been des Prinfen te hechten: welke den
Koning hierop voor de ontfange eer , midsgaders
den Afgezant en Heraud voor hunne
genome moeite op eene zeer verpligten-
de wyze bedankte. Naauwelyks was die
verriebt, en de tytels van den Prins van
Oranje door den Heraud geleezen, o f dc
trompetten ftakcn, hec grof cn handgefchut
wierdc gcloft, en de plegtigheyd, naadat
T t X hunne