JO
N E D E R L A N D S C H E
1609
( i ) Pfalm
CXVÜI.
I Op de voorzyde van den eerften houdt eene hand, die uyt de wollten komt, dewapcnfchil-
den van Vrankryk , Grootbrittanje , cn der Verecnigde Staaten met ecnen band te iamenge-
ftriktj binnen dceze gewyde (i) fpreuk:
A D O M IN O F A C T U M E S T I S T U D .
D i r I S V A N D E N H E E R E G E S CHI ED .
, t H a Vermids men in den beginne der handelinge de trouw der Koninglyke Gezanten had verdacht
Gioot ' gehouden, ja zelfs hen becigt dat zy zieh van de (2) waarhcyd hadden laatcn aflcyden. De rug-
Ned. Hift. 2yde heeft geene verbeelding, maar dit opfchrift:
fol. 565.
O R D i n e s F O E D e r a t i B E L G i i , A R E G E H I S P a n i a r u m E T A R C H I -
D u c i b u s L I B E R I A G N I T I , PO S T B E L l u m C O N T i n u u m X L I I .
A N n o r u m I N D U C I A S P A C I S C U N T U R I N T E R V e n t i o n e
* R E G U M G A L e i .e E T M A G n v e B R I T t a n n i v e , E T C UM
I I S D E M FO ED U S R E N O V A N T . A n n O C IO ID C IX .
D E S T A A T E N D E R V E R E E N I G D E N E D E R L A N D E N , N A E E N E N
G E D U U R I G E N OORLOG V A N T J V E E E N V E E R T I G J A A R E N , V AN
D E N KON IN G V A N S P A N J E E N D E A A R T SH E R T O G E N VOOR
V R T E R K E N D , S L U T T E N E E N B E S T A N D DOOR D E B E M
ID D E L I N G D E R K Ö N I N G E N V A N V R A N K R T K E N
g r o o t b r i t t a n j e , e n v e r n i e u w e n h u n n e v e r b
o n d e n MET DE Z E L F D E . I N 'T J A A R 1609.
II. Van den zelfden ftempel wordt ook een legpenning gevonden, die wel hiervoor ftaat afgebeeld,
doch geene byzondere befchryving vcreyicht. ^
III. De derde, die mede een legpenning en te Uytrecht gemunt is, verbeeldt op dc eene zy-
de boven het gekroonde wapenfchild van dat Landfchap drie famengekoppelde halten. In eene
wolke omhoog ftaat de naam JE H O V A H , en in den rand dit omfchrift:
JU N C T A C O R D A F ID E L IU M .
D E H A R T E N D E R G E L O O F I G E N F E R E E N I G D.
Op de andere zyde ftaan de Franfche Leli,de Engelfche Roos, en de Bundcl pylen der Vereenigde
Geweften ieder onder eene byzondere kroonj binnen die randfchrift;
C O N T R A V IM T IR A N N O R U M . 1609.
T E G E N S He t G EW E L D D E R D I V IN G E L A N D E N . 1609.
IV . De vierde, een gedenkpenning, is byna den derden gelyk, uytgezonderd dat op de voorzyde
geenszins hct gekroonde wapen ’s Lands van Uytrecht gezien wordt, en dat op de tegenzyde
He bundel pylen door eenen Leeuw wordt vaftgehouden, welke eene kroon o p ’t hoofd ,cn
een bloot zwaard in den rechter’ klaauw voert.
lio p .
(t) Merc.
Fran5.
1609.
tom. I.
fi) Refol.
derStaaten
van Holl.
4juny
1609. fol.
159.
(3) Refol.
oerScviaten
van Holl.
5 Juny
1609. fol.
160.
(4) Refol.
derStaaten
van HolL
12 July
1609. fol,
J63.
Naadat dit Vcrbondaldus getrofFen was,
öutfing de Aartshertog op den zesentwin-
tigften van Oogftmaand ( i ) de beveftiging
des Spaanfchen Konings wegens het geflooten
Beftand: mccwelke hunne Hoogheden
den Gehoorgecver Veyrcyken naar’s Graavenhaage
zonden om zc aan de Vereenigde
Staaten ter hand te ftellen. Dus kreeg deezc
groote zaak haar volle beflag; waarmede
dc Aartshercogen zgodaanig in hunnen
fchik waaren, dac z y goedvonden de
Staatfchc Gemagtigden, die over hec fluyten
des Beftands geftaan hadden, zoo uyc
hunnen naam als dien van den Koning van
Span] e mec eenige gefchenken ce vereeren,en
daarvan by brieven (x) door den Markgraaf
Spinola en den Raadshoofdman Richardot
aau Graaf Willem van Nafldu en den Heer
Johan van Oldenbarneveld kennis tegeeven.
Deeze hiervan opening aan den Staat hebbende
gedaan, zoo befloot die dat de aan-
geboode gefchenken niec zouden worden
aangeuoomen, maar op de bcfte wyze van
de hand gewcezen, als voorneemens z ynde
zyne eygene Gemagtigden van Staars-
wegc (3) eenige vergelding voor hunne ge-
daanemocice toe te Icggen. Doch op bet
verroog der Franfche en Engeliche Afgezanten,
dat deczc weygering eenigszinscot
kleynachting der Aartshercogen zoude
ftrekkcn, wierdc federt nader beflooten de
zelvctc ontfangen, denbrenger te befcheu-
ken, en die, welke men konverfmelten o f
veränderen, dac ce laaten doen o f te verkoo-
pen, cn mec de verandcrde zaaken en daarvan
(4) gekomene penningen de Spaanfche
Afgezanten wederom van wegen den Staat
tc beichenkeu. Den twecentwintigften
van Oogftmaand de gemelde gefchenken in
Holland zynde gekomen , wierdc daarop
op nieuws geraadpleegd, cn volgens hec gevoelen
der voorgemclde Afgezanten eyndelyk
beflooten , dac men die den genen
zoude laatcn volgcn dien zc- gezonden wicrden,
naadat ze gcwaardeerd waaren, om
van wegen den Staat tot twee derden van
der zelver waarde ook eenige gefchenken
aan de Afgezanten der Aartshertogen te
doen. De gefchenken nu aan de Staatfche
Gemagtigden gedaan beftonden in twee zilverc
bekkcns, twee waterpotten , twee
drinkbekers met dekfels, en negen rapy-
ten voor Graaf Willem van NaiTou. Desgelyks
voor den Heer van Breederoode
uytgezonderd een tapyt minder. Voor
Oldenbarneveld (y) twee zilverc bekkens,
twee waterpotten en twee drinkbekers.
Eene middelbaare goude keten voor den
Geheymfchryver Aerfl'ens. Nog een kley-
ner ketenrje voor Daniel T r e le l, die re
Antwerpen de pen gevoerd had : midsga-
ders voor den Agent Valkenburg, dc Kler-
ken, en andere Dienaaren in deezen ban-
del gebruykt eenige Albertyncn, zyudc
goude dukatons en dus gcnaamd naar de
opgcftempelde beeldenis van den Aarrs-
hertog Aalbert. En eyndelyk acht-
tien zwaare goude keteneii voor de zes
Gemagtigden der byzondere Geweften,
aan iederc van welke dusdaanig een
penninggehechc was: welken ik nergens
als in de penningkas van den Heer Willem
Lormicr in ’s Graavenhaage gezien
heb.
(■5) Refol.
der Staat.
van Holl.
2 1 Aug.
löop.fol.
107.
Hct