B E S CHR Y V ING
D E R
N ED E R L A N D S C H E
HISTORIPENNINGEN,
met denverguldenhalsband, waaraan een
vogel gehecht is, op het prachcigfte onthaald.
By welk voorval de toegejuychte ^
Vorftinzich nietminder milddaadig aan de |
Broederfchap bewees,danzy zich tevoore I
afgerecht in ’t behandelen van deu boog
getoond had. T e meer, mids nu op aller
(i) Anna- gongen reedt hoe haar Grootvadcr Philips
de I. Hertog van Aarfchot ( i ) in hcc jaar
d'Hay- vyfcienhonderdvyfencwintig te Bergen in
jij!’ Hencgouwc, op den eerften van ßloei*
r
maand,mec den voetboog ook dcnvogelge- 1619.
veld hebbende en des tot Koning verklaard —
zynde, aan de Gildebroeders een zilver-
verguld halsfiraad vcrecrd had , ’t gene de
Schuccerkoningen toc huyden cen dage alsnog
komcn ce draagen. De gedachtenis
van dac Anna van Croy den vogel getroffen
heefc wordc, als zynde een zonderling
voorval, op deezen gedenkpenning bewaard,
welkeondcrdeGildebroeders waarfchynelyk
zal omgedeeld zyn geworden.
D E S T W E E D E N D E E L S
T W E E D E B O E K .
CO Br'ndt
Hift.der
Reform.
Iir.deel,
pag. 661.
( 0 Refol.
der Staat,
van Holl.
3 Oélob.
1624- iûl.
12 7 -
jOewei het oogmerk vau ’t gc-
ftoocen Beftand was de ver-
vallene inkomften van Staat ce
I herftellen, en her Land uyt de
t gemaakte fchulden te redden,
zoo was echter noch hec eeneuoch hec andere
doelwic by de Vereenigde Ge,weften be-
reykc,ter oorzaakc van de voorverhaalde
kerkelyke gefchillen. Want de geduurige
aauklagten, hcc inleveren van verzoek-
fchrifceu, en hooren der in gefchil geraak-
te Geeftlyken hadden de Staaten federt
eenige jaaren indiervoege bezig gehiouden,
d a t, om aan de beoogde herftelling der
vervallene middelen van Staat te arbey-
den, genoegzaam geen tyd overfchooc:
ja de verdecldheden over den Godsdienft,
tuflchcn dc byzondere Steden gereezen,
zouden van die gewigtige ftuk, zoo hec al
by de hand genoomeii geweeft waare, de
gewenfte uytkomft verhinderd hebbeu.
Desgelyks was in ’ c afleggen van ’s Lands
gemaakte Ichuidcu weynig gevorderd, want
integendecl had men door hec anneemen
der Waardgelderen veel gelds ’c zoek ge-
maakt, gelyk ’er ook, door ’r beroepen
der Dordrechtfche Kerkvergaderinge ,
ZOO aan vereeringen, reys-en daggclden,
als andere gemaakte onkoften , gelyk ( i )
fommigen willen, by de tien tonnen gouds
befteed waaren. ’t Gene niemand vreemd
dunke, mids ’er allccn tot hec betaalen
der koften op hct vonniflen van (2) Oldenbarneveld
en de andere Staacsgevange-
nen gevallen, wel tweeenzeventigduyzend
guldens door de Algemeene Staaten waaren
opgenomen. Ondertuifchen hadden de
Aartshercogen hec eene en andere in hunne
Geweften, naar hun beftc vermoogen
uyrgevoerd, en niets verzuyind, ’c geiie
eenigszins bequaam was om hunne onderhoorige
landzaaten de zoece vruchten des
Beftands te doen fmaaken: zulks z y naar
maace de openbaare vreugdebedryven. en
vermaakiykheden hierdoor vermeerder-
i den, met die perfoonlyk by te woouen,
' en zich gemeenzaam onder de vergaderde
Burgers re gedraagen, ook meer en meer
de harten en geneegenheyd hunner ouder-
daanen Wonnen; welke, om mctdetegen-
woordigheyd hunner Vorften vereerd te
worden, geduurig niec dan op hec uytvin- *
den en aanleggen van nieuwe vrolykhedeii
•toeleyden. Niet weynig hadhiercoe geholpen
dac de Aartshertogin zelve mec den
voetboog, gclyk verhaald is, naar den vo-
gcl (3) Ichietende dien geveld had; en ge-
lyk de werreld wel meeft door’cvoorbeeld Atb.’pas!
der Vorften beftierd wordc, zoo zag men
dien ouden wapenhandel federt opnicuws
als herleeven, door de Edellieden als iet
Ridderlyks aanpryzen , de famenkomften
der ßoogfchuctercn door de Hovelingen
ZOO van de eene als andere kunne, naar
’tvoorbeeld hunner Vorften,dagelyks bywoonen,
en mec die oeffcning zieh ver-
iuftigen. Zulks, als indic jaar wederom
naar den voogel gefchooten wierdt, Anna
van C ro y , Weduwe van (4) Karel van(4)HiOe
Ligne Prins van Arenberg, zich daarby l’Atchid.
ook liet vindeo, cn een zonderling bewys
van haare afgerechthcyd in ’c behandelen
van den voetboog gaf. Want neemendc
hec gefpannen geweer in de hand Ichooc
z y op haarc beurc naar den vogcl, en vei-
de dien van den hoogen maft, op wiens
toppunt hy naar gewoonte zeer vaft ge-
fchrocfd was. Des vcrhiefzich over die
onvcrwachte voorval een algcmecn ge-
juych, wierdc de Prinfes door de gildebroeders
als nieuwe Koningin naar hunne
gildekamer gebragt, en aldaar omhangeu
met
Het Borftbeeld der PrinfeiTe, welke de oudfte Dochter van Philips van Croy, den II. Hertog . „ . .
van Aarfchot was, en naamaals den zeftienden van Sprokkclmaand des jaars zeftienhonderdvyfen-
dcrtig (2)overlecdt, ftaat op de voorzyde, en binnen hec randfchrift deezer tytclen ; tafd.^o.'
A N N E D E C R O Y , D U C h e s s e D’A R S C H O T , P r i n c e s s e
D’ A R E M B E R G , R E Y N E .
A N N A F A N CROT , H E R T O G IN F A N A J R S C H O T , P R I N S E S
F A N A R E N B E R G , KONING IN.
Te weeten, van dit fchutterlyke genootfchap. Op de tegenzyde ziet men, binnen eenen lau-
werkrans en naaft eenen voetboog, door eene hand, die uyt dc wolken komt, den afgelchooteii
vogel gekroond op eenen ftaf houden; boven dit byfchrift:
JU S T I C E , A R T , E T V IC T O IR E . 1619.
H E T R ECHT , D E KO N S T E N D E O F E R Î F IN N IN G . i 5 rp.
Terwyi eene dusdaanige ruft in de Nederlanden
wierdc genooten , verhief zich
in de gebuurryken een zeer hevig oorlogsvuur,
waarin de Roomfche Nederlanden
door ’c bloedverwantfchap hunner Vorften,
en dc Vereenigde Geweften .door gelyke
Kerk-cn Staatsbelangen, v o o r ’ ceyndigen
des Beftands, hun deel naamen. Staande
^¿VaíTor de regeering van (3) Key zer Rudolf, was,
lÍuís''*^ volgens zyne vergunbrieven, tuffchen de
Xlll.tom. Roomfche en Onroomfche inwoonders
in.päg. van Boheeme een verdrag van vreede
cn onderlinge verdraagzaamheyd gcfloo-
ren. Dan die ruft was niet langduu-
rig ; want eerlang befchuldigde de een
den anderen van die re hebben verbroken
: doch vooral dc Onroomfchen ;
waarom die ook op het famenroepen dcf
Ryksftaatenaandrongen, om aan de zelve
hunne klagten te doen. Maar dit niet
könnende verwerven,\ vcrgaderden zy onderling
te Praag, tegens het verbod des
Keyzers, enbcnöcmdea eenige Gcmagtig-
deu-, om hunne klagten tegens de Roora-
fcHcn den Keyzerlyke'-Ampcenaarcn voor
te draagen. By hct doen van ’c vertoog
raakten door dc fcherplieyd der uycdruk-
kingcn de gemoederen aan ’t giften, en z y
onderling van woorden tot daadiykhedcn:
zulks op ftaanden voet dric van ’s Keyzers
Amptenaarcn overmand, cn hals over kop
uyt dc venfters van ’t (4) Koninglyke H o f (4) VaiTor
te Praag gefmeeten wierden. Dus dc vlam
der verbitceringc ten dake zynde uytgeflaa- xiii.tomc
gen, • fcheen men federt op niecs anders be- ^
dacht, dan om het juk vanden Huyze van
Ooftenryk a f tc werpeu. Des dertig Be-
wincfsmauiien gckoorcn hebbende, om ’c
R y k te beftieren, vcrzochten zy ouder-
ftand van de Gcbuurvorften hunuc Geloofs-
F f 2 ge-
. . . .
. '■!
:j ■' 4 .,- .
'